Wie betaalt hoeveel waterschapsbelasting? Die vraag houdt de gemoederen bij waterschap Brabantse Delta al enige tijd bezig. Een eerste bestuursvoorstel kon op felle kritiek van de oppositie rekenen. Nu wordt de inspraakprocedure gestopt. ‘Niet vanwege de kritiek van oppositiepartijen, maar vanwege fouten in de gebruikte berekening.’
Om de vijf jaar maakt elk waterschap een nieuwe kostentoedelingsverordening. Zo wordt de vraag beantwoord hoe de waterschapsbelasting wordt verdeeld tussen burgers, eigenaren van woningen en bedrijven, agrariërs en bezitters van natuurterreinen.
“Bij de beantwoording van vragen over de toedeling van het Algemeen Bestuur, ontdekten we een fout en vervolgens hebben we de gebruikte aantallen opnieuw onderzocht”, stelt Karin van den Berg, lid van het Dagelijks Bestuur van Brabantse Delta en portefeuillehouder op dit onderwerp.
Na onderzoek bleken er volgens Van den Berg twee fouten te zitten in de achterliggende berekening om de belasting over de verschillende categorieën te verdelen. “De gebruikte inwonersaantallen waren niet correct en er zijn onjuiste cijfers toegepast voor de waardeverhouding tussen ongebouwd, gebouwd en natuur. Daarom hebben we de procedure ingetrokken.”
Hoeveel impact de gemaakte fouten hebben en of het nieuwe voorstel erg zal verschillen van het vorige, kan Van den Berg niet zeggen. “Natuurlijk zullen er verschillen zijn, dat is logisch als er andere cijfers worden gebruikt. Maar dit is geen reactie op de kritiek van de oppositie. Dit gaat om correcte en zorgvuldige besluitvorming.”
Van den Berg werkt nu aan een nieuwe kostentoedelingsverordening. “Eerst zal ik het proces toelichten in de commissievergadering later deze week. Het nieuwe voorstel zal waarschijnlijk vanaf half september ter inzage liggen, zodat het Algemeen Bestuur er in november over kan stemmen. De nieuwe verdeling moet immers vanaf 1 januari 2024 gaan gelden.”
Om misverstanden te vermijden, wil Van den Berg benadrukken dat de huidige kostentoedeling correct is. “De fouten waar we nu over praten, zaten in een voorstel. Het Algemeen Bestuur moest er nog over stemmen. Dus het is procedureel vervelend dat we met een nieuw voorstel moeten komen, maar het heeft verder gelukkig geen gevolgen voor de belastingen zoals die de afgelopen jaren zijn geheven.”