secundair logo knw 1

Bij het aanscherpen van het verbod op bouwen in de uiterwaarden, onderzoekt Rijkswaterstaat het intrekken van bestaande vergunningen. Dat raakt met name de eigenaren van oude steenfabrieken en andere leegstaande bouwwerken langs de grote rivieren.

Een onderzoek naar het intrekken van bestaande, oude vergunningen is een van de aanbevelingen in het rapport ‘Actualisatie Beleidslijn grote rivieren’ dat in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is opgesteld door Sweco en TwynstraGudde.

In dit rapport worden voorstellen en aanbevelingen gedaan voor juridische aanscherping van het bouwverbod in de uiterwaarden van de grote rivieren. Het ministerie neemt alle voorstellen en aanbevelingen in het rapport over, laat een woordvoerder van het departement weten.

Vergunningverleners van Rijkswaterstaat merken dat regelmatig bouwprojecten in het rivierbed worden ontwikkeld op basis van oude vergunningen die in strijd zijn met de huidige regels. Veelal wordt dan een beroep gedaan op verworven rechten. Daarom stelt Rijkswaterstaat een onderzoek in naar het intrekken van alle oude vergunningen in uiterwaarden. Het is onduidelijk hoeveel locaties het betreft.

Vakantiechalets
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat gaat de huidige ‘Beleidslijn grote rivieren’ strenger maken op het punt van woningbouw in de uiterwaarden. Het komt neer op een absoluut verbod op nieuwe niet-riviergebonden bebouwing. Dat verbod geldt ook voor vakantiechalets die dicht op elkaar worden geplaatst.

Op die manier wil het ministerie de afvoer- en bergingscapaciteit van de grote rivieren vergroten. Hoe minder obstakels er zijn in het rivierbed, hoe minder risico op opstuwing en druk op de dijken. Ook vervalt het onderscheid tussen het stromend en bergend deel van de uiterwaarden. In gedeeltes buiten de stroombaan werd tot op heden wel bebouwing wordt toegestaan, onder voorwaarden.

Riviergemeenten en provincies hebben te kennen gegeven dat een absoluut bouwverbod in de uiterwaarden leidt tot achteruitgang van het landschap in de uiterwaarden, omdat bestaande leegstaande panden verpauperen. Daarom adviseren de onderzoekers 'om samen met de regionale gebiedspartners per gebied een ontwikkelvisie voor het rivierbed op te stellen om de ruimtelijke kwaliteit, leefbaarheid en vitaliteit van het rivierbed te behouden en te versterken'.

Honderd jaar
De onderzoekers van Sweco en TwynstraGudde adviseren het ministerie om voor alle uiterwaarden in beeld te brengen waar de komende honderd jaar woningbouw blijvend onwenselijk is en waar toch mogelijkheden zijn in het rivierbed. Het gaat dan om plekken waar zich naar verwachting geen overstromingsrisico’s voordoen, ook na doorrekenen van KNMI-klimaatscenario’s.

“Stel vast welke ruimte de rivier op lange termijn nodig heeft en welke gebieden in potentie kunnen bijdragen aan toekomstige rivierverruiming. De Integraal Rivier Management-visie op het riviersysteem is een eerste stap. Wat nog ontbreekt is de doorkijk naar de lange termijn. Juist die lange termijn is van belang om straks toekomstgerichte keuzes te kunnen maken. Bijvoorbeeld over het afgraven van hoogwatervrije terreinen of het heroverwegen van vergunningplicht vrijgestelde gebieden”, adviseren de onderzoekers.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.
  • Je reactie is nog niet geplaatst. We checken hem eerst.
    H. Laros · 11 months ago
    Je merkt uit reactie van riviergemeenten - achteruitgang van het landschap - dat geld van bebouwing in dit risicogebied toch zwaar telt. Als Rijkswaterstaat zou ik zeggen tegen die eigenaren: zwemdiploma is vereist voor alle bewoners, bij paniek wordt geen hulp geboden, uw verzekering en u als eigenaar zijn 100% voor schade zelf verantwoordelijk.
(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Vorig jaar 50m3 verbruikt dus mijn best gedaan en terug naar 30m3. Rekening 157.50 waarvan 31 voor water en de rest belasting en rechten. Denkt u nu echt dat ik dit jaar op een kuub meer of minder kijk. Ik geef t gras weer lekker water van de zomer.
Helemaal eens met deze opinie van Herman van Dam. Ik zou de totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit bij grootschalige infiltratie nog willen toevoegen als tegenargument. Vanwege de enorme reponstijd vergroot je het risico op grootschalige grondwateroverlast gigantisch als je in het grootste deelsysteem van de Veluwe gaat infiltreren. De enorme schade die afgelopen jaar is opgetreden (en nog steeds oploopt) rond de Veluwe door excessieve natuurlijke infiltratie (alle neerslagrecords verbroken) mag daarvoor in mijn beeld als empirische waarschuwing worden opgevat.
Goed verhaal Herman, vanuit de hydrologie en het belang van de vegetatie
Is dit niet wat eenzijdige berichtgeving? Op Wikipedia staat te lezen: "Op 29 mei 2024 werd bekend dat door The Ocean Cleanup voor de 100e keer plastic afval uit de Grote Oceaan gehaald is. In totaal werd er met die 100 keren 385.000 kilogram opgevist" waarbij wordt verwezen naar nu.nl. Zelfs als de 11,5 miljoen kilo gehaald is (30 keer zo veel als in het geciteerde bericht) dan is dat nog steeds geen 1 procent van de geschatte hoeveelheid plastic in de oceanen (2-8 miljoen ton, volgens schattingen VN). Maar wat voor ons technologen denk ik zeer interessant is en ook in dit vakblad aandacht verdient, zijn de onbedoelde mogelijke schadelijke effecten voor het zeeleven. Hierover is een congres in Liverpool geweest in 2020. Mogelijk is er inmiddels meer onderzoek naar gedaan. In een artikel uit 2020 legde De Correspondent bloot welke keerzijdes er aan een goedwillende techniek als de Ocean Cleanup kunnen zitten en het spanningsveld tussen iets willen oplossen en de vraag voldoende breed in kaart hebben (https://decorrespondent.nl/11379/niemand-weet-welk-probleem-the-ocean-cleanup-eigenlijk-oplost/4ab9e62f-1927-0845-3b42-426dba6ac6b3). Een hoekje ethiek der techniek zou niet misstaan in een vakblad als H2O, lijkt me.