De waterschappen blijven zich inzetten om met een gebiedsgerichte aanpak de doelen voor onder andere de waterkwaliteit te halen. Dat is de reactie van de Unie van Waterschappen op het afschaffen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), waar het kabinet toe heeft besloten. “Met het verdwijnen van het NPLG gaat de opgave voor schoon en voldoende water niet weg.”
Het NPLG is onder het vorige kabinet opgezet om te komen tot natuurherstel, vermindering van de stikstofuitstoot, verbetering van de waterkwaliteit en realiseren van klimaatdoelen. Dat moest in integrale gebiedsprocessen worden gerealiseerd en daar is de laatste jaren veel energie in gestopt door de provincies met regionale partners als de waterschappen.
Dat proces staat nu op losse schroeven. In het hoofdlijnenakkoord tussen PVV, VVD, NSC en BBB was al een streep gezet door het fonds van ruim 20 miljard euro dat beschikbaar was voor de uitwerking van het NPLG. Het kabinet Schoof verbindt daar nu in het regeerakkoord de consequentie aan dat het hele programma wordt geschrapt.
Bestuurlijk vandalisme
In de Tweede Kamercommissie Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur uitten oppositiepartijen gisteren felle kritiek op het voornemen van het kabinet. Laura Bromet (GroenLinks/PvdA) sprak over ‘bestuurlijk vandalisme’, Pieter Grinwis (ChristenUnie) over ‘pyromaanpolitiek’.
Landbouwminister Femke Wiersma (BBB) liet het van zich afglijden. Ze wees op het beperkte budget. "Het lijkt me daarom geen hogere wiskunde, dat er scherpe keuzes gemaakt moeten worden".
Over die keuzes wilde de minister niet veel kwijt. Ze verwees naar het regeerprogramma waar ‘de laatste hand aan wordt gelegd’. Inhoudelijk kon ze er dus ‘nog niet veel over zeggen’. Wel zegde ze toe dat het kabinet zich aan de internationale afspraken en doelen zal houden.
Alternatief plan
De waterschappen verwachten dat het kabinet op korte termijn met een concreet alternatief plan komt dat ‘het tempo erin houdt, het draagvlak vergroot en de doelen aantoonbaar realiseert’.
Erik den Hertog, bestuurslid van de Unie van Waterschappen, wordt geciteerd op de website van de UvW: “De afgelopen jaren hebben de waterschappen flink in de regionale samenwerking geïnvesteerd. Waterschappen zijn vastbesloten om deze manier van werken in stand te houden. Dit is ook een uitnodiging aan onze samenwerkingspartners in de regio”.
Voor de waterschappen is het verbeteren van de waterkwaliteit, zoals onder andere vastgelegd in de Kaderrichtlijn Water (KRW), de belangrijkste opgave. In de provinciale planprocessen moest de vertaalslag van het beleidsprincipe water en bodem sturend worden gemaakt. Ook is binnen het NPLG veel aandacht voor de verdeling van zoetwater tijdens droogteperioden en ruimte voor water om wateroverlast te voorkomen.
Met het verdwijnen van het NPLG gaat de opgave voor schoon en voldoende water niet weg, schrijft de Unie. “Waterschappen gaan intussen onverminderd door met hun werkzaamheden, want er zijn in de gebiedsprocessen verwachtingen gewekt en er is geen tijd te verliezen. Zo moeten de doelen voor de KRW al in 2027 zijn gerealiseerd. Alle energie moet dan ook worden gestoken in de uitvoering.”
Het besluit dat er een streep gaat door het NPLG wordt door de boerenorganisaties als Farmers Defence Force en Agractie met instemming begroet. Natuurorganisaties zijn boos.
LEES OOK:
H2O Actueel: 'Kabinet trekt stekker uit Nationaal Programma Landelijk Gebied'