Minister Barbara Visser van Infrastructuur en Waterstaat gaat de drinkwaterbedrijven iets meer investeringsruimte bieden, door de Weigthed Average Cost of Capita (WACC) vast te stellen op 2,95 procent. Dat is 0,2 procentpunt meer dan de huidige WACC. De bewindsvrouw volgt daarmee het advies van de Autoriteit Markt en Consument (ACM). Dat schrijft ze in een brief aan de Tweede Kamer.
De WACC, een op basis van de Drinkwaterwet vastgestelde vermogenskostenvoet, is bepalend voor de investeringsruimte van de drinkwaterbedrijven. De regeling is de waterbedrijven al lange tijd een doorn in het oog, sinds 2019 ageren ze tegen de WACC, die gekoppeld is aan de risicovrije rente op de internationale kapitaalmarkt.
Door de zeer lage rentstand pakt de WACC ongunstig uit en hebben de drinkwaterbedrijven niet genoeg financiële ruimte om te kunnen investeren in productie en distributie van drinkwater, zo is hun klacht. Die investeringen lopen flink op als gevolg van klimaatverandering, vervuiling van drinkwaterbronnen en de noodzakelijke vervanging van ondergrondse infrastructuur.
De Tweede Kamer nam op 30 juni een motie van Peter Grinwis (ChristenUnie) aan waarin werd gevraagd om zo snel als mogelijk duidelijkheid te bieden aan de drinkwaterbedrijven over de vermogenskostenvoet. Het wachten was op een advies van de ACM, dat eind september bij minister Visser op het bureau lag. Zij stelt de Kamer nu voor om een nieuwe WACC vast te stellen met een percentage van 2,95 procent, in lijn met het advies van de ACM. In de huidige, tijdelijk bevroren, WACC wordt gerekend met een percentage van 2,75 procent. Het besluit om een nieuwe WACC op te stellen moet voor 1 november worden genomen door de Kamer.
Geen verhoogd risicoprofiel
De ACM ziet geen reden om voor individuele drinkwaterbedrijven een afwijkende waarde vast te stellen en adviseert derhalve eenzelfde WACC vast te stellen voor alle drinkwaterbedrijven, staat in het advies aan de minister. En daar waar de sector stelt dat 7 van de 10 drinkwaterbedrijven door de beperkte investeringsruimte de komende jaren niet in staat zijn de noodzakelijke investeringen te doen, constateert ACM dat ‘er geen sprake is van een verhoogd risicoprofiel van de drinkwatersector’.
Een constatering die aansluit bij de bevindingen van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), die eerder dit jaar vaststelde dat er 'binnen de doelstellingen van de WACC extra investeringsruimte kan worden gecreëerd'. De Autoriteit Markt en Consument ziet ook dat niet alle drinkwaterbedrijven de maximale WACC-ruimte benutten. “Een volledigere benutting van de WACC-ruimte zal leiden tot meer inkomsten voor drinkwaterbedrijven die gebruikt kunnen worden voor hun investeringsopgave.”
Voorts geeft de ACM aan dat door drinkwaterbedrijven dividend wordt uitgekeerd. “Het uitkeren van dividend kan op gespannen voet komen te staan met de investeringsopgave van de drinkwatersector.”
De autoriteit merkt voorts op dat er geen wettelijke normen voor de financiële positie van drinkwaterbedrijven zijn, zoals een minimum solvabiliteitsratio. “De combinatie van het niet benutten van de maximale tariefruimte en het ontbreken van wettelijke financiële normen voor de sector kan leiden tot een verslechterde financiële positie van de drinkwaterbedrijven, waardoor aandeelhouders genoodzaakt zullen zijn om extra eigen vermogen te verschaffen voor drinkwaterbedrijven”, schrijft de autoriteit in haar advies aan de minister.
MEER INFORMATIE
Advies ACM over WACC
H2O actueel: Inspectie Leefomgeving: drinkwaterbedrijven hebben voldoende investeringsruimte
H2O actueel: Vewin blij met tijdelijk bevriezen van WACC-regeling
H2O interview met Vitens-topman Jelle Hannema: ‘We willen investeringsruimte, dat is een dringende oproep aan het kabinet’