secundair logo knw 1

De waterschappen gaan het rioolwateronderzoek intensiveren. Dat gebeurt op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Aanleiding is de coronacrisis. Om de verspreiding van het virus te volgen worden op alle rwzi’s rioolwatermonsters genomen. Het ministerie wil dat deze bemonstering wordt opgevoerd van een keer in de week naar dagelijks. 

Met dagelijkse bemonstering van de 318 rwzi’s kan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), dat de monsters analyseert, de verspreiding van het virus adequater volgen. Besmette mensen scheiden virusdeeltjes uit die in het rioolwater terug te vinden zijn. Deze RNA-deeltjes geven een beeld van de verspreiding van het virus. Hoe intensiever deze deeltjes worden gemonitord, hoe beter. De metingen die nu op de meeste zuiveringen 1 x per week worden gedaan, zijn in feite momentopnames.

De gevraagde intensivering op alle zuiveringen duurt 9 tot 12 maanden, aldus de waterschappen. Tot nu toe zijn de metingen ten behoeve van het coronadashboard ingebed in de reguliere bemonstering van de rwzi's, voor het opvoeren van de frequentie is een investering nodig in extra apparatuur en onderhoud en beheer.

Dit vergt de nodige tijd, die mede afhankelijk is van de vraag of de benodigde apparatuur snel beschikbaar is. Bovendien moeten de waterschappen op zoek naar gekwalificeerd personeel of moeten die zelf gaan opleiden. Voorts dienen ze de extra metingen in te passen in de bemonsteringsschema’s.

Meetinfrastructuur
In een voorlopige overeenkomst heeft het ministerie al toegezegd dat het de aanleg van deze meetinfrastructuur zal betalen. Dat betreft een eenmalige investering van 4,65 miljoen euro. Daarnaast financiert het ministerie de jaarlijkse kosten van beheer, coördinatie en bemensing. Die kosten worden voor alle zuiveringen geraamd op 15 miljoen euro per jaar. Vooralsnog geldt die toezegging voor de komende 5 jaar.

In de vorige week vrijdag gehouden algemene vergadering van de Unie van Waterschappen stemden de waterschappen unaniem in met de conceptafspraken zoals die zijn gemaakt met het ministerie van VWS en het RIVM. Daarmee gaven ze groen licht aan het opstellen van een definitieve overeenkomst.

Bredere toepassing
Volgens de voorlopige bestuursovereenkomst komt er een Stuurgroep Rioolwatermonitoring onder het voorzitterschap van VWS, die toezicht houdt op invoering en uitvoering van intensivering van de rioolwaterscreening en de naleving van de bestuursovereenkomst. Maar ook zal de stuurgroep zich buigen over de bredere inzet van data uit rioolwateronderzoek, dit met de bedoeling om andere sociale trends in beeld te brengen ten behoeve van de gezondheidszorg, zoals medicijn- en drugsgebruik.

De waterschappen, kenniscentrum STOWA en de waterschapslaboratoria willen graag samen met het RIVM invulling geven aan de gewenste intensivering en verbreding van het rioolwateronderzoek, aldus de toelichting op de concept-afspraken. “We voelen ons maatschappelijk verantwoordelijk”, licht een woordvoerster van de Unie van Waterschappen toe.

 

STAAN PRIVACYREGELS RIOOLWATERONDERZOEK WEL TOE?
Toepassen en verbreding van het rioolwateronderzoek gaat gepaard met de vraag of de screening wel mag op grond van de privacyregels, zoals vastgelegd in de Algemene Verordening Gegevensbescherming. Of zijn er ethische bezwaren aan te voeren tegen de bemonstering van rioolwater?
“We nemen de ethische consequenties zeer serieus”, vertelt Mark van der Werf, programmaleider innovatie van de Unie van Waterschappen. “We zijn gisteren met alle betrokken partijen al bijeengeweest om hier over te praten.”
Rioolwateronderzoek genereert data die sowieso niet te herleiden zijn tot personen, stelt Van der Werf. En daarmee is de screening volgens hem niet in strijd met wet- en regelgeving voor de privacy.
Toch wordt in het overleg kritisch gekeken naar allerlei aspecten van het onderzoek. Bijvoorbeeld de consequenties van de zogeheten verdichting van het onderzoek, waarbij de screening wordt verfijnd tot op wijk- of zelfs straatniveau (rioolput), met een eventuele vergelijking tussen wijken op uiteenlopende paramaters (drugs, medicijnengebruik). De vraag is: is dat toegestaan? “Dat soort vragen willen we op voorhand beantwoord hebben”, zegt Van der Werf.
Volgens de nu voorliggende plannen zorgen de waterschappen en waterlabs voor de bemonstering en het transport van de monsters van de decentrale rwzi’s naar de centrale waterlabs. Vanaf daar is het RIVM verantwoordelijk voor de logistiek en de daaropvolgende analyse. Het rijksinstituut is dan ook eigenaar van de virusdata en verantwoordelijk voor de duiding en de communicatie daarover.
Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.

Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?
"En zij vreesden met groote vreeze!"  staat er in de Bijbel. Wat een negatief stukje. De rechter heeft een dwangsom opgelegd voor 2030. Minister Wiersma heeft nog even de tijd om met een oplossing te komen.