Waterschap Vallei en Veluwe heeft van de Raad van State een jaar uitstel gekregen voor de aanpak van de vervuilde Westdijk in Bunschoten. Maar de dwangsom die de gemeente het waterschap heeft opgelegd is terecht, zo oordeelt de hoogste bestuursrechter van ons land.
Vallei en Veluwe heeft volgens de Raad van State in eerste instantie onvoldoende maatregelen getroffen om de verontreiniging te beperken en ongedaan te maken. De gemeente Bunschoten besloot daarom een dwangsom van maximaal 750.000 euro op te leggen. Die hoeft het waterschap nu niet te betalen als de Westdijk voor 1 november 2021 is afgegraven en hersteld.
De slepende kwestie draait om de thermisch gereinigde grond (TGG) die Vallei en Veluwe in 2016 gebruikte om de Westdijk in Bunschoten te verbreden en te verstevigen. Al snel kwamen er klachten over de verslechterde kwaliteit van het oppervlaktewater, waarna meerdere onderzoeken volgden.
Het gaat om 75.000 kubieke meter TGG, ofwel vierduizend vrachtwagens vol, die is toegepast in de steunberm. De grond is afkomstig van het bedrijf Afvalstoffen Terminal Moerdijk (ATM). Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat deze grond te hoge concentraties van zouten, zware metalen en vluchtige verbindingen als benzeen bevatte, alsmede gevaarlijke stoffen als PFAS en BDE.
Plan van aanpak
Volgens de gemeente Bunschoten handelde het waterschap in strijd met artikel 13 van de Wet Bodembescherming door de verontreiniging van de bodem niet te voorkomen, te beperken en ongedaan te maken. Ze droeg het waterschap op 14 november 2017, op straffe van een dwangsom, op met een plan van aanpak te komen en voor 1 november 2018 de sanering te voltooien.
Daarop volgde een juridische procedure, waarbij het waterschap in beroep ging en de gemeente twee keer uitstel verleende. De zitting bij de Raad van State diende in juni 2019, de uitspraak volgde gisteren, met dus opnieuw uitstel tot gevolg.
Intussen heeft Vallei en Veluwe niet stilgezeten: in februari van dit jaar is het plan van aanpak gepresenteerd aan de gemeente, de provincie en Rijkswaterstaat, die daarmee akkoord zijn gegaan. Ook de aanbestedingsprocedure voor een aannemer is gestart. In juni staat een bestuurlijk overleg gepland over de volgende stappen.
Voldoende tijd
De Raad van State geeft Vallei en Veluwe op alle aangedragen punten ongelijk, behalve op één: de gemeente heeft het waterschap ten onrechte niet gehoord over een extern advies met betrekking tot de dwangsom. Dit heeft echter geen gevolgen voor de rechtsgeldigheid van het besluit.
Op de zitting in juni is afgesproken dat partijen alsnog zouden proberen er samen uit te komen, maar dat is niet gelukt. De hoogste rechter bepaalt mede daarom dat het plan van aanpak nu voor 1 maart 2021 moet zijn ingediend en de maatregelen voor 1 november 2021 moeten zijn uitgevoerd.
''De opschorting van de termijnen lijkt voldoende om de maatregelen uit het plan van aanpak uit te voeren’’, reageert heemraad Patrick Gaynor. ''Dat is reeds ingediend en daar is mee ingestemd. Het wachten op de uitspraak heeft geen invloed gehad op de voortgang van het project. We werken onverminderd door aan het realiseren van een mooie, schone en veilige Westdijk.’’
De werkzaamheden gaan naar verwachting 34 miljoen euro kosten; het waterschap heeft de aannemerscombinatie De Vries & Van de Wiel - FL Liebregts VOF hiervoor aansprakelijk gesteld.
MEER INFORMATIE
Uitspraak Raad van State 29 april 2020
Themapagina Westdijk op website Vallei en Veluwe
Vallei en Veluwe presenteert plan van aanpak