secundair logo knw 1

Het virus dat dit jaar de wereld in een crisis stortte, heeft de schijnwerpers gezet op het rioolwateronderzoek. Van Australië tot Spanje, van Amerika tot Italië, op veel locaties wordt in het riool gemeten om verspreiding van het virus te volgen. Speuren in rioolwater geeft vroegtijdig inzicht in nieuwe uitbraken, maar geldt ook als objectief: iedereen gaat naar het toilet, niet iedereen gaat naar de teststraat.  

door Bert Westenbrink

H2O Cover dec 2020 H2O december 2020 In Nederland werd het onderzoek in stappen opgeschaald van 29 meetpunten in april, naar 80 in juli en ruim 300 locaties nu. De snelheid waarmee dat gebeurde is uniek, zegt Gertjan Medema van onderzoeksinstituut KWR in deze H2O. “De hele wereld kijkt ernaar.”

Medema groeide dit jaar uit tot vraagbaak voor de wereld. Instituten, overheden, media, ze legden hun oor te luisteren bij de microbioloog, niet alleen expert op het gebied van rioolwateronderzoek, maar ook kenner van het coronavirus. Hij deed begin deze eeuw in Hong Kong onderzoek naar de lokale uitbraak van Sars CoV-1, het neefje van Sars CoV-2 dat nu wereldwijd rondwaart. 

Als rioolwaterscreening een vlucht neemt, dan krijgen waterschappen er een nieuwe taak bij

“Deze coronacrisis geeft een enorme boost aan het rioolwateronderzoek”, stelt Medema vast. Werd er eerst vooral gezocht naar drugs en geneesmiddelen, nu komen daar virussen bij en dat geldt ook voor toxische stoffen. Als rioolwaterscreening inderdaad een vlucht neemt, dan krijgen waterschappen er een nieuwe taak bij met de vraag: hoe beheren we een informatiebron ten behoeve van de gezondheidszorg? “In die rol moet je links hebben met de gezondheidswereld en justitie”, zegt Medema.

Een andere vraag van 2020: hoe gaan we water vasthouden? Nu de droogte structureel lijkt te worden, krijgen waterschappen het verwijt dat water afvoeren nog altijd hun mantra is. Dat klopt écht niet meer, zegt Tanja Klip-Martin, de scheidende dijkgraaf van Vallei en Veluwe, in deze H2O. “Wij en andere waterschappen zijn er al heel actief mee bezig om water vast te houden.”

De essentie van haar betoog: De problemen rond droogte en wateroverlast kunnen we niet alleen binnen het watersysteem oplossen. “We moeten en willen samenwerken met tal van partijen: gemeenten, provincies, Staatsbosbeheer, de landbouwsector, grondbezitters, bedrijfsleven, Rijkswaterstaat.”

En dan hebben we de waterkwaliteit, het aanhoudende hoofdpijndossier. Twee managers uit de drinkwaterwereld, Ad de Waal Malefijt en Henk Ketelaars, zwaaiden af. Ze kijken op verzoek van H2O nog een keer terug en zeggen: “Voor oplossingen hebben we elkaar nodig. Een drinkwaterbedrijf kan problemen met waterkwaliteit niet in zijn eentje oplossen.” 

Het jaar 2020 onderstreept: de watersector moet in de aanpak van nieuwe vraagstukken de samenwerking zoeken.

Bert Westenbrink is hoofdredacteur van H2O media en schrijft het redactioneel in het vakblad

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

h2ologoprimair    PODIUM

Podium is een platform voor opinies, blogs en door waterprofessionals geschreven artikelen (Uitgelicht). H2O draagt geen verantwoordelijkheid voor de inhoud van deze bijdragen, maar bepaalt wel of een bijdrage in aanmerking komt voor plaatsing. De artikelen mogen geen commerciële grondslag hebben.

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.
Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?