Waterschap Rivierenland heeft de complete generieke IT-infrastructuur uitbesteed aan het bedrijf Open Line. Het is voor de eerste keer dat dit gebeurt in waterschapsland. De bedoeling is dat de overdracht in oktober wordt afgerond.
Hiervoor hebben het waterschap en het bedrijf een overeenkomst voor een periode van tien jaar afgesloten. “Ik ben blij dat we deze stap hebben gezet”, zegt Richard Bremer, Chief Information Officer bij Waterschap Rivierenland. “Onze kwetsbaarheid neemt af door de outsourcing en we kunnen sneller reageren op nieuwe ontwikkelingen.”
Volgens Bremer kan door de schaalvoordelen beter de kennis op peil worden gehouden tegen aanvaardbare kosten. “Ook kunnen we zo voorzieningen als uitwijk en cyberbeveiliging realiseren en best practices gebruiken bij het uitvoeren van de taken. Open Line heeft een uitgebreide klantenkring waardoor dit mogelijk is. Onze eigen schaal is hiervoor te klein.”
Hij noemt nog een voordeel van het uitbesteden van het hele pakket van de generieke infrastructuur voor informatietechnologie (IT), inclusief het eigendom hiervan. “Wij kunnen ons nu meer richten op nieuwe technologieën als kunstmatige intelligentie en machine learning. Want hierbij gaan de ontwikkelingen erg hard.”
Operationele technologie in eigen beheer gebleven
Wat wordt met de generieke IT-infrastructuur bedoeld? Bremer licht toe: “Ik noem het wel gekscherend het ketelhuis. Het gaat om alles wat nodig is om onze software te kunnen gebruiken, zoals servers, databases en netwerken. Het applicatiebeheer en functionele beheer houden we in eigen hand, evenals de uitgifte van beeldschermen en telefoons.”
De outsourcing staat op zich los van de procesaansturing van zuiveringen, gemalen en stuwen ofwel de operationele technologie (OT). Maar ook weer niet helemaal. “De programmatuur voor sturen op afstand in de Centrale Regiekamer draait binnen de kantooromgeving. Het is daarbij belangrijk om de relatie tussen IT en OT scherp aan te geven.”
Meer zekerheid door outsourcing
Het neerleggen van de generieke IT bij een externe partij vloeit voort uit de sourcingstrategie die Richard Bremer door strategisch adviesbureau Quint heeft laten opstellen, toen hij in 2017 CIO werd. “Hiermee kunnen wij veel meer zekerheid inbouwen. Want ondanks dat Rivierenland een van de grootste waterschappen is, bleken we te kwetsbaar in verband met onder andere de toenemende cyberdreigingen. Een relatief kleine club was binnen onze organisatie verantwoordelijk voor de technische ondersteuning. Ook worden we steeds afhankelijker van digitale technologie.”
Verder moet de organisatie wendbaarder worden. "Er komen steeds meer en steeds sneller maatschappelijke ontwikkelingen op ons af. Denk bijvoorbeeld aan de energietransitie en de klimaatverandering. Door outsourcing van de IT-infrastructuur kunnen we hierop sneller inspelen.”
Het zorgde wel voor een schok binnen de organisatie toen de voorkeur voor uitbesteding bekend werd gemaakt. “Er ging een soort bom af, want medewerkers hadden het niet verwacht en vonden het een beetje eng om informatietechnologie te outsourcen. We hebben intern veel overlegd. Voor de betrokken teamleden zijn andere posities binnen de organisatie gevonden. Het is een mooi, zorgvuldig proces geweest. We hebben er bijna twee jaar voor uitgetrokken om de knoop door te hakken.”
Bremer heeft in die tijd bekeken of outsourcing bij het rekencentrum van Rijkswaterstaat of het Shared Service Center van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in aanmerking zou komen. “Het bleek in beide gevallen geen echte optie.”
Kwaliteit voorop bij aanbesteding
Het waterschap zocht tijdens de aanbestedingsprocedure naar een stabiele partij met een brede staat van dienst. “De vier bedrijven waarmee we na de eerste selectie zijn doorgegaan, voldoen aan dat profiel.” De keuze viel uiteindelijk op het Limburgse bedrijf Open Line. Dat gebeurde na een zorgvuldig afwegingsproces waarbij kwaliteit het belangrijkste criterium was, vertelt Bremer. “De prijs speelde natuurlijk mee maar was veel minder belangrijk. We betalen nu ongeveer hetzelfde als wanneer we het nog zelf zouden doen. Voor ons is een lagere prijs ook niet de reden geweest om out te sourcen.”
Open Line bestaat ruim twintig jaar en levert ‘managed cloud services’ aan ruim 140 bedrijven en organisaties, vooral bij de overheid (waaronder twee andere waterschappen waar het beheer gedeeltelijk is uitbesteed) en in de industrie, sociale huisvesting en zorg. De cultuur van het bedrijf sluit volgens Bremer goed aan bij die van Waterschap Rivierenland. “Het is geen megabedrijf waarbij we als klant slechts een zandkorreltje zouden zijn.”
Een voordeel is dat Open Line meerdere rekencentra heeft waardoor er bij een calamiteit kan worden uitgeweken. Bremer. “Als door een bom op het rekencentrum de generieke IT-infrastructuur uit zou vallen, neemt een ander centrum het binnen een fractie van een seconde over. Het zou erg kostbaar zijn geweest om zo’n uitwijkmogelijkheid zelf te creëren.”
Transitie van start gegaan
Een nieuwe regie-organisatie binnen de afdeling Informatie en Digitalisering van Waterschap Rivierenland houdt de vinger aan de pols. “Dat is de spreekbuis richting Open Line. Hierin zijn alle niveaus vertegenwoordigd, van operationeel tot strategisch.”
De transitie is inmiddels van start gegaan en wordt half oktober afgerond, als alles volgens planning verloopt. Het is geen big bang, vertelt Bremer. De overdracht gebeurt volgens het principe van ‘lift and shift’. “Er worden voortdurend stukjes software van ons neergezet bij Open Line, totdat 80 procent is bereikt. Het resterende deel wordt tot slot in één weekend overgezet. Dan gaan we echt over. Het komt bij dit proces goed uit dat veel van onze technische keuzes uit het verleden passen bij de standaarden van Open Line.”
Bremer wijst nog op de een paar jaar geleden ingevoerde Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO), het basisnormenkader voor informatiebeveiliging binnen alle overheidslagen. “Een derde van de controles in de BIO wordt nu gecoverd door Open Line. De cyberveiligheid is echt een stuk beter gewaarborgd.”