secundair logo knw 1

Bij Waterschap Hollandse Delta gaat een commissie aan de slag om een interim college samen te stellen. Daartoe heeft de Verenigde Vergadering van het waterschap besloten. De commissie wordt bijgestaan door Peter van der Velden en Mary Heessels, die in de afgelopen weken de mogelijkheden hebben verkend om te komen tot een interim-bestuur. Bij de invulling van de namen wordt ook gekeken naar externe kandidaten.

Het waterschap wil voor het zomerreces het interim-college geïnstalleerd hebben. Tot die tijd past het deze week benoemde tijdelijke college met vier heemraden en dijkgraaf Jan Bonjer op de winkel. 

Het algemeen bestuur besloot gisteravond in een online meeting de volgende stap te zetten in het proces om uit de bestuurlijke crisis te komen, waar het waterschap al lange tijd inzit. In het overleg klonken de naweeën van de afgelopen turbulente maanden, die in het teken stonden van achtereenvolgens het onderzoek naar de verziekte bestuurscultuur door organisatiedeskundige Hans Anderson, het opstappen van de zittende heemraden en de daaropvolgende verkenningsfase waarin werd gekeken naar de mogelijkheid om een interim college te installeren voor het resterende deel van de bestuursperiode tot medio 2023.

'Het eerste advies is een oproep, bijna een smeekbede: zorg voor een doorbraak in de bestuurscultuur van het waterschap'
- Dijkgraaf Jan Bonjer

Drie adviezen
Jan Bonjer 180 vk Jan BonjerDijkgraaf Bonjer die zich tot dusverre op de achtergrond had gehouden bij de verkenningsfase (‘ik heb de verkenning vanaf het balkon gevolgd’) nam nu de gelegenheid te baat om zijn visie op de ontwikkelingen te delen met het algemeen bestuur. Belangrijk bestanddeel van zijn betoog: creëer ruimte waarin depolarisatie, herbezinning en reflectie centraal staan.

Hij gaf daarbij drie adviezen: “De eerste is een oproep, bijna een smeekbede: zorg voor een doorbraak in de bestuurscultuur van het waterschap. De tweede: voorkom een tweede stoelendans, bevrijd uzelf uit die vicieuze cirkel. En drie: maak van externe heemraden geen sluitpost. Gun uzelf zuurstof, culturele zuurstof.” 

Externe heemraden
Het aantrekken van externe heemraden in het interim college is een punt van discussie. In de rapportage van de verkenners Peter van der Velden en Mary Heessels wordt beschreven dat er binnen de fracties van de Verenigde Vergadering sprake is veranderende inzichten. De verkenners spreken uit dat een interim college bestaande uit externe bestuurders de voorkeur geniet, als bijdrage aan het herstel van vertrouwen. 

Petra van Nes 170 vk Petra van NesIn de vergadering kwam een amendement in stemming met als stelling dat er een interim college komt dat alleen uit externe kandidaten bestaat. De opgestapte heemraad Petra van Nes, die in een bijdrage haar scherpe kritiek op de dijkgraaf en de procedure die leidde tot het opstappen van de heemraden nog eens uit de doeken deed, verklaarde waarom ze voor zo’n ‘extern zakencollege’ is: “Dan is de angel eruit.” De bestuurder stelde daarbij in het vooruitzicht dat een dagelijks bestuur van externen haar weer de mogelijkheid geeft om ‘constructieve bijdragen te leveren’ aan het bestuurlijke proces. “Ik geef u die garantie.”

Kritiek
Maar het amendement haalde het niet. De uitslag: 13 tegen, 8 voor en 4 onthoudingen van de tijdelijke heemraden, die zich daarbij beriepen op artikel 38a lid 1a van de Waterschapswet. Een motivatie die ze op kritiek kwam te staan. Fokke van Zeijl (AWP): “Daar is het artikel niet voor bedoeld.” 

In de volgende stemronde werd het voorstel van het tijdelijk dagelijks bestuur wel aangenomen. Daarin is ook ruimte voor het aantrekken van externe bestuurders, maar zijn interne bestuurders niet uitgesloten. Een commissie met daarin vertegenwoordigers van alle fracties gaat aan de slag om het interim-college samen te stellen en wordt daarin bijgestaan door de verkenners Van der Velden en Heessels. Ze hebben de tijd tot het zomerreces, waarmee de aanvankelijk gestelde deadline van 30 april van tafel is.  

 

MEER INFORMATIE
H2O Actueel: Hollandse Delta likt zijn wonden en stelt tijdelijk bestuur aan

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.

Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?
"En zij vreesden met groote vreeze!"  staat er in de Bijbel. Wat een negatief stukje. De rechter heeft een dwangsom opgelegd voor 2030. Minister Wiersma heeft nog even de tijd om met een oplossing te komen.