secundair logo knw 1

Ons landschap met landbouw, natuur, infrastructuur, mest en water - het is een leefomgeving met veel samenhang in termen van leefbaarheid en kwaliteit. Zoals de samenhang tussen onze waterhuishouding en stikstof in mest, bodem en water.

door Gé van den Eertwegh

Ge van den Eertwegh Gé van den Eertwegh Ik was eind vorige week in De Peel en zag in het veld de droogte in de gewassen, wetende dat het droog is qua bodemvocht, grondwaterstanden en beekafvoeren (te zien op www.droogteportaal.nl). Buiten stonden voedergewassen als gras en snijmaïs te lijden door het droge weer en de lage grondwaterstanden (weet u nog, die regenval in tweede helft van februari 2022? Water vasthouden, daar waar het als neerslag valt…). Ik zag ook stallen met vee en (beregende) groenere velden.

Ook al is het droog, het vee blijft elke dag mest produceren en de mestkelder wordt gevuld. Het vee wordt gevoerd en de gewassen beregend met grondwater. Op vele plekken staan haspels met sproeibomen, een deel staat aan, een ander deel morgen weer. De grondwateronttrekkingen worden gemeld, vergund en geregistreerd; bij navraag blijkt de administratie echter veelal niet op orde, zo blijkt uit een IPO-UvW rapport uit 2021.

De freatische grondwaterstanden dalen verder, waardoor er nog meer behoefte aan beregening ontstaat, want de capillaire nalevering van grondwater bereikt de plantenwortels niet meer. Ondertussen wordt er dierlijke mest uitgereden, met extra (grond)waterbehoefte voor beregening tot gevolg. En dat in de hoop dat de meststoffen effectief worden benut en in de gewassen terechtkomen, dat ze niet uitspoelen naar het grondwater of door vervluchtiging de lucht bereiken.

Gelukkig pleitte recent ook het Planbureau voor de Leefomgeving voor het meenemen van waterkwaliteit in de stikstofplannen die in de maak zijn. Voeg daarbij alstublieft ook de waterkwantiteit

Begin deze week kwam het nieuws dat de Europese Commissie besloten heeft dat vanaf 2026 Nederlandse boeren geen uitzondering meer krijgen om meer mest uit te rijden dan 170 kg per hectare, de zogenoemde derogatie. Dat betekent dus dat boeren straks minder mest per hectare uitrijden dan de afgelopen jaren nog kon. De gevolgen van het afbouwen van de derogatie zijn groot voor (melk)veehouders. De Europese Commissie wilde al langer af van de uitzonderingspositie van Nederland en nu gelden vanaf 2026 voor ons land dezelfde regels als voor andere EU-landen.

Elders in De Peel worden ondertussen melkveehouderijen o.a. bij gebrek aan bedrijfsopvolgers vervangen door bedrijven met kapitaalintensieve vollegrond-teelten met intensieve drainage én dito beregening. Van grasland en snijmaïs naar vollegrond-teelt: waterhuishouding en stikstof in samenhang beschouwen..?

De toestand van onze waterhuishouding kunnen we mijns inziens niet per thema (o.a. droogte, wateroverlast, waterkwaliteit) duiden en verbeteren. Mede met het oog op de (nabij) toekomstige klimaatveranderingen moeten we de thema’s integraal beschouwen. Het voorbeeld van De Peel hierboven illustreert de nauwe samenhang tussen het stikstofdossier, de effecten van droogte en de verdrogingsproblematiek.

Het gebruik van kunstmest en dierlijke meststoffen heeft invloed op de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater en het behalen van KRW-doelen voor ons water, binnen vijf jaar in 2027. Productie van land- en tuinbouwgewassen verbruikt water via verdamping van de planten (350 à 500 mm per jaar), ondersteund door beregening in droge tijden (50 à 100 mm per jaar), én door ontwatering/afwatering (250 à 300 mm per jaar). Daartegenover staat: water vasthouden, daar waar het als neerslag valt…

Gelukkig pleitte recent ook het Planbureau voor de Leefomgeving voor het meenemen van waterkwaliteit in de stikstofplannen die in de maak zijn. Voeg daarbij alstublieft ook de waterkwantiteit, anders krijgen we in Nederland de grondwaterstanden niet omhoog en spannen we het ‘stikstofpaard’ achter de ‘waterwagen’. Dat werkt averechts en blijft averechts werken.

Gé van den Eertwegh is hydroloog (KnowH2O) 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

h2ologoprimair    PODIUM

Podium is een platform voor opinies, blogs en door waterprofessionals geschreven artikelen (Uitgelicht). H2O draagt geen verantwoordelijkheid voor de inhoud van deze bijdragen, maar bepaalt wel of een bijdrage in aanmerking komt voor plaatsing. De artikelen mogen geen commerciële grondslag hebben.

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.

Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?
"En zij vreesden met groote vreeze!"  staat er in de Bijbel. Wat een negatief stukje. De rechter heeft een dwangsom opgelegd voor 2030. Minister Wiersma heeft nog even de tijd om met een oplossing te komen.