De Vlaamse overheid heeft een afwegingskader voor tijden van acute droogte opgesteld. Daarmee kunnen beslissers knopen doorhakken bij het bepalen van wie voorrang krijgt bij watergebruik. Het kader is nog niet helemaal klaar, maar wordt deze zomer al in de praktijk uitgeprobeerd.
Vlaanderen is in de strijd tegen droogte en waterschaarste in september 2020 gestart met een Blue Deal. Hierin staat een reeks van maatregelen voor minder verharding, meer vernatting en maximaal circulair watergebruik. Naast deze proactieve aanpak zal het in een periode van een extreme en aanhoudende droogte nodig blijven om het watergebruik aan banden te leggen. Om dat weloverwogen te kunnen doen, is er een – zoals het wordt genoemd – reactief afwegingskader opgesteld.
Maatregelen voor fases van alarm en crisis
Het instrument moet het beter mogelijk maken om voorzorgsmaatregelen en prioritair watergebruik te bepalen. Er worden voor twee droogteniveaus maatregelen aangegeven: fase 1 van alarm in verband met dreigende waterschaarste en fase 2 van crisis vanwege effectieve waterschaarste (zie kader onderaan). Deze niveaus worden bepaald per regio of per bekken van een waterloop.
Het doel is de kans op waterschaarste en de sociaaleconomische en ecologische gevolgen ervan te beperken. Het afwegingskader wordt omschreven als een beslissingsondersteunend systeem met objectieve informatie. Het helpt beslissers om betere keuzes te maken.
Het nieuwe instrument biedt volgens de Vlaamse minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) een antwoord aan de bezorgdheden op dit terrein. “Knopen doorhakken in situaties van acute droogte is immers niet evident voor burgemeesters, gouverneurs (van provincies, red.) en anderen. Het afwegingskader is daar een wetenschappelijk onderbouwd hulpmiddel voor. De concrete beslissingen blijven uiteraard liggen bij diegene die daarvoor de eindverantwoordelijkheid draagt. Lokale gebiedskennis is immers ook een doorslaggevende factor.”
Geen verdringingsreeks
Het gaat niet om een verdringingsreeks, zoals in Nederland wordt gehanteerd bij ernstige watertekorten. In het afwegingskader is daarom geen rangorde van maatschappelijke behoeften opgenomen. Het aanmerken van essentiële sectoren zou een politieke keuze inhouden, wordt opgemerkt in het document. Een beslisser kan wel zelf zo’n keuze maken en heeft daarvoor dan gedegen informatie.
Wel zijn er drie algemene principes toegepast bij het formuleren van de maatregelen. Er geldt eerst een verbod op het niet-essentieel waterverbruik (zoals vullen van zwembaden, reinigen van straten en terrassen en besproeien van grasvelden en tuinen) en pas daarna op het essentieel waterverbruik. Ook wordt er geen verbod opgelegd aan het opvangen van hemelwater in bedrijfseigen bekkens, om zulke initiatieven te belonen. Nog een belangrijk principe is dat de gezondheid van mensen niet in gevaar mag komen. Daarom zijn geen maatregelen voorgesteld die een negatieve impact zouden hebben op de beschikbaarheid van essentieel leidingwater voor burgers.
Het is daarbij denkbaar dat leidingwater wordt ingekocht in buurregio’s, zegt algemeen directeur Carl Heyrman van AquaFlanders (de federatie van Vlaamse waterbedrijven en rioolbeheerders) in dagblad Het Laatste Nieuws. “Dat gebeurde in het verleden ook al, maar de jongste jaren streven we er toch naar onafhankelijk te zijn. Maar als er echt een nijpend tekort is, kunnen we terecht in Wallonië en Nederland. De leidingen zijn erop voorzien. Zeker in Nederland is er voldoende water aanwezig.”
Kader nog niet helemaal af
Het afwegingskader is sinds het begin van 2020 uitgewerkt door een team onder leiding van de Vlaamse Milieumaatschappij en professor Patrick Willems (KU Leuven) en deze week gepresenteerd. Zo’n honderddertig vertegenwoordigers van sectoren en belangengroepen en verder nog tal van experts en onderzoekers zijn betrokken geweest bij het opstellen ervan.
Het document is nog niet helemaal af. Zo worden nog voor de zomer lokale gebiedskennis en andere kwalitatieve informatie toegevoegd. Ook wordt een indicatorendashboard ontwikkeld. Dat zal op een gemakkelijke manier inzicht bieden in de actuele droogtetoestand en waterschaarste in verschillende sectoren. De bedoeling is om in de zomer ervaring op te doen met het kader en dit daarna waar nodig bij te sturen en verder uit te werken.
SPECIFIEKE EN ALGEMENE MAATREGELEN
Het afwegingskader voor het watergebruik bevat een serie specifieke acties en maatregelen langs het Albertkanaal en Kempische kanalen en langs het Kanaal Brussel – Charleroi. Het gaat bijvoorbeeld om terugpompen van water aan sluizen en een verbod op pleziervaart bij een dreigende waterschaarste (droogteniveau 1) en een beperking of verbod van waterinname in verband met onder andere natuur, landbouw en industrie bij een effectieve waterschaarste (droogteniveau 2). Ook voor de andere Vlaamse bekkens is een aantal maatregelen vermeld.
Verder zijn algemene maatregelen opgenomen. Deze kunnen van toepassing zijn bij elk Vlaams deelgebied waar sprake is van droogteniveau 1 of 2. Als er in een gebied moet worden geanticipeerd op dreigende waterschaarste, kan niet-essentieel watergebruik worden verboden. Ook kunnen drinkwaterbedrijven worden verplicht om enkele maatregelen te nemen die de levering van drinkwater garanderen. Bij effectieve waterschaarste zijn tal van maatregelen in een gebied mogelijk, zoals diepgangbeperkingen of vaarverboden voor schepen en het verbod op het innemen van freatisch grondwater op plekken met kwetsbare ecosystemen.
Het is ook mogelijk dat bepaalde algemene maatregelen meteen op Vlaams niveau worden bekeken. Dat kan eventueel leiden tot een algemeen Vlaams verbod, bijvoorbeeld voor niet-essentieel waterverbruik wanneer droogtetoestand 1 zich gelijktijdig voordoet in meerdere deelgebieden.
MEER INFORMATIE
Bericht van Vlaamse Milieumaatschappij
Eindrapport en samenvatting afwegingskader
H2O Actueel: eerste projecten Blue Deal
H2O Actueel: start van Blue Deal