Om automatisch het functioneren van het watersysteem te kunnen analyseren, heeft de afdeling Water van de gemeente Rotterdam zelf de applicatie PRO-INF ontwikkeld. Hiermee is snel te zien waar het goed en verkeerd gaat. “De tool helpt om van iedereen een analist te maken.”
PRO-INF is een geautomatiseerde applicatie binnen het eigen kader van de afdeling Water in de gemeentelijke omgeving. Het instrument analyseert op basis van de data in de procesautomatisering hoe het gaat met het watersysteem, zegt Jeroen Schoester die beheerder procesvoering is. “Op het ogenblik maken we vooral analyses achteraf. Wij kunnen met één druk op de knop bekijken hoe het watersysteem in een bepaalde periode heeft gefunctioneerd.”
Het heeft wel een tijdje geduurd voordat het zover was. Rotterdam is in 2018 gestart met de ontwikkeling van PRO-INF, vertelt Jerôme Schepers, adviseur digitalisering & automatisering bij de afdeling Water. “Wij waren binnen de gemeente toen al redelijk op weg met het digitaliseren en automatiseren van processen, maar er werd veel langs elkaar heen gewerkt. We hebben de IT-architectuur van water helemaal uitgetekend. Zo begrijpen we onderling wat we aan het doen zijn.”
Visualisatie aan de hand van kpi’s
Hoe het watersysteem functioneert, wordt gevisualiseerd aan de hand van vier kritieke prestatie-indicatoren ofwel kpi’s (zie kader). Met de kleuren groen, oranje en rood is op de kaart van het Rotterdamse watersysteem te zien in welke gebieden het goed en fout gaat. Dat maakt volgens Schoester een snel en efficiënt beheer van het systeem mogelijk. “Door de onderliggende informatie waarmee PRO-INF rekent, kunnen we ook het waarom van problemen uitzoeken. Zo kunnen we goed gemotiveerde besluiten nemen over oplossingen.”
Elke medewerker van de afdeling kan deze analyseslag doen, voegt Schoester eraan toe. “De tool helpt om van iedereen een analist te maken.” De huidige set met kpi’s is niet in steen gebeiteld. “Wij vragen onze collega’s wat voor hen cruciale informatie is. Zo heeft iemand aangegeven dat een kpi over de werking van persleidingen belangrijk is. We zijn nu aan het bedenken hoe we daaraan vorm kunnen geven.”
Schepers wijst erop dat PRO-INF ook veel waardevolle informatie oplevert voor functionele adviezen over verbeteringen en nieuwe projecten. Hij noemt als voorbeeld de rioleringscapaciteit van een wijk met tienduizend woningen. “Voor een advies hierover is het cruciaal om te kijken hoe het systeem in de afgelopen jaren functioneerde. Dan kan er een ruimere herberekening nodig zijn om aan de vraag te voldoen. Ook voor de innovatie van gemalen is de informatie vanuit PRO-INF van groot belang.”
Wekelijks een check uitgevoerd
De procesbeheerders die achter de knoppen van de gemalen zitten, controleren standaard elke week het gehele watersysteem met behulp van PRO-INF. Schoester: “Omdat zij te maken hebben met de live gebeurtenissen, weten ze het beste wat de redenen kunnen zijn voor dingen die misgaan. De procesbeheerders slaan deze informatie op in een storingslogboek. Momenteel is dit logboek nog niet geïntegreerd in de applicatie, maar dat is wel het streven.”
De introductie van PRO-INF heeft de nodige stof binnen de afdeling doen opwaaien, zegt Schepers. “Om hiermee om te gaan, proberen Jeroen en ik de applicatie onder de aandacht van de collega’s te brengen voor verbeteringen en successen.”
Waterdata op orde gebracht
Tijdens de ontwikkeling van de online applicatie kwam duidelijk aan het licht dat er nog winst te behalen was bij de kwaliteit van de eigen waterdata, vertelt Schepers. “Er waren rare uitkomsten waaraan verkeerde aannames ten grondslag bleken te liggen. Zoals een overstort in de min terwijl die op plus had moeten zitten. Daar waren we normaal gesproken nooit zo snel achter gekomen. Gek gezegd kun je spreken van ‘shit in, shit out’.”
De afdeling is met het project Data op Orde bezig om fouten in de brondata te corrigeren. Schoester licht toe: “Simpele naam, simpel doel en een hoge impact. We verbeteren de data op drie manieren: door het inmeten van overstorten, het ijken van gemaalsensoren en het op orde brengen van beheergegevens. Bij dat laatste gaat het onder andere om het actualiseren van functionele adviezen.”
Rotterdam maakte tot nu toe gebruik van een interne standaard voor waterdefinities die in het verleden is opgesteld. Toen was de gemeente vooruitstrevend, nu is dit volgens Schoester achterhaald door het Gegevenswoordenboek Stedelijk Water (GWSW). “Daarom gaan we deze nationale standaard toepassen. Dat willen we nog voor de zomer realiseren.”
Naar een datafabriek voor water
De gemeente Rotterdam werkt op waterterrein samen met onder meer waterschap Hollandse Delta, Hoogheemraadschap van Delfland en Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. PRO-INF kan daarbij ondersteunen, zegt Schepers. “De bedoeling is om via een soort visualiseringspakket data onderling te gaan uitwisselen en dus inzicht in elkaars data te krijgen.”
Het streven is om PRO-INF te standaardiseren via verdere digitalisatie. “Dan kan de applicatie ook door andere partijen worden gebruikt en misschien zelfs als standaardproduct op de markt worden gebracht. Mijn stip op de horizon is een geautomatiseerd voorspellend systeem. Ik schat dat we nu op een derde daarvan zitten.”
Schoester kijkt ook naar het perspectief op kortere termijn. “Een datafabriek voor water zou al een mooie eerste stap zijn. Dan kunnen we onze informatie gemakkelijk delen met andere onderdelen binnen de gemeentelijke organisatie en met externe partijen. Ik verwacht dat we hiermee over twee jaar redelijk ver kunnen zijn.”
VIER KPI’S
De afdeling Water van de gemeente Rotterdam gebruikt vier kritieke prestatie-indicatoren om wekelijks inzicht te krijgen hoe het systeem van gemalen, persleidingen, rioleringen en overstorten functioneert:
- behaalde gemaalcapaciteit bij volledige bassin vulling;
- overstortgebeurtenissen op basis van overstortmetingen;
- overstortgebeurtenissen op basis van bassinpeil;
- basischecks voor functioneren van overstorten.
Het Rotterdamse watersysteem is in PRO-INF gevisualiseerd door middel van een kaart met districten. Als een kpi wordt toegepast, kleuren de districten groen, oranje of rood. Bij de twee laatste kleuren kan er sprake zijn van problemen in een of meer van de onderliggende gebieden. Dat is na te gaan in de gedetailleerde weergave van het district, waarnaar kan worden doorgeklikt. Neem de eerste kpi van behaalde gemaalcapaciteit bij volledige bassin vulling. Hierbij moet een gemaal in een gebied volgens het functioneel advies een bepaalde hoeveelheid water per tijdseenheid kunnen verpompen. Een gebied wordt dan bijvoorbeeld rood als het gemaal moet draaien zonder de benodigde capaciteit te halen.