De kansen op regen nemen toe maar dat leidt nog niet tot een structurele verbetering van de droogtesituatie. Daarvoor is volgens de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) langdurig neerslag nodig. Alle maatregelen die Rijkswaterstaat en waterschappen eerder hebben genomen voor de aanvoer en het vasthouden van water, blijven van kracht.
Op het ogenblik is het nog altijd zeer droog in eigen land, meldt de LCW in de nieuwste droogtemonitor. Voor de scheepvaart, landbouw en natuur zijn de effecten groot. Er is wel een gunstige ontwikkeling. De watervraag vanuit de landbouw neemt de komende tijd af, omdat het groeiseizoen bijna voorbij is.
De situatie voor de natuur blijft echter zorgelijk. Op grote schaal is er schade voor de planten- en dierenwereld. Een belangrijke reden is dat de grondwaterstanden laag tot zeer laag zijn voor de tijd van het jaar. Zij zijn zelfs uitzonderlijk laag in een aantal gebieden in het midden en zuiden van het land, bijvoorbeeld in Limburg en Noord-Brabant.
Overgang naar wisselvallig weer
Het gemiddelde neerslagtekort is in een week tijd opgelopen van iets minder dan 300 millimeter naar 318 millimeter (situatie in de ochtend van 6 september). Dit is hoger dan het maximum dat in 2018 werd bereikt. Het niveau van het recordjaar 1976 wordt momenteel niet gehaald.
De verwachting is dat dit de komende weken ook niet gaat gebeuren door een overgang van erg droog naar overwegend wisselvallig weer met geregeld buien. Het KNMI houdt rekening met een daling van het gemiddelde neerslagtekort naar 291 millimeter over vijftien dagen. Door het buiige karakter van het weer kunnen er grote lokale verschillen bij de neerslag zijn.
De omslag in het weer betekent niet dat de droogte snel voorbij is. De LCW laat weten dat een structurele verbetering van de droogtesituatie alleen mogelijk is als er langdurig neerslag valt.
Toename van aanvoer van de Rijn
Ook in de stroomgebieden van de Rijn en de Maas gaat het naar verwachting regelmatig regenen. Dat is goed nieuws voor de aanvoer van de Rijn bij Lobith. Deze aanvoer is nu 875 kubieke meter per seconde en neemt vanaf komend weekend mogelijk toe tot 1.000 m3/s. Bij de Maas wordt daarentegen geen structureel hogere aanvoer verwacht.
De waterbeschikbaarheid in het hoofdwatersysteem is volgens de LCW vrijwel onveranderd ten opzichte van vorige week. De watervoorraad in het IJsselmeer en Markermeer is wel verder geslonken. De meerpeilen gaan nog iets meer dalen, maar blijven boven 40 centimeter onder NAP. Er is voldoende water beschikbaar voor de omliggende waterschappen.
In steeds meer gebieden vallen watergangen in regionale watersystemen droog. Dit gebeurt grootschalig in gebieden waar geen water kan worden aangevoerd, onder andere in Zeeland, Noord-Brabant, Limburg, de Achterhoek en Twente en op de Veluwe. Verder is er sprake van verslechterde waterkwaliteit (blauwalgen en botulisme) en vissterfte.
Maatregelen van waterbeheerders gehandhaafd
Waterbeheerders hebben tal van maatregelen genomen voor de aanvoer en het vasthouden van water en voor de bescherming van de waterkwaliteit, zoals het plaatsen van tijdelijke pompinstallaties en het instellen van onttrekkingsverboden voor oppervlaktewater en soms grondwater. Ook worden op grote schaal droogtegevoelige kaden geïnspecteerd. De maatregelen blijven voor nu van kracht.
Rijkswaterstaat heeft afgelopen weekend bij Den Oever gericht gespuid op het IJsselmeer om verzilting tegen te gaan. Dit zal de komende tijd nodig blijven in verband met oprukkend zout in de vaargeulen. Om Zuid-Holland van zoet water te kunnen voorzien, zijn eerder twee maatregelen ingezet: Klimaatbestendige Wateraanvoer en Doorvoer Krimpenerwaard. De waterbeschikbaarheid voor de regio is momenteel laag maar beheersbaar.
Tijdelijk geen inname uit IJsselmeer bij Andijk
Volgens de LCW zijn er nog geen problemen met de drinkwatervoorziening. De waterkwaliteit bij innamepunten is wel een steeds groter aandachtspunt.
PWN neemt sinds een paar dagen selectief water uit het IJsselmeer in vanwege een toename van de chlorideconcentratie. Het drinkwaterbedrijf heeft de inname uit het IJsselmeer ter plaatse van Andijk tijdelijk gestaakt en haalt nu water uit het spaarbekken bij Andijk. De lokale chlorideverhoging lijkt verband te houden met een zoutpluim die zich heeft verplaatst door het IJsselmeer. Zo’n pluim ontstaat als zout uit een dieper gelegen deel van het meer wordt ‘opgemengd’ door wind.
LEES OOK
H2O Actueel: soms uitzonderlijk lage waterstanden