De verzanding van het kustgebied bij de monding van het Haringvliet zal in de toekomst verder doorzetten. Dat heeft gevolgen voor de recreatie, scheepvaart, visserij, waterveiligheid en natuur. De belangrijkste oorzaak is de afsluiting in 1970, zo blijkt uit een onderzoek in opdracht van twaalf partijen, waaronder Rijkswaterstaat.
De eerste resultaten van het onderzoek, dat is uitgevoerd door ingenieursbureau Arcadis, zijn deze week aan de betrokken organisaties en ondernemers gepresenteerd.
Hieruit komt naar voren dat de grootschalige verzanding van het gebied inderdaad door zal zetten en dat de hoofdoorzaak de afsluiting van het Haringvliet is, schrijft Rijkswaterstaat in een samenvatting op de website.
Een andere forse ingreep, de aanleg van de Tweede Maasvlakte, heeft volgens de onderzoekers geen grote invloed gehad op de verzanding van de Haringvlietmonding. "Wel heeft de Tweede Maasvlakte lokaal enige invloed gehad op de manier waarop zand wordt verplaatst bij de Slikken van Voorne."
Kierbesluit
Het Haringvliet, een voormalige zeearm van de Noordzee tussen Voorne-Putten en de Hoeksche Waard, werd in het kader van de Deltawerken in 1970 afgesloten van zee. Hierdoor verdween niet alleen het zoute water, maar raakte ook het evenwicht verstoord tussen de golfkracht die sediment aanvoert en de getijdenkracht die sediment afvoert, verklaart Rijkswaterstaat desgevraagd.
Om een overgangsgebied te creëren tussen zoet en zout water en vissen te laten passeren, werd in 2018 het zogenaamde kierbesluit ingevoerd. De sluizen worden sindsdien tijdens vloed regelmatig op een kier gezet, zodat trekvissen met het zoute water meer het Haringvliet op kunnen zwemmen.
Het effect hiervan op de verzanding is volgens Rijkswaterstaat echter nihil. "Het getijvolume neemt door het kierbesluit weliswaar iets toe, maar deze toename heeft geen significant effect op de geschetste morfologische ontwikkelingen in het gebied, noch op de toekomstvoorspellingen", aldus de woordvoerder.
Waterkering
Door de verzanding zullen de mogelijkheden voor strand en watertoerisme bij de kust van Voorne afnemen en de mogelijkheden voor natuurrecreatie toenemen, verwachten de onderzoekers. Nu al kunnen strandbezoekers ver de zee in lopen voordat zij tot hun middel in het water staan.
Op de lange termijn zal de kust door deze verzanding breder worden en dat is volgens Rijkswaterstaat positief voor de waterveiligheid. Er is een kleine kans dat voor de Groene Punt een geultje in zee ontstaat. Daar zou dan een smaller strand kunnen ontstaan, wat gevolgen zal hebben voor de waterkering.
Vervolgonderzoek
Het vervolg van het onderzoek, dat nog loopt tot eind december, moet duidelijk maken wat de mogelijke toekomstperspectieven, inclusief de kosten en de neveneffecten, voor het gebied zijn. Op basis daarvan willen de partijen in februari 2022 afspraken maken over het vervolgtraject.
Die partijen zijn: de provincie Zuid-Holland, de gemeenten Brielle, Goeree-Overflakkee, Hellevoetsluis, Nissewaard en Westvoorne, waterschap Hollandse Delta, Rijkswaterstaat, Havenbedrijf Rotterdam, Natuurmonumenten, Zuid-Hollands Landschap en Recreatieschap Voorne-Putten.
MEER INFORMATIE
Nieuwsbericht Rijkswaterstaat
H2O-bericht: ‘Miljoenen vissen trokken al door kier Haringvlietsluizen’