Het waterpeil in het Overasseltse en Hatertse vennengebied is de afgelopen vijf jaar gemiddeld met 5 tot 10 centimeter gestegen. Ook de heide is weer terug. Dat is te danken aan maatregelen die Waterschap Rivierenland samen met de provincie, de gemeenten en Staatsbosbeheer heeft genomen.
De natuur is aan het herstellen en het gebied gaat gezonder de toekomst in, aldus het waterschap. De afgelopen vijf jaar hebben Staatsbosbeheer en het waterschap de ontwikkelingen gemonitord, deze week werden de resultaten gepresenteerd.
Het gebied, dat in de gemeenten Heumen en Wijchen ligt, telt ruim dertig vennen. Grotendeels zijn dit regenwatervennen. Door verdroging dreigden de vennen en de vochtige heide te verdwijnen. Daardoor stond ook de biodiversiteit onder druk en moesten er voorzieningen worden getroffen om de afvoer en de verdamping van water terug te dringen.
Om deze ontwikkeling te keren, besloten het waterschap, Staatsbosbeheer, de Provincie Gelderland en de beide gemeenten om sloten te dempen en 35 hectare naaldbos rond de vennen te kappen. De vennen en heideterreinen werden met elkaar verbonden om de verspreiding van diersoorten als de levendbarende hagedis en de venwitsnuitlibel te stimuleren.
Grondwaterpeil
Uit de metingen blijkt dat de fluctuatie van de venpeilen bijna overal is afgenomen, wat gunstig is voor de natuur. In de centraal gelegen vennen is het waterpeil gestegen. In het midden van het natuurgebied is het grondwaterpeil ook verhoogd, aan de randen is het juist verlaagd. Dat geldt ook voor het waterpeil in enkele vennen aan de rand van het gebied.
Voor de omwonenden hebben de peilveranderingen volgens het waterschap geen nadelige gevolgen. ''De afgegraven grond uit het natuurgebied is naar het omringende gebied gebracht, zodat het daar niet een zompige boel werd’’, vertelt gebiedscoördinator Erik Riemersma van Waterschap Rivierenland.
Het Overasseltse en Hatertse vennengebied stond al ver voor de afgelopen droge zomers op de TOPlijst van verdroogde natuurgebieden en moest daarom met voorrang worden aangepakt. Dat de grondwaterstand ondanks die droogte toch is verhoogd ten opzichte van het referentiejaar 2012, noemt Riemersma bijzonder. ‘’Ik durf wel te zeggen dat de maatregelen daar een positieve bijdrage aan hebben geleverd.’’
Waterkwaliteit
Wat niet verbeterd is, is de waterkwaliteit. Enkele vennen zijn nog steeds te zuur. Voor de biodiversiteit is dat niet wenselijk. Het waterschap heeft daar vooralsnog geen bemoeienis mee. ''De vennen vormen een geïsoleerd systeem, ze zijn niet op het watersysteem aangesloten’’, aldus Riemersma, die naar terreinbeheerder Staatsbosbeheer (SBB) verwijst.
''Dat is inderdaad nog een zorgpuntje, waar wij zeker aandacht aan besteden'', beaamt woordvoerder Iranda Vermij van SBB. ''Maar het is ook niet zomaar te veranderen. We zullen de ontwikkelingen in elk geval de komende jaren blijven volgen en als het nodig is actie ondernemen. Concrete afspraken zijn daarover echter nog niet gemaakt.''
Wel is de partijen duidelijk dat beheermaatregelen nodig blijven. Zo zullen de vennen ook in de toekomst uitgebaggerd moeten worden en is begrazing met een schaapskudde noodzakelijk.
MEER INFORMATIE