Er zijn geen concrete aanwijzingen dat het winnen van struviet uit rioolwater leidt tot risico’s voor mens en milieu, stelt het RIVM. Maar vanwege beperkte meetgegevens is hierover geen zekerheid. Daarom wordt nader onderzoek gedaan.
Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu trekt deze conclusie in een studie, waarin gegevens uit de literatuur en meetgegevens van Waternet onder de loep zijn genomen. Struviet is een fosfaatgrondstof voor mest en wordt op relatief grote schaal teruggewonnen uit rioolwaterslib. Struviet heeft een afvalstatus. Dat vormt een juridische belemmering voor de algemene toepasbaarheid. Ook hebben waterschappen een vergunning nodig voor het verwerken van de afvalstof.
De waterbeheerders hebben er daarom belang bij dat struviet als grondstof is gelabeld en niet meer als afval. Dan moet wel duidelijk zijn of de toepassing van struviet mogelijk ongunstige effecten voor gezondheid en milieu heeft. Die duidelijkheid is er nog niet, aldus het RIVM. Daarvoor is het aantal beschikbare gegevens te beperkt. Het RIVM heeft in de studie het productieproces bij Waternet als voorbeeld genomen. Het Amsterdamse watercyclusbedrijf wint struviet terug door kristallisatie uit uitgegist zuiveringsslib (AirPrex proces). De onderzoekers zien dit als het proces met relatief de meeste kans op vervuiling in het product, vergeleken met bijvoorbeeld een proces waarin de stap van thermische druk hydrolyse is opgenomen.
De RIVM-onderzoekers hebben gekeken naar de aanwezigheid van medicijnresten, ziekteverwekkers (pathogenen) en antibioticaresistente micro-organismen. Zij stellen dat er op basis van de metingen geen eenduidig antwoord is te geven op de vraag of medicijnresten worden opgenomen in het struvietkristal. Hetzelfde geldt voor de tegenovergestelde vraag, dus of medicijnresten niet worden opgenomen. De onderzoekers achten het verder niet waarschijnlijk dat pathogenen in teruggewonnen struviet risico’s opleveren, maar kunnen dat niet uitsluiten. Wat betreft antibioticaresistentie: op basis van de huidige kennis is het niet mogelijk om inzicht in de aanwezigheid in struviet te krijgen.
De partijen die bij de studie zijn betrokken, zien de aanwezigheid van medicijnresten als de belangrijkste onzekerheid. Behalve het RIVM en Waternet gaat het om AquaMinerals, Rijkswaterstaat, de Unie van Waterschappen en de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Zij hebben besloten tot een tweede stap: het meten van medicijnresten in struviet door de waterschappen. Het RIVM beoordeelt de nieuwe meetgegevens.
Meer informatie
Bericht STOWA-brochure Fosfor, de kansen en uitdagingen voor de waterschappen
Vakartikel Struviet: hoofdpijndossier of succesverhaal?