Het langverwachte coalitieakkoord dat gisteren is gepresenteerd, valt bij de waterschappen in goede aarde. Zij zijn blij met de ‘klimaatbestendige keuzes’ die het nieuwe kabinet wil maken en met de plannen voor Limburg. De drinkwaterbedrijven vinden dat het belang van schoon water nog onvoldoende aan bod komt.
Vewin, de koepel van drinkwaterbedrijven, noemt het coalitieakkoord "een goed vertrekpunt voor een Nationaal Waterakkoord". Daarin moeten de ambities van het nieuwe kabinet op het gebied van waterkwaliteit en waterbeschikbaarheid en de door water gestuurde ruimtelijke planvorming dan nog verder uitgewerkt worden.
De plannen die het demissionaire kabinet heeft voorbereid, zoals het Nationaal Water Plan en het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn, zijn volgens Vewin onvoldoende om de doelen van de Kaderrichtlijn Water te halen. "Zonder actie dreigen wij toekomstige generaties op te zadelen met een minder zekere levering van betrouwbaar drinkwater."
Vewin vindt ook dat de coalitiepartijen te beperkt inzetten op duurzame landbouw en de stikstofaanpak om de waterkwaliteit te bewaken. Een daadkrachtige aanpak van andere bedreigingen als opkomende stoffen en medicijnresten is evenzeer nodig, benadrukt de koepel, die daarnaast nog aandacht vraagt voor de bescherming van de drinkwaterinfrastructuur bij ruimtelijke ingrepen.
Water sturend
Zowel Vewin als de Unie van Waterschappen juichen het voornemen om water en bodem sturend te laten zijn bij ruimtelijke ordening en de watertoets een dwingender karakter te geven toe. De Unie is blij met de ‘klimaatbestendige en waterbewuste weg’ die het nieuwe kabinet inslaat en met de ‘ambitieuze plannen’ voor de stikstofaanpak en de uitvoering van het Klimaatakkoord.
"Een Nederland waarin we schade door weersextremen weten te beperken, begint bij een cultuuromslag waarin we accepteren dat we land, water en bodem niet meer volledig naar onze hand kunnen zetten", verklaart voorzitter Rogier van der Sande. "We moeten Nederland niet op de oude manier vol bouwen, maar slimme en waterbewuste keuzes maken."
Om het watersysteem in Limburg ‘klimaatrobuust’ te maken, wil de coalitie 300 miljoen euro in de beekdalen investeren. Dat zorgt, samen met de extra investering in het Deltafonds, voor dankbaarheid in Limburg, zegt dijkgraaf Patrick van der Broeck.
Dat er geld nodig is om de gevolgen van klimaatverandering het hoofd te kunnen bieden, heeft de overstromingsramp van afgelopen zomer volgens het waterschap wel aangetoond. Wel mist Limburg nog "de concrete invulling van de ruimhartige schadeloosstelling voor gedupeerden van de wateroverlast".
Samenwerking
De regionale overheden in Limburg zien in het coalitieakkoord met de titel ‘Omzien naar elkaar en vooruitkijken naar de toekomst' belangrijke aanknopingspunten voor samenwerking met het Rijk.
De Unie van Waterschappen heeft daar nog twijfels over, net als de gemeenten en de provincies. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) spreekt zelfs van ‘een valse start’ van het nieuwe kabinet: ze vindt dat gemeenten worden weggezet als uitvoeringsloket van het Rijk.
Zo ver gaan de waterschappen niet, maar zij stellen ‘evenwichtige bestuurlijke verhoudingen’ wel als voorwaarde voor samenwerking. Nieuw beleid en wetgeving moeten eerst getoetst worden op uitvoerbaarheid en er moet evenwicht zijn tussen taken, bevoegdheden en financiële middelen voor alle bestuurslagen. "Dit ontbreekt nog in het coalitieakkoord", aldus de Unie.
MEER INFORMATIE
H2O-actueel over het regeerakkoord
Reactie Vewin
Reactie Unie van Waterschappen
Reactie Waterschap Limburg
Reactie VNG
