Ruim de helft van de wereldbevolking woont nu al in een gebied waar minstens één maand per jaar waterschaarste is, tegen het einde van deze eeuw kan dat zomaar twee derde zijn. Dat blijkt uit een studie van de Universiteit Utrecht, waarbij voor het eerst ook gekeken is naar waterkwaliteit.
De onderzoekers spreken van een "escalerende wereldwijde crisis om schoon water". Door klimaatverandering en bevolkingsgroei zal de waterschaarste overal toenemen, maar de impact daarvan zal het grootst zijn in de Global South, zo tonen hun berekeningen aan.
Daarvoor gebruikten ze een geavanceerd computermodel waarmee de waterkwantiteit en -kwaliteit op mondiaal niveau kunnen worden gesimuleerd. Zo konden schattingen worden gemaakt van de huidige en toekomstige waterschaarste.
Dat ook de waterkwaliteit daarbij nadrukkelijk is meegenomen, is volgens de Utrechtse wetenschappers nieuw. "Eerdere schattingen richtten zich voornamelijk op de hoeveelheid beschikbaar water", vertelt onderzoeker Edward Jones. "Maar veilig gebruik van water hangt ook af van de kwaliteit."
Verontreiniging
De resultaten van de studie, die vandaag zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Climate Change, laten zien wat de impact is van klimaatverandering en bevolkingsgroei op de toekomstige vraag naar water voor verschillende sectoren en de beschikbaarheid en kwaliteit ervan.
Bij dat laatste aspect is gekeken naar drie verschillende typen verontreiniging, vertelt universitair hoofddocent en onderzoeker Michelle van Vliet. Namelijk organische verontreiniging (eutrofiëring), pathogene verontreiniging (bacteriën) en een te hoog zoutgehalte. "Want als het water te zout is, kun je het niet gebruiken voor bijvoorbeeld irrigatie. Dat zagen we ook bij de recente droogte in West-Nederland, waarbij het toegenomen zoutgehalte problemen veroorzaakte voor de landbouw."
Behalve voor de landbouw hebben mensen water van goede kwaliteit nodig voor huishoudelijk gebruik, voor energie en voor industrie. Uit de schattingen blijkt dat 55 procent van de wereldbevolking momenteel in gebieden woont die daar minstens één maand per jaar een gebrek aan hebben. Tegen het einde van de eeuw kan dit oplopen tot wel 66 procent.
Combinatie
De Global South – grote delen van Afrika, Azië, Zuid-Amerika en de Pacific – wordt daardoor het meest getroffen, zegt Jones. "Dat komt meestal door een combinatie van bevolkingsgroei en economische groei, klimaatverandering en verslechtering van de waterkwaliteit. De waterschaarste duurt hier ook een groter deel van het jaar."
West-Europa en Noord-Amerika zullen eveneens te maken krijgen met een toenemend gebrek aan schoon water, maar meestal slechts een aantal maanden per jaar.
Dit sluit volgens Jones in grote lijnen aan bij het deze week verschenen rapport van het Europees Milieuagentschap, waarin wordt gesteld dat de situatie in Zuid-Europa het ergst is. "Daar zitten nu de meeste hotspots, en dat zullen er alleen maar meer worden."
Paradox
De belangrijkste conclusie van de onderzoekers is dat we ons niet alleen moeten richten op het verminderen van het watergebruik, maar ook op het verminderen van watervervuiling, willen we de wereldwijde watercrisis op zijn minst beperken.
"Dat is de paradox van de waterkwaliteit", zegt Van Vliet. "Veel sectoren zijn afhankelijk van schoon water, maar tegelijk dragen ze door hun activiteiten ook bij aan de verslechtering van de waterkwaliteit. Onze studie laat zien dat die waterkwaliteit, naast waterkwantiteit, een belangrijke rol speelt bij zowel de huidige als de toekomstige waterschaarste."