Het paradoxale spanningsveld tussen waterbesparing en financiële gezondheid, daar zit Vitens nu middenin. Directievoorzitter Jelle Hannema duidt de huidige ontwikkelingen en de richting die het drinkwaterbedrijf is ingeslagen. “Er is sprake van een drieslag: vanuit de huidige positie meer drinkwater winnen, doorlopend water besparen en water winnen in een heel ander duurzaam en gezond watersysteem.”
Door Hans Klip / Foto’s: Vitens
“Hoe mooi kan een baan zijn?”, zegt Jelle Hannema als het interview bijna afgelopen is. “Er is veel te doen en we kunnen dag in, dag uit betekenis hebben. Dit geeft een goed gevoel. Al zou ik willen dat sommige dingen sneller zouden gaan in onze omgeving. Dat is ook echt nodig.”
De aanleiding voor het gesprek is het jaarverslag 2022 (inclusief de jaarrekening) dat Vitens drie weken geleden publiceerde. Vorig jaar zag Nederlands grootste drinkwaterbedrijf de afzet dalen. Ook viel het nettoresultaat, zeg maar de winst, aanzienlijk lager uit. In zijn voorwoord van het jaarverslag omschrijft Hannema 2022 als het jaar van de grote omslag en een structurele paradox.
Waarom spreekt u over het jaar van de grote omslag?
“Deze omslag wordt ingegeven door de hoge volatiliteit bij zowel de kosten als de afzet. De afwijkingen waren groter dan we ooit eerder hebben meegemaakt. Om hierop in te spelen, willen wij in de toekomst anders gaan begroten en de tarieven beter neerzetten. Wij merken ook dat het huidige watersysteem echt op zijn laatste benen loopt. We moeten daarom heel snel aan de slag met de watertransitie. Dat is in essentie het beeld van het afgelopen jaar.”
Wat springt er positief uit?
“Ik ben er trots op dat we ondanks de droogte binnen de ruimte van de winningsvergunningen hebben kunnen opereren. We hebben de ruimte wel maximaal moeten benutten. Dit geeft aan dat er extra ruimte nodig is. Hetzelfde geldt voor de investeringsruimte. De regels voor de WACC (Weighted Average Cost of Capital, voor de wettelijk vastgelegde begrenzing van de winst met een kengetal voor de kosten die een bedrijf maakt voor het vermogen waarmee het bedrijf wordt gefinancierd, red.) moeten worden verruimd. In de recente brief van minister Harbers aan de Tweede Kamer (op 11 april gestuurd in verband met het onderzoeksrapport Financierbaarheid drinkwatersector, red.) staan nog geen concrete beleidsvoornemens en daar zitten we wel met smart op te wachten. Ook straalt de brief niet de urgentie uit die we zelf ervaren. Enkele vraagstukken die al op de radar stonden, hebben dus aan extra scherpte gewonnen. Dat vraagt om urgente oplossingen.”
U spreekt ook over het jaar van een structurele paradox. Kunt u dat toelichten?
“Het gaat om de paradox dat waterbesparing en financiële gezondheid in 2022 tegenover elkaar stonden. Hoewel het een droog jaar was en we normaal dan meer drinkwater aan klanten leveren, hebben we in 2022 juist minder drinkwater afgezet dan verwacht. Op zich positief want we stimuleren waterbesparing, maar minder afzet betekent wel minder omzet. Aan de kostenkant wordt het steeds onstabieler door onder andere klimaatverandering en onrustige geopolitieke situaties. De daling van de omzet en de stijging van de operationele kosten zorgden vorig jaar voor een flink lager nettoresultaat. Dat resultaat hebben wij wel nodig om ons vermogen te versterken voor investeringen. Daarom gaan we de financiële risico’s afdekken ofwel inprijzen, dus verwerken in ons budget. Aan structurele tariefsverhoging valt dan niet te ontkomen. We werken ook toe naar zo laag mogelijk vaste tarieven en zo hoog mogelijke variabele tarieven.”
Speelt deze financiële problematiek niet bij elk drinkwaterbedrijf?
“Een aantal ingrediënten zie je natuurlijk bij alle waterbedrijven. Maar twee dingen springen eruit bij ons. Vooral in de hogere zandgrondengebieden in Oost-Nederland maken droogteperioden zeer veel uit voor de omzet van Vitens. Er is daardoor meer onzekerheid. Verder zijn we een aanzienlijk hoger bedrag kwijt aan het compenseren van droogteschade dan andere waterbedrijven, omdat we een drinkwaterbedrijf zijn dat grondwater wint in veel landelijk gebied. De droogteschade is klimaatafhankelijk. We geven steeds meer uit aan tegemoetkomingen voor agrariërs en dat heeft een behoorlijke impact op het financiële resultaat.”
‘De komende jaren is echt een structurele tariefsverhoging nodig, gezien de investeringsopgave en de financiële onzekerheden. Bij onze publieke aandeelhouders is daarvoor begrip.’
De tarieven van Vitens zijn dit jaar flink omhooggegaan. Is dat niet voldoende?
“Onze tarieven zijn met gemiddeld 18 procent gestegen en dat is in historische zin heel hoog. Ik wil hierbij twee kanttekeningen plaatsen. Onze tariefstijging is relatief niet zo hoog vergeleken met die van de meeste waterbedrijven, want we staan daarmee op de derde plaats van onderen. Ook zijn wij nog steeds het goedkoopste drinkwaterbedrijf in Nederland, als je het vaste en het variabele tarief omrekent per kuub water. Niet als doel op zich maar de komende jaren is echt een structurele tariefsverhoging nodig, gezien de investeringsopgave en de financiële onzekerheden. Bij onze aandeelhouders (gemeenten en provincies in het verzorgingsbied van Vitens, red.) is daarvoor begrip.”
Jullie houden rekening met een verdubbeling van de investeringen: van 173 miljoen euro in 2022 naar 373 miljoen euro in 2029. Waar gaat het extra geld naartoe?
“Sinds 2017 toen het nog om ongeveer 100 miljoen euro ging, investeren we elk jaar weer beduidend meer. Die lijn trekken we richting 2030 door. Er zijn drie componenten. Eén, het verleden. Een belangrijk deel van onze infrastructuur stamt uit de jaren vijftig tot met zeventig. Dat vraagt om grootschalige renovatie of vervanging. De tweede component is dat we extra nieuwe winproductie nodig hebben vanwege de voorlopig aanhoudende toename van de drinkwatervraag. En nummer drie is verduurzaming. Hierdoor verandert ons hele infraconcept; we gaan naar een andere type winningen en een ander distributiesysteem. Daarop zetten wij nog niet meteen in, maar deze ontwikkeling bepaalt wel mede de doorgroei van de investeringsopgave. In verband met de opkomende schadelijke stoffen moeten we hier en daar extra gaan zuiveren en ook dat is een investering.”
U noemde eerder dat Vitens tegen de beschikbare vergunningsruimte aanloopt. Hoe lastig is het om op korte termijn nieuwe drinkwaterwinningen te realiseren? In bijvoorbeeld de Twentse plaats Hammerflier is vooralsnog geen uitbreiding mogelijk vanwege de mogelijke schade voor woningen in de omgeving.
“Hammerflier is inderdaad een negatief voorbeeld. Daar lukt het al niet om tijdig de volledige vergunde winningsruimte te kunnen benutten. Zoiets maakt het wel lastig voor ons om te sturen op voldoende vergunningsruimte. Vorig jaar waren er wegens de lagere afzet geen uitschieters door het plafond van de vergunningen. Hoe structureel is dat? We dachten tijdens corona dat mensen hun gedrag wel zouden aanpassen, maar in het wegverkeer zie je daar nu weinig meer van terug. Als bij de waterafgifte hetzelfde gebeurt en die iets gaat groeien, redden wij het gewoon niet meer.”
‘Je lost de opgave van 900.000 nieuwe woningen niet op met alleen waterbesparing. Wie dat wel beweert, leeft in dromenland.’
Een recent advies van het RIVM geeft oplossingsrichtingen bij het zoeken naar nieuwe drinkwaterbronnen in grond- of oppervlaktewater. Volgens een opiniebijdrage van Ton van Remmen en Jan Willem Meisen maken de voorstellen van het RIVM het drinkwatertekort alleen maar erger. De maatschappij is gebaat bij een slimmere omgang met water, stellen zij. Hoe kijkt u hier tegenaan?
“Hoe zal ik het zeggen? De beste stuurlui staan aan wal. Als ik zo’n artikel lees, denk ik: de schrijvers hebben zich niet verdiept in de urgentie, niet in de scenario’s, niet in het beleid dat drinkwaterbedrijven voeren en niet in hun strategie. Het antwoord is en-en. De vraag naar drinkwater blijft groeien. Je lost de opgave van 900.000 nieuwe woningen dus niet op met alleen waterbesparing. Wie dat wel beweert, leeft in dromenland. Wij zijn blij met het RIVM-rapport want dat heeft de analyse van de drinkwatersector bevestigd. We hopen natuurlijk op het succes van waterbesparing. Dat kan onze investeringsintensiteit dempen, maar afvlakken wordt het niet.”
Hoe zit het dan met de watertransitie?
“Er is sprake van een drieslag: vanuit de huidige positie meer drinkwater winnen, doorlopend water besparen en water winnen in een heel ander duurzaam en gezond watersysteem. Voor dat laatste is een watertransitie nodig, waarbij veel meer water wordt vastgehouden in ons land. Iedereen is hierbij gebaat maar dan moeten we wel op een wezenlijk andere manier met onze watersystemen omgaan en het principe ‘water en bodem sturend’ echt realiseren. De waterschappen mogen best wat meer inzetten op water vasthouden. Want die beginnen al vlug bedenkelijk te kijken, omdat de boeren daarvan misschien wel last hebben.”
Wordt het realiseren van de watertransitie niet lastiger door de samenstelling van de nieuwe waterschapsbesturen waarin de BoerBurgerBeweging meestal de grootste partij is?
“Dat gaan we ontdekken. Er zijn twee scenario’s van uitersten. Het ene is dat de algemene besturen van waterschappen nog meer gaan voor het kortetermijnbelang van boeren. In het tweede scenario kunnen we door het verkiezingsprogramma van BBB een beter gesprek met de boeren hebben. Want het probleem waar zij tegenaan lopen, is hetzelfde probleem als waar we bij het drinkwaterbelang en ook het natuurbelang tegenaan lopen. Ik hoop dat het gezond verstand overwint en dit scenario bewaarheid wordt. Dan zorgen wij er met elkaar voor dat we meer water in het systeem houden en brengen. Een omgekeerde polder. Uiteindelijk hebben we dan niet meer droge voeten als polderopgave maar een gezond watersysteem. Het is een ander vraagstuk maar de poldermentaliteit blijft hetzelfde.”
‘Wij zijn gelukkig in staat om met ons profiel en onze maatschappelijke betekenis jonge mensen aan te trekken. Ook uit andere sectoren en dat vind ik bijzonder leuk.’
Vitens had aan het eind van 2022 1.599 medewerkers, een groei met bijna 5 procent in een jaar tijd. Lukt het goed om aan nieuw personeel te komen ondanks de krappe arbeidsmarkt?
“Ja, we nemen nu jaarlijks zo’n 250 mensen aan. We zullen de komende jaren veel nieuwe medewerkers nodig hebben als gevolg van de enorme uitstroom door pensioneringen. Wij zijn gelukkig in staat om met ons profiel en onze maatschappelijke betekenis jonge mensen aan te trekken. Ook uit andere sectoren en dat vind ik bijzonder leuk. In een aantal regio’s en vakgebieden moeten we er extra hard aan trekken, maar tot nu is het allemaal nog wel te doen. Het lukt ons ook goed om jongeren te behouden, onder meer omdat er door een grote interne mobiliteit veel kansen voor ontwikkeling zijn.”
Tot slot, wat zijn uw verwachtingen voor 2023 en de jaren daarna?
“Wij hadden voor dit jaar voorzichtig begroot maar dat blijkt te krap. We hebben te maken met het doorlopen van de gedaalde omzet en dat zorgt voor uitdagingen. Ook denken we dat de droogteschade nog extra zal aantikken, mede door enkele nieuwe regelingen. Voor de interne kosten zetten we een besparingsprogramma in. Het wordt in 2023 nog heel strak sturen op zowel financiële als operationele prestaties. Vanaf volgend jaar willen we anders gaan begroten en dit toepassen bij grote dossiers als biodiversiteit, verduurzaming en een nieuw watersysteem. We blijven volop inzetten op onze investeringsopgave. Ook zijn we scherp op attractief werkgeverschap.”
LEES OOK
H2O Actueel: Vitens levert minder water in 2022