De mogelijkheden om DNA-technieken toe te passen in het waterbeheer nemen snel toe. Van de strijd tegen de muskusratten tot het in beeld brengen van de vispopulatie, op verschillende gebieden kan de techniek al worden ingezet. Stowa brengt in een rapport de huidige en toekomstige toepassingen in kaart.
“DNA-toepassingen zijn enerzijds bij veel mensen nog onbekend, terwijl de verwachtingen anderzijds hoog gespannen zijn,” schetst Bas van der Wal van Stowa. In het rapport ‘DNA-technieken in het waterbeheer’ wordt daarom samengevat welke DNA-technieken beschikbaar zijn, welke praktische toepassingen er nu al bewezen zijn en welke ontwikkelingen de komende jaren naar verwachting zullen plaatsvinden.
In het rapport wijst Stowa erop dat met de DNA-technieken meer informatie verzameld kan worden dan tot nu toe het geval was. “Het zou zonde zijn de technieken alleen te gebruiken om informatie voor de oude vorm van monitoring te verzamelen,” zegt Van der Wal. “DNA metingen in het water leveren veel meer informatie op dan we nu verzamelden. In dezelfde monsters krijg je namelijk nu ook informatie over de voedselketen van vissen of de bacteriën en schimmels in het water.”
Investeringen
Volgens Van der Wal investeren veel waterschappen en waterschapslaboratoria al in het gebruik van DNA-technieken. Juist omdat de technieken nog volop in ontwikkeling zijn, meent hij dat er nu goed moet worden nagedacht over de manier waarop deze investeringen vorm krijgen. “De omgang met DNA-metingen vraagt serieuze financiële investeringen van laboratoria. Niemand wil nu investeren in apparatuur die over enkele jaren alweer verouderd is. Daarom is het belangrijk om te kijken of je als waterschapslab alles zelf wilt doen of bijvoorbeeld een deel wilt uitbesteden.”
Ook van belang is de vraag waar de DNA-technieken precies voor ingezet moeten worden. Het vaststellen van muskusratten-DNA in een monster, vraagt een minder precieze aanpak dan het monitoren van de biologische kwaliteit van oppervlaktewateren. “Het rapport is ook zeker bedoeld als scan om vast te stellen hoe de technieken precies gebruikt kunnen worden.”
Kaderrichtlijn
De inzet van DNA-technieken zal, zo verwacht Van der Wal, in elk geval tot 2027 naast de gebruikelijke monitoringstechnieken worden ingezet. In 2027 zal de Kaderrichtlijn Water worden vernieuwd. “De komende jaren moeten we gebruiken om de DNA-technieken verder te ontwikkelen. Tegelijkertijd onderzoeken we nu welke mogelijkheden er binnen de huidige kaderrichtlijn zijn om de DNA-technieken al in te zetten.”
MEER INFORMATIE
Het Stowa-rapport ‘DNA-technieken in het waterbeheer’
Themapagina Onderzoeksprogramma DNA in waterbeheer
H2O-bericht: Snelle DNA-scan diatomeeën toont ecologische waterkwaliteit
H2O-bericht: Delfland wil bron vervuilingen achterhalen met eDNA
H2O-bericht: Wetterskip Fryslân opent eigen DNA-laboratorium
H2O-bericht: Gebruik van DNA-technieken wint snel aan populariteit