secundair logo knw 1

Continu meting mogelijk met vislift | Foto: Vislift bv

Waterschap Rivierenland heeft bij een stuw in de buurt van Almkerk een slimme vislift aangelegd. Bijzonder is de variabele stroomsnelheid van het water, waarbij rekening wordt gehouden met langzame en snelle vissoorten. Zowel hun zwembewegingen als de kwaliteit en het peil van het water worden continu met behulp van sensoren in de gaten gehouden.

De Smart Vislift zoals de innovatieve vispassage heet, is op 22 november officieel onthuld door Waterschap Rivierenland en Vislift bv. Het bouwwerk is geplaatst bij een stuw nabij de Brabantse plaats Almkerk. Deze stuw bevindt zich op het hoogste punt van een polder op de grens van twee grote peilgebieden. In de ronde passage gaan de vissen via een soort wenteltrap naar boven en komen er dan weer uit. De vislift is gemaakt van gerecycled kunststof materiaal.

Ronde vorm vertrekpunt
Bedenker van het concept is John van Boxel van Vislift bv. De sportvisser heeft van zijn passie zijn werk gemaakt. "Ik houd me nu beroepsmatig bezig met vissenwelzijn en dat geeft een goed gevoel. Mijn bedrijf is als enige volledig gespecialiseerd in vispassages. Bij het ontwikkelen van de nieuwe vispassage heb ik goed geluisterd naar de behoeften en wensen van de diverse betrokkenen bij het waterbeheer, zoals peilbeheerders, onderhoudsmedewerkers en ecologen.”

Het vertrekpunt is een ronde vorm. Daarmee wijkt de Smart Vislift af van de standaard vispassage die bestaat uit een vierkante bak met harde wanden. Het nadeel daarvan is volgens Van Boxel dat de impulsen die een vis uitzendt om zijn omgeving te herkennen, keihard terugkomen. “Bij een ronde vorm voelt de vis zich minder opgesloten en is dus minder gestrest. De vis komt fitter uit de passage en is daardoor ook minder kwetsbaar voor predatoren. Vergelijk het met een goudvis in een vissenkom. Die wordt veel ouder dan een goudvis in een aquarium.”

Grote rol voor data science
Bij de vislift is een grote rol weggelegd voor data science. Het is hierdoor mogelijk om de stroomsnelheid waarmee de vissen de lift in zwemmen, te variëren. Van Boxel: “Een glasaaltje verplaatst zich bijvoorbeeld met 0,1 centimeter per seconde en een snoek met 0,6 centimeter per seconde. Er wordt rekening gehouden met deze snelheidsverschillen, waarbij de voorkeur uitgaat naar beschermde vissoorten en zwakzwemmers. Door de variabele flow heeft de vislift de juiste stroomsnelheid voor zowel langzame als snelle zwemmers. Bijkomend voordeel is dat er zuinig wordt omgesprongen met kostbaar zoetwater, waardoor het waterschap minder hoeft te pompen.”

Met behulp van ingebouwde sensoren worden de kwaliteit en het peil van het water en de zwembewegingen van vissen voortdurend in de gaten houden. Aan de hand van gegevens van onder meer de Wageningen University Research en Visadvies is een standaardinstelling vastgesteld. “We kunnen daarmee echt alles meten”, zegt Van Boxel. “De continumeting leidt tot exacte waarden. Door de digitale visteller is straks precies bekend onder welke omstandigheden vissen migreren en om welke hoeveelheden het gaat. De Smart Vislift helpt zo mee om te voldoen aan de verplichting van de Kaderrichtlijn Water om de visstand te monitoren.”

Weinig plek nodig
Is de 'zelfdenkende' vislift niet duur, vergeleken met een traditionele vispassage? Volgens Van Boxel niet. “Door de ronde vorm is de vispassage van zichzelf enorm sterk. Verstevigingen zijn niet nodig en ook neemt de vislift veel minder plek in. Daarom is de vislift met alle technieken die erin zitten, niet duurder dan een normale vispassage. Een voordeel is ook dat je de vislift in het water, de grond of het talud kunt neerzetten. Dat plaatsen kan snel. Er hoeven geen maatregelen te worden genomen zoals het droogzetten van de watergang.”

De focus ligt de komende maanden op de optimalisatie van de huidige vislift, besluit Van Boxel. “Wij kijken daarna naar de verdere toepassing in het rivierenland. Ook andere waterschappen tonen veel belangstelling. We verwachten dat door de Smart Vislift vismigratie eenvoudiger, voordeliger en slimmer wordt in het digitale tijdperk.”

 

MEER INFORMATIE
Bericht Waterschap Rivierenland over onthulling
Informatie over werking van Smart Vislift

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.
Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?