Het voorlopige Klimaatakkoord biedt waterschappen de mogelijkheid om een substantiële rol te vervullen in de regionale plannen voor energietransitie die volgend jaar al worden opgesteld. Zo is vastgelegd dat de waterschappen meer energie mogen produceren dan ze zelf nodig hebben. “Dat is heel belangrijk voor ons”, zegt Rafaël Lazaroms van de Unie van Waterschappen.
Het concept Klimaatakkoord is vanmiddag gepresenteerd. Het is een omvangrijk pakket van afspraken, maatregelen en instrumenten waarmee Nederland de CO2-uitstoot in 2030 met ten minste 49 procent wil hebben teruggedrongen. Het Planbureau van Leefomgeving en het Centraal Planbureau gaan doorrekenen of de beoogde CO2-reductie met de nu voorliggende maatregelen ook wordt gehaald. Mocht dat niet het geval zijn, dan gaan we opnieuw naar de plannen kijken, stelde Ed Nijpels, voorzitter van het Klimaatberaad, bij de presentatie van het akkoord. “Telt het niet op? Dan gaan we door, tot het wel optelt.”
Lange onderhandelingen
Het akkoord is de vrucht van lange en intensieve onderhandelingen. Daar deden de waterschappen volop aan mee, vertelt Rafaël Lazaroms, programmamanager energie bij de Unie van Waterschappen. In een reactie op het akkoord toont hij zich positief, maar, zegt hij, het akkoord zal nog wel aan de achterban worden voorgelegd. “Net zoals de VNG en IPO, waarmee we samen zijn opgetrokken, dat gaan doen.”
De maatregelen in het voorlopige klimaatakkoord sluiten aan bij de ambities van de waterschappen, die nadrukkelijk te maken hebben met de gevolgen van de klimaatveranderingen en daarom fors inzetten op klimaat- en energiebeleid. “Als je veel last hebt van de klimaatverandering, dan heb je ook een voorbeeldfunctie. Zonder bestrijding van de oorzaak is het dweilen met de kraan open.”
De implementatie van de maatregelen betekent dat er veel werk op de waterschappen af gaat komen, vertelt Lazaroms. De waterschappen hebben veel ‘assets’ in eigendom, zoals rwzi’s, oppervlaktewateren, waterkeringen en dijken, die mogelijkheden bieden om energieprojecten op te zetten, zoals het plaatsen windturbines of aanleggen van parken met zonnepanelen. Die mogelijkheden zullen volop worden benut, is de verwachting. Lazaroms: “De waterschappen krijgen nu al veel verzoeken van woningcorporaties en energiecoöperaties die gebruik willen maken van hun assets.”
Veel menskracht
Het verwerken van die verzoeken zal veel menskracht vergen, vertelt Lazaroms. De waterschappen vragen het Rijk dan ook rekening te houden met die kosten voor het inpassen van duurzame energieprojecten van derden. En dat proces begint al snel. Begin volgend jaar wordt begonnen met opstellen van plannen voor regionale energietransitie. Lazaroms: “En daar zijn we nu al mee bezig. Er is een programmabureau in oprichting.”
De waterschappen, die zelf de doelstelling hebben om in 2025 energieneutraal te zijn, zullen naar verwachting een substantiële rol gaan spelen in de regionale energietransitieprojecten. In het klimaatakkoord is vastgelegd dat de waterschappen meer energie mogen produceren dan ze zelf nodig hebben, vertelt Lazaroms. “Dat is heel belangrijk voor ons.” De UvW vraagt het kabinet in reactie op het concept klimaatakkoord in de Waterschapswet te borgen dat waterschappen voldoende ruimte krijgen om duurzame energie te produceren (netto-energieproducent kunnen zijn) zodat ze de C02-uitstoot van hun activiteiten volledig kunnen compenseren.
Energiehubs
Maar het betekent ook dat de waterschappen hun 350 rioolwaterzuiveringen, waarvan al op enkele tientallen biogas wordt geproduceerd, kunnen uitbouwen tot energiehubs. Naast biogas kunnen daar met nieuwe technieken ook energiedragers als waterstof op grotere schaal geproduceerd gaan worden.
Ook zal in de regionale energietransitie veel aandacht komen voor aquathermie, verwacht Lazaroms. De nieuwe innovatie is pas laat in beeld gekomen bij de onderhandelingen over het klimaatakkoord, waarbij de focus vooral was gericht op wind- en zonne-energie, maar er kwam aan de sectortafels steeds meer aandacht voor de enorme potentie van aquathermie als alternatief voor het aardgas, zegt de programmamanager. “Het is nog pionieren, het is een tamelijk nieuwe innovatie, maar er is steeds meer aandacht voor. Er komen ook steeds meer aanvragen binnen bij de waterschappen. We hebben een aantal iconische projecten nodig om het goed van de grond te krijgen. De komende twee, drie jaar moet het zich bewijzen.”
Governance warmtenetten
In de officiële reactie roept de UvW het kabinet op om wet- en regelgeving aan te passen, daar waar deze het inzetten van duurzame energie als aquathermie nog in de weg zitten. Dat geldt ook voor aanleg en beheer van warmtenetten, nodig voor transport van thermische energie uit water. De governance (aanleg, beheer, financiering) van deze warmtenetwerken vraagt nadere verkenning en besluitvorming.
Daarvoor hoeft het wiel niet uitgevonden te worden. Volgens Lazeroms zijn er succesvolle voorbeelden van warmtenetwerken. “We zijn naar Denemarken geweest en daar vielen ons de schellen van de ogen. Daar hebben ze na de oliecrisis in de vorige eeuw volop ingezet op publieke warmtenetten. Nu is 70 procent van de woningen in het land erop aangesloten, in een stad als Kopenhagen is dat zelfs bijna 100 procent. Hoe ze het daar hebben opgezet kan als voorbeeld dienen voor ons. En ze verklaren ons voor gek als wij hier onze huizen willen verwarmen met elektriciteit.”
VERDELING VAN DE LASTEN
Er is aan vijf sectortafels gepraat over de plannen. Vele partijen praatten mee, ook het kabinet, dat daardoor de uitkomst niet terzijde kan leggen, stelde voorzitter Ed Nijpels van het Klimaatberaad.
In de onderhandelingen gold als belangrijk uitgangspunt dat de kosten voor alle huishoudens te dragen moeten zijn, aldus Nijpels. Ook was een uitgangspunt dat de concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven behouden moet blijven.
De verdeling van de lasten was voor milieuorganisaties en de vakbond FNV een belangrijke reden om zich te distantiëren van het concept klimaatakkoord. Gisteren maakten ze hun besluit bekend. Met name het feit dat er geen harde afspraken zijn gemaakt over de CO2-beprijzing in de industrie was een breekpunt.
Volgens Nijpels heeft de milieubeweging het overleg over het klimaatakkoord niet definitief de rug toegekeerd. “Ze zijn niet van tafel weggelopen. Dit stuk was goed, maar niet goed genoeg, heb ik ze horen zeggen. Ik ben onder de indruk van hun inzet. Ze hebben constructief meegepraat aan alle vijf tafels en de vingerafdruk van de milieubeweging staat op bijna iedere pagina. Ik hoop dat ze weer aanschuiven als we in januari verder gaan praten. En ik ga ervan uit dat het vroeg of laat goed gaat komen.”
MEER INFORMATIE
Ontwerp van het Klimaatakkoord
Amsterdam wil fors inzetten op aquathermie om de stad aardgasvrij te maken
TEO, TEA en TED, omarm ze
'De potentie van TEO is enorm'