De Rijn heeft vanmorgen vroeg bij Lobith de hoogste stand bereikt (14,52 boven NAP), maar daarmee is de strijd tegen het water nog niet gestreden. De waterschappen houden er rekening mee dat de piek zich de komende dagen over Nederland zal verspreiden. Vallei en Veluwe maakte vandaag de hoogwatergeul Veessen-Wapenveld gereed.
Dat houdt in dat de hydraulische cilinders aan de kleppen onder de Tolbrug bij Veessen bevestigd zijn, zodat die handmatig geopend kunnen worden. De hoogwatergeul wordt pas ingezet als de IJssel ter hoogte van Veessen, tussen Deventer en Zwolle, een waterstand van 5,65 meter boven NAP bereikt. Het waterschap verwachtte vanmorgen niet dat het zo ver gaat komen, maar wil wel voorbereid zijn.
De neerslag en de wind zorgen volgens Vallei en Veluwe voor een grillig verloop van de waterstanden. Zijdelingse instroom van water uit de gebieden langs de rivieren die verzadigd zijn met regenwater levert extra aanvoer op en mogelijk ook weer peilstijgingen.
Toch verwacht dit waterschap dat de verhoogde waterstanden op de IJssel en de Nederrijn 'onder controle' blijven. Daarom zullen de nevengeulen ter hoogte van Cortenoever en Voorsterklei waarschijnlijk niet gaan mee stromen en hoeven de coupures bij Dieren en Deventer niet gesloten te worden.
Zandzakken
Dat bevestigt Alphons van Winden in zijn voorspelling op de website Waterpeilen.nl. Volgens hem neemt de bijdrage vanuit de zijbeken sinds vandaag sterk af, waardoor de stijging die de Rijn nog oplevert wordt opgeheven. Dat is ook de reden dat de hoogwaterpiek vanmiddag al bij Deventer arriveerde, terwijl het daar normaalgesproken een dag voor nodig heeft.
In Deventer was langs en op de laagste delen van de kademuur een noodkering gebouwd met zandzakken en bigbags, die de hanzestad tegen de IJssel moest beschermen. Het water stond daar hoog, maar heeft de kritieke grens van 6,30 meter niet bereikt, meldde de gemeente rond 15.00 uur vanmiddag.
Van Winden verwacht nu een snelle daling van de Rijn bij Lobith tot 12,5 meter of lager, met mogelijk over een week weer een stijging. Ook de IJssel is al aan het dalen. Alleen verder stroomafwaarts, bij Kampen, staat het water nog opvallend hoog. Dat komt volgens hem vooral door de hoge waterstand op het IJsselmeer in combinatie met de westenwind, die het lastig maakt om op de Waddenzee te spuien.
Het Reevediep
Om extra water vanaf de IJssel via het Drontermeer en het Vossemeer af te voeren naar het IJsselmeer, legde Waterschap Drents Overijsselse Delta in 2019 Het Reevediep aan. Deze hoogwatergeul stroomde gisteren voor het eerst mee om het gebied rond Zwolle en Kampen te ontlasten.
Ook de Overijsselse Vecht bereikte gisteren een recordhoogte van 13,14 meter boven NAP, zo meldt Vechtstromen. Dat is 7 centimeter hoger dan in 1998, toen er veel wateroverlast was in het gebied. De verwachting was dat deze waterstand nog wel even hoog zou blijven, terwijl die op de Regge en Dinkel inmiddels al afvlakten of zelfs licht daalden.
Rijn en IJssel zette de afgelopen dagen bergingsgebieden in om water tijdelijk op te slaan en de onderste kleppen van stuw Doesburg werden geopend. De waterpeilen stegen daardoor volgens het waterschap op veel plekken minder hard en het peil van de Oude IJssel daalde zo’n 25 centimeter.
Dijken
Volgens de Unie van Waterschappen hebben de dijken zich overal goed gehouden. Ze worden dag en nacht gecontroleerd. Dat neemt niet weg dat er regionaal wel sprake is van wateroverlast: kades en fietspaden lopen over en kruipruimtes staan onder water. Ook opkomend grondwater veroorzaakt overlast.
Eerlijker voor de boeren en de maatschappij.
Het pleidooi voor meer overleg in het kader van grensoverschrijdend waterbeheer met Duitsland en België, maar ook met Luxemburg, Frankrijk en Zwitserland, is wel steekhoudend. Het stroomgebied van de Rijn beslaat naast Nederland immers Zwitserland, Duitsland en Frankrijk. Stroomgebied van de Maas beslaat naast Nederland ook Frankrijk, Luxemburg, België en Duitsland. Voor zover ik weet zijn er in waterschapverband slechts een aantal pilots hier momenteel concreet mee bezig o.a. via het ontwerpen en operationaliseren van grensoverschrijdend waterbeheer rondom de Overijsselse Vecht en ook voor delen van het Roer stroomgebied dat aansluit op de Maas. Ruimte voor de rivieren in Nederland gaat maar beperkte impact hebben als niet eenzelfde inhaalslag gaat plaatsvinden in de bovenstrooms genoemde landen.
Acht kennisinstituten uit Nederland, België, Duitsland en Luxemburg gaan daarom onder coördinatie van Deltares onderzoek doen naar beter beheer van grensoverschrijdende regionale stroomgebieden. De watersnood in juli 2021 heeft geleerd dat autoriteiten hier geen goed overzicht over hebben en dat kennis over de overstromings- en droogterisico’s langs de kleinere grensoverschrijdende zijrivieren van de Maas en Rijn nog heel versnipperd is.
Het artikel stelt terecht dat voor grensoverschrijdend waterbeheer nog te weinig urgentie is.