secundair logo knw 1

Foto: Eef Meijerink via Flickr

Medewerkers van riool- en afvalwaterzuiveringsinstallaties in Nederland lopen geen grotere kans om antibioticaresistente bacteriën bij zich te hebben dan andere mensen. Dat is de conclusie van een internationaal onderzoek waaraan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu meedeed.

Het RIVM en een aantal buitenlandse onderzoeksinstituten hebben tussen 2018 en 2020 de situatie in drie landen onder de loep genomen: Duitsland, Nederland en Roemenië. Alleen in het Oost-Europese land blijkt er sprake van een aanzienlijk verhoogd risico voor zuiveringspersoneel. De studie is uitgevoerd in het kader van het Europese onderzoeksproject AWARE waarin antibioticaresistentie in afvalwater centraal staat.

In rioolwater via ontlasting
Volgens het onderzoek kunnen er veel antibioticaresistente bacteriën in rioolwater zitten. Zij komen hierin terecht via de ontlasting van mensen. Het gevaar bestaat dan dat medewerkers van riool- en afvalwaterzuiveringsinstallaties deze bacteriën tijdens hun werk binnenkrijgen.

Dat zou bijvoorbeeld kunnen door het inademen van aerosolen (kleine waterdruppeltjes in de lucht). Een andere mogelijkheid is dat bacteriën ongemerkt met rioolwater of zuiveringsproducten zoals slib op de handen terechtkomen en vervolgens per ongeluk in de mond. Infecties met antibioticaresistente bacteriën zijn lastig te behandelen, omdat – de naam zegt het al – antiobiotica niet meer helpen.

Resultaten voor ESBL-CE
De onderzoekers hebben gekeken naar de aanwezigheid van twee typen antibioticaresistente bacteriën die vaak voorkomen: CPE Carbapenamse-producerende enterobacteriaceae (CPE) en ESBL-producerende E. coli (ESBL-CE). Het eerste type is amper bij de deelnemers aan het onderzoek aangetroffen, waardoor conclusies niet mogelijk zijn. ESBL-CE werd gevonden in de ontlasting van 5,7 procent van alle Nederlandse deelnemers. Dat is iets minder dan bij de Duitsers (7,1 procent) en veel minder dan bij de Roemenen (28 procent).

De situatie is in eigen land en bij de oosterburen zelfs wat gunstiger voor zuiveringsmedewerkers dan voor inwoners uit dezelfde regio: in Nederland 4,4 procent om 6 procent en in Duitsland 0 procent om 8,4 procent. Er wordt wel een kanttekening geplaatst bij het Duitse resultaat: dat er bij geen enkele zuiveringsmedewerker ESBL-EC is aangetroffen, komt waarschijnlijk deels omdat er slechts dertig medewerkers zijn onderzocht. De conclusie is dat medewerkers van riool- en afvalwaterzuiveringsinstallaties in Nederland en Duitsland niet vaker drager zijn van ESBL-EC en andere antibioticaresistente bacteriën dan andere mensen.

Groot verschil met Roemenië
In Roemenië is dit daarentegen wel het geval. Hier hebben zuiveringsmedewerkers een twee keer zo grote kans om ESBL-EC bij zich te hebben dan inwoners van dezelfde regio. Een verklaring voor het flinke onderscheid met Nederland en Duitsland geeft de studie niet, al worden wel een paar mogelijke oorzaken geopperd. Zo kan het zijn dat in Roemeens rioolwater meer resistente bacteriën zitten of speelt een verschil in de beschermende maatregelen op de zuiveringsinstallaties misschien een rol. Verder onderzoek zal opheldering moeten geven.

 

MEER INFORMATIE
Toelichting door het RIVM
Wetenschappelijk artikel
Website van AWARE project

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.