Waterschap Hollandse Delta gaat extra voorwaarden stellen aan de afvoer van met PFAS vervuild grondwater bij projecten zoals nieuwbouw of vervanging van riolering. Het gaat om grondwater dat bij werkzaamheden vrijkomt en uit de bouwput moet worden weggepompt. Hollandse Delta stelt de beleidsregel in als aanvulling op landelijke wetgeving en is daarmee de eerste, aldus het waterschap.
Volgens de nieuwe regels moet het overtollige PFAS-grondwater bij voorkeur met zogeheten retourbemaling worden teruggebracht op het bouwterrein zelf. Als dat niet lukt, is bodemlozing op een aangrenzend perceel de eerstvolgende optie, mits het grondwater van dezelfde kwaliteit is. Zijn deze toepassingen niet mogelijk dan kan onder aanvullende voorwaarden worden geloosd op oppervlaktewater of in het uiterste geval op het riool (zie kader).
De beleidsregel heeft als doel de bodem, het grondwater en het oppervlaktewater extra te beschermen en om illegale situaties te voorkomen, schrijft het waterschap. Daarmee loopt het voorop, aldus dagelijks bestuurder Joke Geldhof. “We zijn de eersten die dit doen”, zei ze dinsdag in de vergadering van de commissie Waterkering, (Vaar)Wegen en Vergunningverlening van het waterschap. “En andere waterschappen kijken met belangstelling naar deze maatregel, omdat ze overwegen deze ook in te voeren.”
Steun
In de commissievergadering kreeg het voorstel steun, hoewel de maatregel volgens enkele partijen niet ver genoeg gaat met als argument dat lozen van vervuilende stoffen ten principale niet kan.
Zo zei Lisa Klompenhouwer van de Partij voor de Dieren achter het doel van de regel te staan, maar niet achter de voorgestelde aanpak. Het gevolg van de nu voorgestelde beleidsregel, continueren van bestaande lozingen onder voorwaarden, verslechtert evengoed de kwaliteit van het oppervlaktewater, was haar stelling. “Elke lozing verslechtert de kwaliteit. We moeten dus zorgen dat er geen lozingen plaatsvinden en als dat beleidstechnisch nog niet mogelijk is, zorg dan als waterschap dat het praktisch onmogelijk wordt.”
Andere fracties konden zich wel vinden in het voorstel (‘een acceptabel stappenplan’), maar hadden vragen over de kosten (wie gaan tijdelijk opslag, de retourbemaling en het toezicht betalen?), de locaties in het werkgebied waar de maatregel van kracht wordt en de afstemming met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en andere partijen.
Extra kosten
In haar beantwoording stelde Geldhof dat het beleidsvoornemen niet is gedeeld met het ministerie. Wat volgens haar ook niet hoeft, omdat het departement heeft aangegeven ‘dat lokale overheden zelf invulling kunnen geven aan maatwerk’. De extra kosten komen voor rekening van de projectuitvoerders en ‘niet voor ons’. “Deze maatregel heeft geen effect op onze begroting.” De beleidsmaatregel zal met name worden toegepast op het eiland van Dordrecht, aldus de heemraad. “In de omgeving waar de fabriek (Chemours, red) staat.”
ALLEEN VOOR GRONDWATERBEMALINGEN
De beleidsregel is van toepassing op het lozen van (grond)water in gebieden waarin verhoogde concentraties PFAS aanwezig zijn. De extra voorwaarden gelden alleen voor grondwaterbemalingen met als kenmerk dat ze langer dan 48 uur duren of dat er sprake is van meer dan 10m3 pompcapaciteit of meer dan 12.000 m3 wordt onttrokken.
Volgens de nieuwe regels moet het overtollige PFAS-grondwater bij voorkeur worden teruggebracht op het bouwterrein zelf middels retourbemaling. Als dat niet lukt, is bodemlozing op een aangrenzend perceel een optie, onder de voorwaarde dat het te lozen water van dezelfde kwaliteit is als van het grondwater onder het perceel.
Als deze voorkeuropties niet haalbaar zijn, dan kan het water in de sloot, aldus het waterschap. “Maar dan moet het wel aan strenge voorschriften voldoen. Het waterschap controleert met een zogeheten immissietoets of de oppervlaktewaterkwaliteit niet verslechtert door de lozing. Zo nodig, moet het water worden gezuiverd met de best beschikbare techniek.”
De immissietoets is niet noodzakelijk als uit de analyseresultaten blijkt dat de PFAS concentraties in het grondwater aanzienlijk lager zijn dan in het oppervlaktewater, namelijk lager dan 0,5 maal de waarde in oppervlaktewater.
Lozen op het riool komt pas in beeld als de aanvrager kan aantonen dat retourbemaling, bodemlozing en lozing op oppervlaktewater niet mogelijk zijn. En dan mag het alleen als het afvalwater aan dezelfde criteria voldoet, zoals die gelden voor lozen op oppervlaktewater.