Waterschap Limburg heeft vandaag in Roermond vier tijdelijke waterkeringen getest die kunnen worden gebruikt in plaats van zandzakken. De eerste indruk is positief. Het voordeel is dat de systemen snel kunnen worden geplaatst. Wel zijn ze niet voor elke locatie geschikt.
De door het waterschap uitgeprobeerde systemen hebben hun waarde in het buitenland al bewezen, maar worden nog weinig gebruikt in Nederland. Het gaat om de BoxBarrier, Geodesign Barrier, Mobiele dijk en Slamdam. Zij zijn geselecteerd na een marktconsultatie, vertelt projectleider Juus Teensma van Waterschap Limburg. “De test hiermee van vandaag is geslaagd. We hebben een goed beeld gekregen van de voor- en nadelen van de verschillende keringen. In het algemeen voldoen ze allemaal.”
Het is nog te vroeg voor definitieve conclusies, zegt Teensma. “Wij gaan voor de verschillende locaties bekijken wat waar de beste toepassing is. Het kan daarom zijn dat we meerdere systemen aanschaffen.”
Voor Zuid-Limburgs heuvelland bedoeld
De alternatieven voor de zandzakken zijn volgens Teensma vooral bedoeld voor het heuvelland van Zuid-Limburg. “Hier kan op basis van hevige neerslag op korte termijn wateroverlast optreden, zoals in juli 2021 in extreme mate gebeurde.”
Het is dan ook van essentieel belang dat er vlug een tijdelijke barrière kan worden opgeworpen. Dat maken de geteste systemen naar de mening van Teensma waar. “Zo hebben vier medewerkers van de leverancier van de Mobiele dijk in een half uur tijd 66 meter slang geplaatst. Dat gaat vele malen sneller dan bij zandzakken die je eerst moet vullen en daarna transporteren en leggen.”
De 150.000 zandzakken die het waterschap op voorraad heeft, worden echter straks niet overbodig. “Zij zullen altijd blijven. Zandzakken zijn bijvoorbeeld zeer geschikt bij hoogwater in de Maas, want dat zie je al dagen van te voren aankomen. Dan is er voldoende tijd om ze in te zetten.”
Drie systemen gevuld met water
Drie van de vier tijdelijke keringen zijn gebaseerd op het vullen met water. De Mobiele dijk is in een notendop te omschrijven als een kunststof slang en de Slamdam als een rubberen slang. Het grote verschil is dat de Mobiele dijk bestaat uit een aangesloten constructie van elementen van 33 meter die over de gehele lengte gelijktijdig worden gevuld, terwijl de Slamdam opgebouwd is uit losse modules van vijf meter die allemaal afzonderlijk worden gevuld en niet fysiek met elkaar verbonden zijn. De BoxBarrier bestaat uit kunststof bakken waarin water wordt gedaan.
Alleen bij de Geodesign Barrier is er een andere techniek. Deze kering heeft bij een hoogte van 60 centimeter een vaste driehoekige metalen steun. Die wordt bedekt met een metalen plaat en afgedekt met folie die ook nog verzwaard wordt met metalen kettingen.
De vier systemen zijn getest bij de groene overlaat in Roermond. Een goede plek hiervoor, zegt Teensma. “We konden de tijdelijke waterkeringen aansluiten op de twee taluds aan de buitenkanten. In het slootje ertussen hebben we duikers gelegd zodat de keringen met water konden worden gevuld. Om een overstroming te simuleren, is met twee pompen water uit de Roer overgebracht naar de groene overlaat waardoor het gebied achter de tijdelijke kering is verhoogd.”
Test in twee delen
De test is in twee delen uitgevoerd. In de ochtend waren eerst de Geodesign Barrier en Mobiele dijk aan de beurt. “Ze keerden allebei perfect het water. Bij het eerste systeem liep er door de constructie wel wat meer lekwater onderdoor weg.”
In de middag zijn de BoxBarrier en Slamdam geplaatst. Met deze systemen ging het wat minder voorspoedig. Van de Slamdam klapte een van de losse elementen er net boven de duiker onverwachts uit, vertelt Teensma. “Daar werd de slang gewoon opgedreven. De conclusie was dat de ondergrond op deze plek bestond uit een waterdoorlatende verharding van menggranulaat, waardoor er veel water onder de Slamdam begon te lopen en deze opdreef. Het was niet gebeurd als de modules van Slamdam aan elkaar gekoppeld zouden zijn.”
Waterschap Limburg heeft tijdens de marktconsultatie specifiek gevraagd naar systemen die een waterhoogte van 50 centimeter kunnen keren. Tegelijkertijd is aangegeven dat bij de test ook het overlopen zou worden beproefd. De leverancier van BoxBarrier zei van te voren al dat zijn tijdelijke kering daarvoor niet gemaakt is. Dat bleek. “De BoxBarrier dreef omhoog, omdat het contragewicht in de bakken boven de 50 centimeter niet meer voldoende is. Zo’n risicofactor moet je meenemen bij je afweging. Het systeem is wel een goede oplossing voor het beschermen van woningen en winkels, als er niet meer dan een halve meter water door de straat loopt.”
Mogelijk meerdere systemen aangeschaft
Teensma wil benadrukken dat het waterschap niet als enige partij verantwoordelijk is. Daarom waren bij de test van vandaag ook experts van de veiligheidsregio, brandweer, Areaalbeheer, contractaannemer voor de calamiteitenbestrijding en TU Delft betrokken. “Zij hebben allemaal hun zegje kunnen doen.”
Waterschap Limburg heeft een Euregio-subsidie aangevraagd voor de aanschaf van de noodmiddelen. “Op 1 mei krijgen wij te horen of de subsidie wordt toegekend. Dan kunnen we hopelijk dezelfde maand nog de Europese aanbesteding opstarten.”
Bij de uiteindelijke keuze weegt het waterschap inzetbaarheid en kosten tegen elkaar af, besluit Teensma. “Het wordt maatwerk. Daarom kan het best zijn dat wij voor meerdere systemen raamovereenkomsten aangaan, zodat we voorlopig vooruit kunnen. Het streven is om de tijdelijke keringen straks decentraal op te slaan bij de gemeenten en brandweerkazernes in Zuid-Limburg. Zodoende kunnen we bij extreme neerslag heel snel handelen.”
MEER INFORMATIE
Bericht Waterschap Limburg