De ondernemers in de watersector verwachten een sterke groei van de export, blijkt uit de nieuwe Watersector Exportindex. Volgens directeur Lennart Silvis van het Netherlands Water Partnership komt de grens van tien miljard euro in zicht en wordt mogelijk al dit jaar overschreden.
De Watersector Exportindex (WEX) was vorig jaar 205,6, met als kanttekening dat het nog om een voorlopig cijfer gaat. Dit is ruim twee keer zoveel als het indexcijfer van 100 in het uitgangsjaar 2000. De exportactiviteiten van de watersector zijn bijna 8,5 miljard euro waard, ongeveer 900 miljoen meer dan in 2016. De exportquote (export gerelateerd aan totale omzet) is 43,6 procent. Het aandeel van de sector in de totale Nederlandse export is 1,8 procent.
Deze cijfers komen uit de nieuwe editie van het rapport over de WEX. Het onderzoeksbureau Panteia stelt jaarlijks dit rapport op aan de hand van een enquête onder bedrijven in de watersector. Opdrachtgever is het Netherlands Water Partnership (NWP) waarbij tweehonderd profit en non-profit organisaties zijn aangesloten. NWP werkt hierbij samen met ENVAQUA en de Water Alliance. Het onderzoek is financieel mogelijk gemaakt door het Programma Partners voor Water.
Veel vertrouwen in toekomst
De ondernemers zijn erg positief gestemd. Ruim 80 procent beoordeelt de situatie op de buitenlandse markt voor wateractiviteiten als gunstig of zeer gunstig. De ondervraagden verwachten dat deze activiteiten in 2018 met gemiddeld 14 procent toenemen. Nog hoger is het percentage van ondernemers die vertrouwen hebben in de toekomst: 93 procent.
Volgens directeur Lennart Silvis van NWP is de buitenlandse omzet sinds 2000 steeds belangrijker geworden voor de watersector. “Deze ontwikkeling zet zich door. De waterexport gaat richting de tien miljard euro. Ik ben optimistisch en hoop op een nog snellere exportgroei dan de ondernemers zelf melden. Dan gaan we dit jaar al door de grens van tien miljard euro heen. Het is een uitdaging om die verwachting waar te maken.”
Sterk herstel van deltatechnologie
De bedrijven met watertechnologie (watervoorziening en afvalwater) hebben in 2017 voor meer dan 2,7 miljard euro uitgevoerd in het buitenland. Dit komt neer op 30 procent van hun totale omzet. Volgens de deelnemers aan de enquête liggen binnen de Europese Unie de meeste kansen in Duitsland en België en daarbuiten in de Verenigde Staten, Canada, India en China. De export van bedrijven met deltatechnologie (waterbeheer, waterbouw, waterkracht en water en groen) is zo’n 5,1 miljard euro waard, ruim de helft van de totale omzet. Buurland Duitsland en verder de VS, China en India zijn de landen die de beste kansen bieden.
De export voor deltatechnologie heeft zich sterk hersteld van het teleurstellende jaar 2016. Toen nam de uitvoer juist af door problemen in de wereldeconomie, zoals de daling van de olieprijs en een teruglopende economische groei in een aantal grote exportlanden. Silvis: “Veel landen maken een inhaalslag in de investeringsbudgetten. Zo is de markt voor haven- en offshore-activiteiten wereldwijd aan het aantrekken.”
De groei van de export bij watertechnologie wordt onder andere verklaard door de toegenomen aandacht voor circulaire economie. “Landen hebben steeds meer belangstelling voor het terugwinnen van energie en grondstoffen uit afvalwater. In ons land hebben diverse nichespelers hiervoor goede oplossingen.” Dat is illustratief voor de Nederlandse waterexport, zegt Silvis. “De kern is het leveren van hoogwaardige diensten en producten. Weliswaar bieden enkele grote bedrijven totaaloplossingen aan, maar in de regel gaat het om nichewerk.”
Samenwerking uitdaging
De NWP-directeur ziet enkele grote uitdagingen. Financiering is er een van. “Op de buitenlandse markt is er geen gelijk speelveld. Landen als China en Japan steunen hun exporterende bedrijven met flink wat geld. Ik ben er geen voorstander van dat Nederland dit gaat doen, maar vind wel dat het speelveld voor alle bedrijven moet worden gelijkgetrokken. Het is spannend of dat te realiseren is.”
Een andere uitdaging is de samenwerking tussen Nederlandse bedrijven. Veel deelnemers aan de enquête vinden dit nodig om kansen beter te benutten. Silvis pleit ervoor dat kleinere bedrijven meer kunnen profiteren van de buitenlandse aanwezigheid en netwerken van grote ondernemingen en adviesbureaus. “Het is belangrijk om de band met elkaar te versterken, onder meer door ervaringen met een bepaald land te delen en wellicht gezamenlijk een land te bezoeken. Wat mij betreft gaat dat verder dan vrijblijvend samenwerken. Voor echt succes moet samenwerking tussen grotere en kleinere bedrijven gevat worden in goede business modellen.”
Exportclusters voor EU
NWP gaat zich ook meer richten op de landen binnen de EU, bij zowel delta- als watertechnologie een zeer belangrijke afzetmarkt. Vooral in Oost-Europa liggen er veel kansen. Silvis licht toe: “Wij zijn bezig om hiervoor een pragmatisch programma op te stellen met als titel Europe connects, water unites. We willen een aantal thematische clusters ontwikkelen als innovatieve watertechnologie, duurzame waterwegen en havens en water en voedsel. Partijen hebben even tijd nodig om zich hieraan te committeren, maar voor het eind van het jaar ligt er een mooi programma.”
Meer informatie
Blog van Lennart Silvis over exportgroei
Bericht over vorige editie van WEX