Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en drie omgevingsdiensten onderzochten in de pilot ‘indirecte lozingen’ het bedrijfsafvalwater dat op de riolering geloosd wordt. Van de 77 onderzochte bedrijven werd in 62 gevallen minimaal 1 illegale stof aangetroffen.
De pilot werd tussen mei 2023 en februari 2024 uitgevoerd en vond plaats in het deel van de provincie Noord Holland ten noorden van het Noordzeekanaal. Het onderzoek was gericht op bedrijven, die afvalwater lozen op de riolering. Er werd gekeken naar stoffen die schadelijk kunnen zijn voor het oppervlaktewater en problemen opleveren voor de werking van riolering en rwzi’s, waaronder de zogeheten ‘zeer zorgwekkende stoffen’ (ZZS) en de prioritaire stoffen uit de Kaderrichtlijn Water (KRW).
Binnen de pilot zijn 103 bedrijven in diverse bedrijfssectoren bezocht, zo blijkt uit het eindrapport. 77 van hen loosden afvalwater op het riool. Bij de monsters van het bedrijfsafvalwater werd in circa 80 procent van de gevallen tenminste één ZZS gevonden, waaronder zware metalen als arseen, cadmium, kobalt, kwik, lood en nikkel. Ook andere zeer zorgwekkende stoffen werden in het water vastgesteld, onder andere formaldehyde, PFAS en PAK’s.
De onderzoekers stelden hoge concentraties ZZS vast bij een aantal branches: afvalverwerking (zware metalen, ftalaten, formaldehyde, PAK’s, PCB’s, PFAS), metaalbewerking (zware metalen) en olie-/vetverwerking (nikkel, benzeen en naftaleen).
In het rapport concluderen het hoogheemraadschap en de omgevingsdiensten dat ‘toezicht noodzakelijk lijkt om meer zicht en meer grip te krijgen op de indirecte lozingen’. De onderzoekers adviseren dan ook om ‘het wettelijk verplichte toezicht op indirecte lozingen beter te verankeren in uitvoeringsovereenkomsten.’
Het is daarnaast de bedoeling dat de onderzoeksfocus de komende jaren wordt gericht op geselecteerde branches en sectoren, onder andere de chemische industrie, de afvalverwerking, de olie/vetverwerking en de medische sector.