Het kabinet heeft de contouren van het nieuwe missiegedreven innovatiebeleid gepresenteerd. Hierin staan vier maatschappelijke thema’s centraal, waaronder landbouw, water & voedsel. De Topsector Water & Maritiem blijft volgens boegbeeld Hans Huis in ’t Veld antwoorden op maatschappelijke uitdagingen formuleren en gaat daarbij vaker de grensvlakken met andere topsectoren opzoeken.
Het kabinet stelde afgelopen vrijdag 25 missies vast voor het topsectoren- en innovatiebeleid. Deze missies zijn bedoeld om de Nederlandse economie te versterken binnen vier maatschappelijke thema’s: energietransitie & duurzaamheid, landbouw, water & voedsel, gezondheid & zorg en veiligheid. Op basis van de missies worden kennis- en innovatieagenda’s voor de periode 2020-2023 opgesteld. Hierbij merkt het kabinet op dat Nederland een van de toonaangevende landen is op het terrein van landbouw, water en voedsel, waterveiligheid en de maritieme sector, maar dat er vernieuwende en integrale strategieën nodig zijn om onder andere waterkwaliteit, zoetwatervoorziening en waterveiligheid ook in de toekomst te waarborgen.
De hoofdthema’s waren al opgenomen in het regeerakkoord van het huidige kabinet, zegt Hans Huis in ’t Veld, boegbeeld van de Topsector Water & Maritiem. “Het topsectorenbeleid is volgens het kabinet prima, maar een aantal coalitiepartijen wilde meer aandacht voor maatschappelijke thema’s in plaats van alleen economische thema’s. Voor de Topsector Water & Maritiem is dit niet nieuw. We formuleren al antwoorden op maatschappelijke uitdagingen als klimaatverandering.”
Bij water en delta twee missies meest concreet
De Topsector Water & Maritiem heeft een duidelijke inbreng bij een vijftal missies, vertelt Huis in ’t Veld. Voor delta- en watertechnologie zijn volgens hem twee missies in het kader van het thema ‘landbouw, water & voedsel’ het meest concreet. In de missie ‘duurzame en veilige Noordzee, oceanen en binnenwateren’ wordt gestreefd naar een balans tussen enerzijds ecologische draagkracht en waterbeheer (waterveiligheid, zoetwatervoorziening en waterkwaliteit) en anderzijds de opgaven voor hernieuwbare energie, voedsel, visserij en andere economische activiteiten. Deze balans moet voor de mariene wateren in 2030 zijn bereikt en voor rivieren, meren en estuaria in 2050.
‘Samenwerking met ministeries en andere topsectoren veel hechter geworden’
De andere missie is: Nederland is en blijft de best beschermde en leefbare delta ter wereld, ook na 2100. Daarvoor worden tijdig toekomstbestendige en integrale maatregelen genomen tegen beheersbare kosten. Huis in ’t Veld licht toe: “We hebben deze twee missies uitgewerkt in een stuurgroep, waarvan drie ministeries en behalve ons ook nog twee andere topsectoren deel uitmaken. Door deze aanpak is de samenwerking met deze ministeries en topsectoren veel hechter geworden. Dat is winst.”
Kennis- en innovatieagenda
De stuurgroep stelt nu voor beide missies een kennis- en innovatieagenda op. “De agenda’s worden rond 1 juli gepubliceerd. In het najaar volgen kennis- en innovatiecontracten. Dan is ook duidelijk hoeveel geld voor de periode vanaf 2020 beschikbaar is. De financiering komt onder meer vanuit ministeries, private partijen en wetenschapsmiddelen.”
Inhoudelijk zijn er geen grote veranderingen te verwachten vergeleken met de bestaande kennis- en innovatieagenda, zegt Huis in ’t Veld. “Een ontwikkeling als Building with Nature gaat gewoon door. Wel wordt het accent in de komende jaren iets meer op klimaatmitigatie gelegd. Klimaatadaptatie blijft natuurlijk wel nodig. We gaan ook meer op de grensvlakken met andere topsectoren opereren. Zo wordt het belang van water bij voedsel sterker.”
De uitdagingen voor de maritieme technologie - de derde pijler van de Topsector Water & Maritiem - betreffen met name duurzaamheid en veiligheid. Het is de bedoeling dat er in de zee- en binnenvaart op den duur geen schadelijke emissies meer zijn en dat maritieme hightech zorgt voor een veilige zee. “Dat vraagt om een grote inzet van sleuteltechnologieën”, zegt Huis in ’t Veld. “Denk bijvoorbeeld aan nieuwe aandrijfsystemen en materialen.”
Betere samenwerking in gouden driehoek
Hans Huis in ’t Veld die in 2012 het eerste boegbeeld van de topsector werd, draagt op 1 juni het stokje over aan Annemieke Nijhof. Hoe kijkt hij terug op de afgelopen zeven jaar? Huis in ’t Veld is er vooral trots op dat er veel meer wordt samengewerkt binnen de gouden driehoek van overheden, bedrijven en kennisinstellingen. “De banden zijn enorm aangehaald en dat zorgt voor veel pilots en proeftuinen. Eigenlijk gaat het om een gouden vierhoek want ook niet-gouvernementele organisaties doen mee.”
‘Kennisinstellingen hebben weer meer financiële armslag’
Huis in ’t Veld noemt ook de herwaardering van kennisinstellingen voor toegepast onderzoek, zoals Deltares, Marin, TNO en Wageningen University & Research. “Op deze organisaties is in het verleden zwaar bezuinigd, maar we hebben gelukkig ervoor kunnen zorgen dat zij nu weer meer financiële armslag hebben. De in 2017 ingevoerde PPS-toeslag voor onderzoek en innovatie werkt erg goed. Voor de R&D-bijdrage van een bedrijf aan een onderzoeksorganisatie legt het ministerie van Economische Zaken en Klimaat een bedrag bij.”
Neemt Huis in ’t Veld bij zijn afscheid van de topsector tevens afscheid van de watersector? Dat is hij niet van plan. “Ik ben altijd op de een of andere manier bezig geweest met water sinds ik waterbouw heb gestudeerd. Ook privé want ik zeil graag. Dat zal niet verdwijnen. Water blijft me gewoon boeien.”
MEER INFORMATIE
EZK over vaststelling van missies
Notitie over de 25 missies
Kamerbrief staatssecretaris Keijzer (EZK)
Missies landbouw, water & voedsel
Boegbeeldblog over nieuw innovatiebeleid