secundair logo knw 1

Bron: Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)

De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) constateert dat er onvoldoende zicht is op de verspreiding van FRD (GenX-stof) in afvalstromen. Aanleiding voor deze conclusie is de vondst van FRD-besmettingen bij het afvalverwerkende bedrijf Suez Almelo, waarvan de herkomst niet kon worden getraceerd. De inspectie laakt de inspanningen van de keten, maar stelt ook vast dat de huidige wetgeving onvoldoende waarborgen biedt voor het voorkomen van verspreiden van zeer zorgwekkende stoffen zoals FRD.

Een en ander valt op te maken uit het ‘Vervolgonderzoek Afvalstromen Chemours 2019’ van de inspectie dat staatsecretaris Stientje van Veldhoven (Infrastructuur) vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. ILT stelt in het onderzoek vast dat ontbrekende informatie en meetgegevens het niet mogelijk maakten om de bron van FRD-besmetting te achterhalen.

Door deze gebrekkige informatie hebben gemeenten en provincies die verantwoordelijk zijn, niet genoeg overzicht om de problemen aan te pakken, stelt ILT. "Ondanks alle inspanningen op dit punt is er geen gezamenlijk gevoelde druk en focus om dit op te pakken", concludeert Van Veldhoven in de brief aan de Tweede Kamer.

Vervolgonderzoek
De stof FRD, die schadelijk kan zijn voor mens en milieu, werd in 2018 aangetroffen bij afvalverwerker Suez Almelo. De ILT deed een vervolgonderzoek naar de herkomst van de stof, maar kon de bron niet achterhalen ‘omdat er in de keten te weinig wordt gemeten’.

“Na dat eerste onderzoek heeft de ILT de gebruikers van het product van Chemours, de afvalverwerkers, de transporteurs, de tankreinigers en de losplaatsen opgeroepen om maatregelen te nemen om emissies naar de leefomgeving te beperken. Tot dit moment wordt daar onvoldoende invulling aan gegeven en kan in de hele keten FRD-besmetting optreden en verontreiniging van de leefomgeving plaatsvinden”, staat in het onderzoek.

De conclusie dat er te weinig informatie wordt gedeeld is dezelfde als in het eerste GenX-rapport, stelt ILT vast. Toen richtte de aandacht zich op chemiebedrijf Chemours dat GenX gebruikt als technologie om coatings te maken. Daar komt onder meer FRD, die door het Europese Chemicaliën Agentschap is aangemerkt als een zeer zorgwekkende stof (ZZS), bij vrij.

Ophef
Het vrijkomen van de stoffen bij Chemours zorgde voor veel ophef. GenX-stoffen werden aangetroffen in de Lek, de Noord en de Nieuwe Maas. Drinkwaterbedrijf Oasen maakte zich zorgen over zijn drinkwaterproductie, toen het in 2016 significant verhoogde concentraties perfluoroctaanzuur (PFOA) aantrof in het oevergrondwater van de Beneden Merwede.

Chemours heeft de lozingen inmiddels fors beperkt, mede als gevolg van aangescherpte lozingsvergunningen. ILT schrijft daarover in het rapport: ”Ten opzichte van 2018 is de afvalsituatie bij Chemours verbeterd mede als gevolg van handelen door het bevoegd gezag (Milieudienst Rijnmond, red). Chemours loost veel minder GenX dan in het verleden en moet nu beter inzicht geven in de afvalstromen.”

Externe prikkel
Dat dat in de keten niet gebeurt met FRD, heeft volgens ILT meerdere oorzaken. Een daarvan is het ontbreken van een externe prikkel waardoor producenten zich onvoldoende verantwoordelijk voelen om de eigenschappen van de stoffen te onderzoeken en deze te delen.

ILT Overzicht 1200            Bron: Inspectie Leefomgeving en Transport (klik op de afbeelding voor vergroting)

In zijn analyse stelt de inspectie vast dat rioolwaterzuiveraars en afvalverwerkers onvoldoende weten over het risico, gehalte en emissies van FRD. Diezelfde onwetendheid is er de oorzaak van dat transporteurs de stof ongewild verspreiden.

Ook concludeert de inspectie dat de informatieplicht niet aansluit bij de lozingsnorm voor FRD, die ‘een miljard keer’ strenger is dan de norm die wordt aangehouden bij het delen van informatie. “Het gevolg hiervan is dat het vrijwel nooit vermeld hoeft te worden en dat veel partijen in de keten niet weten dat er FRD in de (afval)producten voorkomt (of kan komen).”

Tot slot ziet de ILT dat de huidige wetgeving onvoldoende waarborgen biedt voor het voorkomen van verspreiding ‘FRD in het bijzonder en van potentieel ZZS in het algemeen’.

 

MEER INFORMATIE
ILT: Vervolgonderzoek afvalstromen Chemours
H2O Premium: Harrie Timmer en de GenX-affaire: ‘Stof voor stof verbieden, dat heeft geen zin’

 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.
Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?