Op Mars zijn voor het eerst sporen gevonden van rivieren die gedurende lange tijd gestroomd moeten hebben en, net als de Rijn, voortdurend hun geulen verlegden. Een internationaal team van wetenschappers van onder andere de Universiteit Utrecht ontdekte ze met behulp van hoge-resolutie-satellietbeelden.
Zij publiceerden hun bevindingen onlangs in het tijdschrift Nature Communications en maakten 3D-animaties van het onderzochte gebied.
''Door de extreem hoge resolutie van de beelden konden we de rotsen 'lezen' alsof je heel dicht bij de klif staat. Helaas kunnen we ze niet beklimmen om naar de fijnere details te kijken, maar de opvallende gelijkenissen met afzettingsgesteenten op aarde laten weinig aan de verbeelding over", zegt Francesco Salese, een van de onderzoekers en geoloog aan de Universiteit Utrecht en de International Research School of Planetary Sciences in Italië.
Het was al langer bekend dat er water op Mars moet zijn geweest. Bij Izola Mensa in de noordwestelijke rand van het Hellas-bekken ontdekten de onderzoekers nu gesteentelagen die gevormd zijn door een uitgebreid rivierenstelsel.
Waterrijk landschap
De 200 meter hoge rotswand vertelt volgens hen het verhaal van een oud waterrijk landschap. Het betreft afzettingsgesteente van 3,7 miljard jaar oud, dat werd gevormd door rivieren die waarschijnlijk actief waren gedurende meer dan 100.000 jaar.
De Hellas-inslagkrater, gelegen op het zuidelijk halfrond van Mars, kan zich al jaren verheugen in de belangstelling van planeetwetenschappers. Het is een van de grootste inslagkraters in het zonnestelsel, met een hoogteverschil van de kraterrand tot de bodem van meer dan 9000 meter.
Aan het oppervlak is te zien dat hier ooit een netwerk lag van oude rivieren, delta's en uitstroomkanalen. Mineralenonderzoek wijst bovendien in de richting van een reusachtig maar verdwenen meer.
Frequente neerslag
Het 200 meter dikke pakket van lagen weerspiegelt volgens de onderzoekers slechts een fractie van de totale periode dat het rivierwater in deze regio stroomde. Net als op aarde is het merendeel van de lagen door de rivier zelf weer afgesleten, bewaard gebleven in stukken bodem die nog niet ontdekt zijn, of verstopt onder ander materiaal en dus onbereikbaar voor onderzoek.
Het is ook niet bekend hoe lang de rivieren zijn geweest. Toch konden Salese en zijn collega’s zien hoe de verschillende rivierafzettingen op elkaar volgden en van elkaar verschilden. Ook konden ze reconstrueren hoe die afzettingen gevormd werden. Het bewijs duidt volgens hen op langdurig stromend water, wat goed past bij een hydrologische cyclus met frequente neerslag.
MEER INFORMATIE
Nieuwsbericht Universiteit Utrecht
Artikel in Nature Communications