Medicijnresten in het water leveren in Nederland geen gevaren op voor de volksgezondheid. Ze bedreigen wel de flora en fauna in het water. Dat blijkt uit nieuw promotieonderzoek, waaruit ook bleek dat waar meer antibiotica in het water voorkomen de antibioticaresistentie van bacteriën hoger is.
Daniel João Duarte (sinds juli van dit jaar werkzaam bij KWR) promoveerde aan de Radboud Universiteit op onderzoek naar de gevaren van medicijnresten in het water. Aan de hand van een casestudy, de rivier de Vecht, onderzocht hij of de resten van medicijnen gevaren opleveren voor de volksgezondheid en voor het milieu. Ook bekeek hij de relatie tussen vervuiling met antibiotica en antibioticaresistentie van bacteriën. Dat laatste deed hij zowel lokaal (in de Vecht) als globaal (via literatuurstudie).
de keuze voor deze rivier uit. “Dat betekent verschillend watermanagement voor dezelfde rivier. Daarnaast verenigt de Vecht veel interessante kenmerken met langs het water landbouw, veeteelt, drukke en minder drukke bebouwing, industrie en zes ziekenhuizen.” “De meeste rivieren in Europa zijn grensoverschrijdend. Dat is de Vecht ook, hij stroomt door Nederland en Duitsland”, legt Daniel João Duarte
Schadelijk
Medicijnresten komen via het riool en de zuivering in het oppervlaktewater terecht. In het onderzoek bekeken Duarte, zijn Radboud-collega’s en onderzoekspartners, of die resten in het water schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen. Dat is niet het geval. “Bij normaal gebruik is er geen direct gevaar voor de gezondheid te verwachten.”
De onderzoekers bemonsterden de Vecht op verschillende plekken en bekeken de manier waarop en de mate waarin de verschillende medicijnresten op elkaar reageren. “Daarnaast hebben we gekeken naar verschillende vormen van gebruik, van zwemmen tot vissen, en naar verschillende gebruikersgroepen, van kinderen tot volwassen recreanten.”
Voor de natuur zijn er weldegelijk gevaren, stelde Duarte vast. Zeker in periodes van grote droogte overschrijdt volgens de onderzoeker 98 procent van de Vecht de veilige milieugrenzen voor het waterleven. “En in normale periodes geldt dat voor 68 procent, dus dat is ook al veel. Dat kan gevolgen hebben voor bijvoorbeeld de vruchtbaarheid of groei van vissen en ander waterleven. Het betekent dat wat er nu is aan beleid om het water schoon te houden van medicijnresten niet goed werkt. We doen niet genoeg.”
Medicijnresten en resistentie
Het onderzoek gaat ook in op de correlatie tussen medicijnresten en antibioticaresistentie van bacteriën. Zowel het onderzoek in Nijmegen als de globale literatuurstudie toonde die aan.
Het afvalwater van het ziekenhuis lijkt Duarte een belangrijke bron van medicijnresten in het water. “Dat lijkt voor de hand liggend, maar je moet daarbij wel bedenken dat een ziekenhuis maar voor een klein deel van de totale hoeveelheid afvalwater verantwoordelijk is. In het algemeen zien we dat waar meer antibiotica in het water zitten, de hoeveelheid resistente genen ook omhoog gaat. Het is nog te vroeg om het causale verband dat we veronderstellen ook wetenschappelijk te onderbouwen, maar het is wel zeer zorgwekkend.”
Om ook een globale analyse te maken, dook Duarte in de literatuur. Ook uit dit deel van het onderzoek blijkt volgens de KWR-onderzoeker dat het plausibel is dat de toename van microben met antibioticaresistente genen toe te schrijven aan medicijnresten in het water. “Daarbij valt op dat de belasting in het sediment 13 keer hoger is dan die in het oppervlaktewater.”
Het viel Duarte op dat er weinig vergelijkend aquatisch milieu-onderzoek was gedaan over de relatie tussen de aanwezigheid van medicijnresten in het oppervlaktewater en antibioticaresistentie bij bacteriën. “Daar moet dringend meer onderzoek naar worden gedaan. Want als er een causaal verband is tussen de aanwezigheid van medicijnresten in het milieu en een stijgend aantal microben met antibioticaresistente genen, dan zou dat grote gevolgen hebben voor ons waterbeheer.”