secundair logo knw 1

Mensen in Nederland krijgen te veel perfluoralkylstoffen (PFAS) binnen via voedsel en drinkwater. De hoeveelheid PFAS die mensen met het drinken van drinkwater opnemen is beperkt, maar wel moet de concentratie in kraanwater waar mogelijk omlaag. Dit stelt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) op basis van onderzoek. 

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft het RIVM opdracht gegeven een nieuwe drinkwaterrichtwaarde voor PFAS te bepalen. Aanleiding is de gezondheidskundige grenswaarde die de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid EFSA heeft gepubliceerd voor vier perfluoralkylstoffen, de zogeheten EFSA-4. Dat zijn perfluoroctaansulfonzuur (PFOS), perfluoroctaanzuur (PFOA), perfluornonaanzuur (PFNA) en perfluorhexaansulfonzuur (PFHxS). 

Hoger
Die grenswaarde, de Tolereerbare Wekelijkse Inname (TWI), voor deze 4 PFAS stoffen is door EFSA berekend op 4,4 ng/kg lichaamsgewicht per week. RIVM stelt na onderzoek dat de totale wekelijkse sominname van de EFSA-4 via voedsel én drinkwater in Nederland hoger ligt dan de door EFSA afgeleide grenswaarde. RIVM houdt hierbij wel een slag om de arm, omdat de berekeningen zijn gebaseerd op gemeten concentraties in voedsel uit 2009. Voor een betere schatting van de actuele inname zijn 'up-to-date metingen' van PFAS in voedselproducten nodig, aldus RIVM.

Los van deze kanttekening stelt RIVM dat een overschrijding van de TWI van EFSA onwenselijk is. "Bij een overschrijding kunnen nadelige effecten van PFAS niet uitgesloten worden, waarbij effecten op het immuunsysteem als eerste worden verwacht”, schrijft het instituut. Het verwijst daarbij naar nieuw wetenschappelijk onderzoek waaruit blijkt dat inname van kleine hoeveelheden PFAS over een lange periode een negatief effect kan hebben op het immuunsysteem. 

Mensen krijgen meer PFAS-stoffen binnen door inname van voedsel dan door drinkwater, schrijft RIVM. Het is ook nog steeds verantwoord om kraanwater te blijven drinken, aldus het instituut. Dat geldt niet zonder meer voor voedsel. Het instituut adviseert het instituut om geen groenten te eten uit moestuinen binnen een straal van 1 km van de fabriek Dupont/Chemours in Dordrecht en uit volkstuinencomplex Sluisdijk in Helmond.

Verschil drinkwater en grondwater
Van de PFAS-stoffen worden PFOA en daarna PFOS in de grootste concentraties aangetroffen in drinkwater, PFNA en PHFxS komen in veel mindere mate voor.

Daarbij is er verschil tussen drinkwater geproduceerd uit grondwater en drinkwater dat wordt gemaakt uit oppervlaktewater. Analyse van gekwantificeerde concentraties in totaal 574 monsters leert dat PFOA-concentraties in drinkwater uit oppervlaktewater een factor 1,4 hoger liggen dan in drinkwater dat is geproduceerd uit grondwater. PFOS-concentraties liggen een factor 1,1 hoger. Voor PFHxS geldt het tegenovergestelde. PFNA is in een geen enkel drinkwatermonster aangetroffen dat was geproduceerd uit grondwater.

Het instituut adviseert het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat om de normen voor PFAS in drinkwater aan te passen en om waar mogelijk de hoeveelheid PFAS in kraanwater te verlagen. Om dit te realiseren moet met betrokken partijen waaronder drinkwaterbedrijven handelingsopties uitgewerkt worden, aldus RIVM. "Met mogelijk onderscheid in korte en lange termijn maatregelen." Ook de doelmatigheid en proportionaliteit zijn een aandachtspunt, schrijft RIVM.


'BREDER ONDERZOEK PFAS-STOFFEN WENSELIJK'

PFAS bestaat uit vele verbindingen die heel langzaam afbreken. Met de huidige analysemethoden worden in bodem, grondwater, drinkwater, oppervlaktewater, vis en ander voedsel zo’n 10 tot 20 verschillende perfluoralkylstoffen aangetoond, schrijft RIVM. “Ook die andere PFAS dragen in meerdere of mindere mate bij aan de toxiciteit van het totale mengsel. Daarom is er in de praktijk behoefte aan mogelijkheden om een bredere groep PFAS te beoordelen dan enkel de EFSA-4 (PFOS, PFOA, PFNA en PFHxS, red).”

Ook ander bronnen dan voedsel en drinkwater dragen bij aan de inname van PFAS, zoals consumentenproducten en lucht. Voor een volledig beeld is het nodig om de blootstelling uit deze bronnen mee te nemen, stelt het instituut. “Een overzicht van de blootstellingsbronnen is behulpzaam bij het uitwerken van een effectief handelingsperspectief.”

 

MEER INFORMATIE
Analyse RIVM blootstelling EFSA-4 PFAS voedsel en drinkwater (pdf)

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte redactie, ik ben verheugd dat eindelijk het besef is dat het klepelbeleid nu ter discussie is gesteld. Ik heb bij waterschap Hollandse delta al jaren als bestuurslid aangedrongen om het klepelen alleen als noodzaak te gebruiken. Ook heb ik div gesprekken gehad met SBB mbt klepelen in de duinen van Ouddorp waarbij de structuur volledig werd vernield. Dit jaar is eindelijk door beherende organisatie alleen maar gemaaid en wel in oktober waar mi de hele natuur in dit duingebied mee is geholpen. Het waterschap heeft nu ook bepaald dat klepelbeleid op de schop moet en in de toekomst alleen maar met maaibeleid mag worden uitgevoerd. Dus goed resultaat waar ik blij mee ben. Dit is natuurbehoud zoals het moet.
@JWBoehmerSommige desinformatie is te simplistisch om op te reageren. Zelfs citeren van een nieuwsbericht blijkt lastig (aanpak van dijken is lang niet altijd verhogen). Instabiliteit en kans op zettingsvloeiing worden ook aangepakt. Daarmee wordt ook de invloed van zee en maan beperkt, maar dan wel op basis van logische en bewezen relaties ipv dubieuze, onwaarschijnlijke en onbewezen hypotheses. Oei, toch gereageerd. Dom van me. Ik kan dit beter negeren.
Het zou me niet verbazen als ze me een keer komen halen omdat ik de verkeerde dingen beweer  - volgens de VLOEK van ZEE en MAAN en Jan Willem Boehmer..auteur Jongedijk Bijv.  op pag 5 over “Het ophogen van dijken (€15mln/km over 800 km vlgs HWBP) vergroot alleen maar het gevaar: Hoe hoger de dijk hoe groter het aantal slachtoffers”. Voor het uitdiepen van vaarwegen (meer Ruimte voor de Rivier) geldt hetzelfde: Hoe groter, (dieper én breder) de badkuip hoe groter het overstromings gevaar en hoe groter ook hierbij het aantal slachtoffers”. Ik vrees dat ik daarmee het gezag erger heb geïrriteerd dan Zwagerman deed met haar verkeerde opmerking over “de kerf”. Ik heb nooit gedacht dat het zou gebeuren: Nou zijn we klaar met je”
Even terug denken in de tijd: waarvoor waren dijken ook al weer uitgevonden? Dat was -vroeger- om ons tegen het water te beschermen. Nu gaan we buitendijks bouwen, dus is de vraag:  is dat water dan weg? Nee, dat moet juist nog komen , en,  als dat echt komt -misschien pas volgende eeuw- dan helpt dat dijkje toch ook niet meer, alle inspanningen van dijkversterkingen ten spijt.
Een goede actie van de UvW. Logisch zou nu ook zijn om een vergelijkbare brief naar de regering te sturen ten aanzien van het verbieden van bestrijdingsmiddelen en te veel aan mest.