Het initiatiefwetsvoorstel om de geborgde zetels in de waterschappen af te schaffen staat op losse schroeven. In de Tweede Kamer zorgde een amendement van Pieter Grinwis (ChristenUnie) voor opwinding in het debat dat vandaag werd voortgezet over het wetsvoorstel van Laura Bromet (GroenLinks) en Tjeerd de Groot (D66). Grinwis haalde met zijn ingediende wijziging de angel uit van het wetsvoorstel; de geborgde zetels worden niet afgeschaft, maar teruggebracht in aantal. De kans bestaat dat het amendement steun krijgt van de PVV, waarmee de meerderheid in de Tweede Kamer voor afschaffing verdampt.
Grinwis had het amendement al eerder aangekondigd, maar dat was nog gericht op afschaffing van de verplichte geborgde zetel in het dagelijks bestuur van de waterschappen. In de finale versie bleek dat Grinwis zijn voorstel tot wijzigen van de initiatiefwet nog wat verder had opgetuigd: in het amendement zijn ook de passages in het wetsvoorstel over afschaffen van de geborgde zetels geschrapt en vervangen door het terugbrengen van het aantal tot 6: voor ongebouwd, bedrijven en natuur elk 2.
Hij greep daarmee terug op het advies uit 2015 van de inmiddels opgeheven Adviescommissie Water. “Met dat advies is toen niets gedaan, terwijl dat naar mening van de ChristenUnie fractie een goed advies was en ook consistent met onze eerdere inzet in deze debatten.”
Grinwis zag in zijn amendement een verbetering van het wetsvoorstel, maar realiseerde zich ook dat hij met zijn wijzigingsvoorstel het wetsvoorstel om de waterschappen te democratiseren fundamenteel verandert. Hij diende het dan ook, zo zei hij, met ‘een enigszins bezwaard gemoed’ in. “Ik hoop dat de indieners mij dat niet al te euvel duiden.”
Lelijk amendement
De indieners van het wetsvoorstel deden dat wel. Ze ontraadden het amendement en waren in feite not amused. Ook door de zorgvuldigheid die naar hun mening ontbrak in de aanpak van Grinwis. De Groot: “En er is één zin in de toelichting van Grinwis die ons onaangenaam heeft geraakt, namelijk dat het amendement de enige manier is om te voorkomen dat de geborgde zetels komen te vervallen. Dat maakt het een buitengewoon lelijk amendement".
Het D66-kamerlid, dat met Bromet het wetsvoorstel uitvoerig had verdedigd in reactie op vragen in de eerste termijn, gaf daarop aan dat hij en Bromet het initiatiefwetsvoorstel ‘zeer, zeer, zeer waarschijnlijk’ zullen intrekken als het amendement wordt aangenomen in de Tweede Kamer. Maar daar liet hij het niet bij. Hij riep de Kamer op het wetsvoorstel te steunen en bood daarbij de mogelijkheid om, als de Tweede Kamer het amendement afwijst, het wetsvoorstel, als dat nodig is ('Wij geloven van niet'), zodanig aan te passen dat het in de Eerste Kamer wel kan rekenen op voldoende steun. Het wetsvoorstel zou dan alsnog opschuiven 'in de richting die de heer Grinwis voorstelt'.
Maar dat gebeurt dan wel 'netjes en stap voor stap’, zodat er een zorgvuldige afweging plaatsheeft 'die past bij de waardigheid van dit wetsvoorstel’, aldus De Groot.
Deze opmerking was vooral bedoeld om de PVV mee te krijgen in steun voor het ongewijzigde wetsvoorstel. Deze partij (17 zetels) neemt een sleutelpositie in. In de eerste termijn van het debat, dat in april plaatshad, gaf PVV-woordvoerder Barry Madlener aan zich achter het initiatiefwetsvoorstel te willen scharen. Maar die steun is niet zeker meer, bleek vandaag, omdat de PVV is gaan kijken hoe de verhoudingen liggen in de Eerste Kamer en er daarbij vanuit gaat dat het nu voorliggende initiatiefwetsvoorstel van De Groot en Bromet in de Senaat niet kan rekenen op een meerderheid. Als de initiatiefwet in de Senaat sneuvelt, blijft alles bij het oude en dat vindt de PVV, in feite voorstander van het afschaffen van de waterschappen, de slechtste uitkomst.
Beter dan niets
Het amendement is dan beter dan niets, zei Madlener. Zijn fractie overweegt dan ook het wijzigingsvoorstel van Grinwis te steunen, zei hij in de aanname dat het aangepaste wetsvoorstel het wel haalt in de Eerste Kamer. “Ik begrijp de teleurstelling bij de indieners van het wetsvoorstel, maar ik ervaar het amendement nog altijd als een verbetering van de huidige situatie bij de waterschappen. Ik zou het jammer vinden als het aannemen van het amendement zou leiden tot intrekken van het wetsvoorstel. Dan hebben we niets”, zei hij in richting van De Groot en Bromet.
Het duwen en trekken verbaasde menigeen in de Kamer. “Dit is de aller-, aller-, allergekste figuur die ik bij welk initiatiefwetsvoorstel dan ook heb gezien,” zei Harry van der Molen van het CDA in de richting van De Groot. “U stelt ons nu in het vooruitzicht dat als uw wetsvoorstel hier wordt gesteund, het totaal iets anders wordt in de Eerste Kamer.”
Ook Fahid Minhas (VVD) snapte het niet. ”Als de Tweede Kamer instemt met volledige afschaffing dan heeft u toch geen ruimte om een ander wetsvoorstel in de Eerste Kamer in te dienen?” De Groot stelde dat die ruimte er wel is. “Dat heet een novelle”, zei hij. Dat instrument maakt het, volgens de regels van het parlement, mogelijk een wetsvoorstel te wijzigen dat al wel door de Tweede Kamer is aangenomen, maar nog niet door de Eerste Kamer.
Hoofdelijk stemmen
Hoe de stemming verloopt wordt volgende week dinsdag duidelijk. Dan stemt de Tweede Kamer over het wetsvoorstel en het amendement. Dat gebeurt op verzoek van Chris Stoffer (SGP) hoofdelijk. "Om het echt politiek te maken", lichtte hij toe.
Dinsdag zal er ook worden gestemd over de motie van Minhas om de eventuele wijzigingen in het bestuur van de waterschappen in te laten gaan ná de waterschapsverkiezingen van 2023. Dit omdat de voorbereidingen op die verkiezingen al gaande zijn.
Kabinet
Het kabinet zal zich voegen naar het oordeel van de Kamer over wet en motie, liet minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat weten. Met daarbij de kanttekening dat in feite voor de zomer het wetsvoorstel in de Eerste Kamer behandeld moet zijn om de benodigde aanpassingen tijdig (voor 1 december) in de regelgeving te kunnen implementeren. “Mocht dat niet voor de zomer lukken, dan moet dat in feite meteen na het zomerreces gebeuren in de Eerste Kamer.”
Ook neemt het kabinet geen standpunt in over het wetsvoorstel om de waterschappen te democratiseren, liet Harbers weten. “Hoe het bestuur ook wordt samengesteld, waterschappen blijven een essentiële partner." Het kabinetsstandpunt om zich afzijdig te houden van de inhoudelijke debatten, ontlokte Stoffer een reactie: “Ik vind het toch wat opmerkelijk, gezien de samenstelling van het kabinet, dat het kabinet zich onthoudt van een standpunt over dit wetsvoorstel. De ChristenUnie is er niet voor. Het CDA is er niet voor, en ook de VVD niet. Dus volgens mij zien we hier hoe stevig D66 bepaalt wat de kabinetslijn is.”
LEES OOK:
ChristenUnie keert zich tegen verplichte geborgde zetel in het dagelijks bestuur waterschappen