Meike van Ginneken wordt de nieuwe watergezant. Ze begint 1 augustus en volgt daarmee Henk Ovink op, Nederlands eerste watergezant.
van het ministerie van Binnenlandse Zaken wordt Van Ginneken omschreven als ‘een internationaal gerenommeerde waterexpert’. Jaap Slootmaker, directeur-generaal Water en Bodem op het minister van Infrastructuur en Waterstaat, noemt haar ‘een inhoudelijk gedreven en tegelijk zeer samenwerkingsgerichte persoonlijkheid’. In de persverklaring
Van Ginneken, die waterbeheer aan de TU Delft en verandermanagement aan HEC Paris in Frankrijk studeerde, werkte van 2002 tot 2017 voor de Wereldbank, waarvan vanaf 2012 als regiodirecteur Energie voor West- en Centraal-Afrika en als regiodirecteur Water voor Zuid-Azië. Daarna was zij de voorzitter van de Raad van Bestuur van SNV Nederlandse Ontwikkelingsorganisatie en Assistent Secretaris-Generaal voor strategie & kennis bij het Internationaal Fonds voor Landbouwontwikkeling.
Als watergezant en programmadirecteur Klimaatadaptatie en Water Internationaal bij het directoraat-generaal Water en Bodem van het ministerie van IenW, moet Van Ginneken de Nederlandse internationale waterambitie in binnen- en buitenland, uitdragen. “Belangrijke thema’s zijn, naast de kwantitatieve doelstellingen op het gebied van waterveiligheid en waterzekerheid, de link tussen water, klimaat en voedselzekerheid, biodiversiteit, nature-based solutions, water en sanitatie, water governance en het Nederlands leer- en verdienvermogen”, aldus de verklaring van het ministerie van BZ.
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.