secundair logo knw 1

Neerslagtekort. Links: Landelijk gemiddeld neerslagtekort op 18 aug. Rechts: Doorlopend potentieel neerslagoverschot | Bron Droogtemonitor/KNMI

De neerslag van het afgelopen weekend heeft lokaal het grondwaterpeil weer aangevuld. Op verschillende plaatsen in Nederland was zelfs sprake van wateroverlast. Ondanks dat blijven de grondwaterstanden in diverse regio’s nog steeds laag tot zeer laag voor de tijd van het jaar. De natuur heeft het zwaar en lijdt lokaal soms onomkeerbare schade.

Een en ander staat in de vandaag verschenen droogtemonitor van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW). Het landelijk neerslagtekort nam door de hittegolf verder toe. Dankzij de recente neerslag, blijft het tekort sinds een aantal dagen weer stabiel. De verwachting is dat dit de komende twee weken zo zal blijven. Het actuele landelijk gemiddelde neerslagtekort bedraagt circa 245 mm. Regionaal zijn er wel grote verschillen.

Zo hebben diverse gebieden zonder wateraanvoermogelijkheden uit de Rijn en Maas grote neerslagtekorten. In het oosten van Gelderland is het neerslagtekort vergelijkbaar met 1976, maar lager dan 2018, schrijft de LCW. De grondwaterstanden zijn grotendeels laag tot zeer laag voor de tijd van het jaar, vooral op de hoge zandgronden. In sommige gebieden zijn de grondwaterstanden door plaatselijke neerslag goed hersteld.

Maatregelen van waterschappen en Rijkswaterstaat blijven van kracht, zoals het opzetten van waterpeilen, het vasthouden van water, waterbesparend schutten en het instellen van beregeningsverboden. In Zeeland wordt schade gemeld aan waterkeringen (scheuren in kleilagen). De keringen worden tot herstel blijvend gemonitord.

Waterkwaliteitsproblemen
Door hogere watertemperaturen ontstaan waterkwaliteitsproblemen. Het aantal meldingen van blauwalg, vissterfte en botulisme neemt toe. Ook zijn er veel negatieve zwemadviezen of zwemverboden van kracht. De watertemperaturen zullen naar verwachting de komende dagen gaan dalen.

In de Hollandsche IJssel is het chloridegehalte licht verhoogd, een gevolg van een combinatie van de lage Rijnafvoer begin augustus, springtij, windopzet en hoge onttrekkingen vanwege het warme weer. De chlorideconcentratie in het Amsterdam Rijnkanaal fluctueerde sterk in de afgelopen weken, maar is op dit moment weer ongeveer normaal. Enkele waterschappen in West-Nederland melden lichte verziltingsproblemen, voornamelijk in de diepe polders als gevolg van zout kwelwater, aldus de droogtemonitor.

De afvoer van de Rijn blijft laag en daalt langzaam richting 1100 m3/s. De afvoer blijft voldoende om in de watervraag te voorzien. De afvoer van de Maas is zeer laag en zal naar verwachting de komende weken langzaam verder dalen richting 25 m3/s. De situatie blijft beheersbaar.

Drinkwater
Door de lage afvoer zijn er in de Maas stoffen in hogere concentraties aangetroffen, waardoor er innamestops voor de drinkwaterproductie zijn of kunnen worden ingesteld. Op enkele grondwaterproductielocaties is er risico op overschrijding van de vergunde onttrekkingshoeveelheden per maand vanwege hogere afzet tijdens de hittegolf, schrijft de droogtemonitor.

De droogte in natuurgebieden neemt vooral op de zandgronden ernstige vormen aan en wordt versterkt door de enorme hitte van de afgelopen weken, aldus de droogtemonitor. Lokaal is er soms sprake van onomkeerbare schade in hoogvenen, hoogveenbossen, broekbossen en moerassen.

“De door droogte verzwakte bomen laten vervroegd blad vallen, worden getroffen door insectenvraat of sterven. Vennen, poelen, beken vallen voor het 3e jaar op rij langdurig droog. Veenbodems zijn voor het 3e jaar op rij uitgedroogd.” Op enkele locaties hebben waterschappen en natuurbeheerders met noodmaatregelen beken en poelen van water voorzien om zeldzame soorten te beschermen.

LEES OOK
H2O-bericht over droogtemonitor (4 augustus)

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.
Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?