Patrick van der Broeck stopt als dijkgraaf van waterschap Limburg. Op 31 mei legt hij zijn functie neer. Dat betekent dat hij niet aan zijn tweede termijn begint, die 1 juni zou ingaan. De dijkgraaf heeft een andere visie op toekomst van het waterschap dan de ambtelijke en bestuurlijke top, zo blijkt uit zijn verklaring bij zijn vertrek.
Het algemeen bestuur stemde in februari nog in met de herbenoeming van Van der Broeck als dijkgraaf. Het bestuur was ervan overtuigd dat de opgaven waar het waterschap de komende jaren voor staat (waterveiligheid, klimaatadaptatie, het watersysteem en zuivering) in samenwerking met Van der Broeck ‘zorgvuldig en vertrouwd’ opgepakt kunnen worden. De dijkgraaf was, zo heette het, uitgegroeid tot belangrijk boegbeeld van het waterschap.
Nu laat Van der Broeck de Koning weten dat hij geen nieuwe termijn aanvaardt. “Nu er een nieuw algemeen bestuur is, vind ik het een natuurlijk moment om een stap terug te doen”, schrijft hij in een toelichting op zijn besluit.
De regionale omroep Limburg1 stelt op basis van bronnen dat directie en bestuur het vertrouwen in Van der Broeck hebben opgezegd. Desgevraagd wil het waterschap een vertrouwensbeuk niet bevestigen, aldus de omroep. De dijkgraaf schrijft zelf in zijn verklaring dat zijn visie op de toekomst ‘niet congruent is met de visie van de ambtelijke en bestuurlijke top’. “Daar is wederzijds respect voor.”
In zijn toelichting op zijn vertrek legt Van der Broeck de nadruk op wat er bereikt is in de afgelopen 6 jaar, zoals de integratie van het nieuwe waterschap, de samenwerking op het gebied van water in de provincie, de invoering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma in Limburg en de aanpak van de watercrisis in 2021. Al deze resultaten hebben evenwel een grote wissel getrokken op zijn privéleven. “De energiebalans is er niet.”
Maar naast de door Van der Broeck gememoreerde resultaten, waren er in zijn jaren als dijkgraaf ook veel problemen. Zoals de bestuurscrisis als gevolg van een conflict rondom bestuurder Har Frenken, die in november 2021 opstapte na een vertrouwensbreuk. Van der Broeck was in 2021 zelf als oud-gedeputeerde onderdeel van een integriteitsonderzoek van de provincie Limburg in de affaire Vrehen. Voorts speelde de kwestie rondom het beekherstelproject Loobeekdal, die leidde tot aanscherpen van het integriteitsbeleid binnen het waterschap.