secundair logo knw 1

Foto: Bayke de Vries / Wikimedia Commons

Om investeringen in klimaatadaptatie te stimuleren, gaat het Rijk een bijdrage van 33 procent geven aan de maatregelenpakketten van de 42 werkregio’s. Daarvoor wordt in totaal tussen de 150 en 250 miljoen euro gereserveerd. Deze Impulsregeling Klimaatadaptatie geldt vanaf 2021.

Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat heeft gisteren een brief aan de Tweede Kamer gestuurd, waarin ze de invulling van de financiële regeling uit de doeken doet. De bewindsvrouw heeft daarover afspraken gemaakt met het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschappen. De Impulsregeling Klimaatadaptatie vloeit voort uit het Bestuursakkoord Klimaatadaptatie dat deze partijen in november 2018 hebben afgesloten.

Zij willen tot en met 2025 ongeveer 600 miljoen euro investeren in maatregelen tegen droogte, hittestress, wateroverlast en de gevolgen van overstromingen. Daarvan neemt de rijksoverheid de helft voor haar rekening. Van Nieuwenhuizen meldt dat ze van plan is om voor de impulsregeling een beleidsreservering van 150 tot 250 miljoen euro te treffen. Dit bedrag valt volgens haar binnen de bandbreedte die in het bestuursakkoord is genoemd.

Verdeelsleutel voor rijksbijdrage
De gemeenten, provincies en waterschappen werken bij klimaatadaptatie samen in 42 werkregio’s. Elke regio bepaalt aan de hand van een stresstest en een risicodialoog welk pakket aan maatregelen voor de komende jaren nodig is. De regio’s krijgen daarvoor middelen van het Rijk in de vorm van bijdragen vanuit het Deltafonds. Er is een verdeelsleutel afgesproken. Het bedrag dat een regio van het Rijk ontvangt, hangt af van inwonertal en oppervlakte. Beide elementen tellen even zwaar mee.

De werkregio’s moeten zelf voor het grootste deel van de financiering zorgen. De minister schrijft daarover: “Voor de rijksbijdrage hanteer ik een percentage van 33 procent. De werkregio’s zetten zelf dus 67 procent in. Daarmee ontstaat een vliegwieleffect voor investeringen vanuit de regio. Het percentage rijksbijdrage van 33 procent is gekozen om tot uitdrukking te brengen dat het hier in beginsel niet om rijkstaken gaat. Maar het Rijk ziet wel de urgentie en wil tijdelijk bijdragen aan het op gang brengen en versnellen van de uitvoering.”

Versnelling van aanpak
De Impulsregeling Klimaatadaptatie is bedoeld om de versnelling en intensivering van de aanpak van klimaatadaptatie door decentrale overheden financieel te ondersteunen, aldus Van Nieuwenhuizen. “Met de rijksbijdrage kunnen reeds voorgenomen adaptatiemaatregelen versneld worden uitgevoerd, al geplande ruimtelijke maatregelen worden uitgebreid met een adaptatiecomponent of nieuwe adaptatiemaatregelen worden opgepakt. De invulling is zodanig dat deze de versnelling door de decentrale overheden maximaal ondersteunt, maar ook borgt dat op doelmatige wijze geïnvesteerd wordt in urgente opgaven.”

In de Kamerbrief worden de criteria en randvoorwaarden van de regeling vermeld. De rijksbijdrage is alleen bedoeld voor de uitvoering van klimaatadaptieve maatregelen. Regulier beheer en onderhoud komen niet voor financiering in aanmerking. Maatregelen dienen waar mogelijk meerdere doelen voor klimaatadaptatie. Verder versterken fysieke maatregelen bij voorkeur ook andere doelstellingen. Genoemd worden doelen op het vlak van zoetwaterbeschikbaarheid, waterkwaliteit, vergroening, natuur, energietransitie en volksgezondheid.

Aanvraag tot eind 2023 mogelijk
De regio’s kunnen tot eind 2023 in één keer een aanvraag indienen voor het volledige voor hen bestemde bedrag of dit over maximaal drie jaar uitsmeren. Bij een aanvraag dient de werkregio een voorstel in voor een maatregelenpakket inclusief investeringen. “Dit maakt regionaal maatwerk mogelijk en biedt de regio’s flexibiliteit in de uitvoering: wanneer een maatregel toch niet gerealiseerd blijkt te kunnen worden, kan de werkregio gezamenlijk besluiten een andere soortgelijke maatregel elders in de regio te realiseren”, aldus Van Nieuwenhuizen. Ook een combinatie van meerdere werkregio’s kan een voorstel indienen.

In 2019 en 2020 gaf het Rijk al een bijdrage aan een beperkt aantal regionale projecten. Voor de structurele financiering vanuit het Deltafonds was een wijziging van de Waterwet nodig. Daarmee stemden de Tweede en Eerste Kamer eerder dit jaar in. De gewijzigde Waterwet treedt op 1 juli in werking. Hierdoor is het vanaf 2021 mogelijk om geld van het Deltafonds te gebruiken voor regionale maatregelen voor klimaatadaptatie.

 

MEER INFORMATIE
Tweede Kamerbrief van minister
UvW over de financiële regeling
Wijziging van de Waterwet
Bijdrage voor 5 projecten in 2020
Bestuursakkoord Klimaatadaptatie 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.