secundair logo knw 1

Publieke acceptatie en angst voor sociale weerstand vormen een belangrijke uitdaging bij de implementatie van waterhergebruik. De Universiteit van Antwerpen heeft in samenwerking met KWR onderzoek gedaan naar een succesverhaal van drinkwaterhergebruik door het waterbedrijf Aquaduin aan de Vlaamse kust.

Geschreven door Emma Van den Kieboom, Robbe Geerts, Frédéric Vandermoere, Lien Dieleman (Universiteit Antwerpen), Stijn Brouwer (KWR)

 

HergebruikVlaanderenFig 1

Afbeelding 1. Waterwinningsgebied Aquaduin [1]

Vlaanderen is een uiterst droogtegevoelige regio. Uit recente gegevens van het World Resources Institute blijkt dat België een hoog risico loopt op waterschaarste, zeker in vergelijking met omliggende en andere Europese landen [2]. In 2017 ging het zelfs zo ver dat Joke Schauvliege, de toenmalige Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, een (tijdelijk) verbod op de verspilling van drinkwater uitvaardigde [3]. Droogte en waterschaarste blijken moeilijk te bestrijden. Het aantal zoetwaterbronnen is immers beperkt en deze bronnen worden verder bedreigd door problemen als overbevolking en klimaatverandering.

Waterhergebruik wordt aangedragen als een van de mogelijke oplossingen. Hergebruikinitiatieven duiken reeds op sinds de jaren 1960 (bijv. in de VS en Namibië). Deze projecten tonen aan dat waterhergebruik technisch uitstekend haalbaar is. Het grootste obstakel voor de verdere uitrol hangt sterk samen met sociale weerstand en, minstens zo belangrijk, politieke en institutionele angst voor die weerstand. Slogans als ‘Toilet to Tap’ en groepen als ‘Citizens against Drinking Sewage’ zijn internationaal bekend geworden vanwege hun hevige verzet. Zeker wanneer het om drinkwater gaat, zijn hierdoor projecten in de problemen geraakt en soms zelfs noodgedwongen stopgezet.

Met dit in het achterhoofd, speelt het Vlaamse drinkwaterbedrijf Aquaduin (vroeger bekend als IWVA) een pioniersrol met hun waterproductiecentrum in Torreele. Sinds 2002 levert Aquaduin hergebruikt drinkwater aan zes Vlaamse kustgemeenten. Het betreft een vorm van indirect hergebruik, waarbij afvalwater geïnfiltreerd wordt in de duinen van onder andere De Doornpanne. Dit dient vervolgens als waterwinningsbron voor het kraanwater van de bewoners. Het duurzame succes van Aquaduin biedt een kans om onderzoek te doen naar de publieke acceptatie van drinkwaterhergebruik. Wat is de sleutel tot het succes van Aquaduin? Hoe staan burgers tegenover hergebruikt drinkwater?

HergebruikVlaanderenFig 2

Afbeelding 2. Voorzieningsgebieden van de Vlaamse drinkwaterbedrijven [4]

Wetenschappelijke inzichten en beleidspraktijken
De wetenschappelijke literatuur reikt een aantal redenen aan waarom mensen sceptisch zouden staan tegenover hergebruikt afvalwater. Dit artikel beperkt zich tot de drie voorname factoren. Een eerste overweging is de zogenoemde yuck-factor. Mensen zouden hergebruikt water associëren met afvalwater en dit als vies ervaren. Een tweede factor is angst: hergebruikt water zou in de beleving van burgers van lagere kwaliteit zijn en tal van gezondheidsproblemen kunnen veroorzaken. Tot slot ontbreekt het overheden en drinkwaterbedrijven vaak aan het publieke vertrouwen dat noodzakelijk is om mensen over de streep te trekken.

Om de sociale acceptatie te vergroten, hebben drinkwaterproducenten en beleidsmakers tal van strategieën ontwikkeld die tot doel hebben de legitimiteit van waterhergebruik te verhogen en vertrouwen te winnen bij burgers. Enerzijds zetten ze bijvoorbeeld in op communicatie en voorlichting, waarbij onder andere de veiligheid en milieuvoordelen benadrukt worden. Anderzijds proberen ze consumenten, lokale gemeenschappen en andere partners (bijv. artsen- en milieuverenigingen) bij een project te betrekken aan de hand van bijvoorbeeld adviesorganen, bezoekdagen en rondleidingen. Dit heeft tot doel het institutioneel vertrouwen te vergroten.

Op onderzoek bij de burger
Het doel van dit onderzoek was om de publieke acceptatie van waterhergebruik in Koksijde en deelgemeente Oostduinkerke te begrijpen. Met behulp van interviews met inwoners werden heel wat interessante inzichten verkregen over de meningen van consumenten ten aanzien van hergebruikt kraanwater.

Uit het onderzoek bleek al snel dat de consumenten uit Koksijde een atypische houding aannemen tegenover hergebruikt kraanwater in vergelijking met de internationale literatuur. Slechts enkele burgers gaven aan nooit kraanwater te drinken en een afkeer van hergebruikt kraanwater was eerder uitzondering dan regel. Er werd zeer weinig bewijs gevonden voor de yuck-factor. Ook de tweede factor, angst, bleek minder te leven onder de respondenten dan verwacht. Bezorgdheden rond de aanwezigheid van bacteriën en andere schadelijke stoffen kwamen voor, doch in beperkte mate.

Wat de derde factor, institutioneel wantrouwen, betreft, lijken de inwoners van Koksijde erop te vertrouwen dat de overheid en drinkwatermaatschappij voldoende testen uitvoeren en drinkwater van degelijke kwaliteit leveren. Mensen gaan er bovendien vanuit dat de zuiveringsmethoden voldoende onderzocht en gevalideerd zijn alvorens ze toepast worden. Dit is een mogelijke verklaring voor de relatief hoge sociale aanvaarding van waterhergebruik. Opvallend gaat het om een algemeen vertrouwen in kraanwater, eerder dan een specifiek vertrouwen tegenover het hergebruikt water. Kennis over waterhergebruik was bij de respondenten veeleer beperkt. Aquaduin en De Doornpanne zijn bekend, maar de eerste werd door respondenten gezien als een reguliere watermaatschappij en de tweede als een natuur- en recreatiegebied. Velen wisten niet dat er hergebruikt kraanwater door hun leidingen stroomt.

Dit staat in contrast met de vele informatiecampagnes en communicatiestrategieën die door de jaren heen gelanceerd zijn. Veel respondenten gaven aan dat ze het bezoekerscentrum kennen, maar het nog niet hadden bezocht. Anderen ontvingen in het verleden nieuwsbrieven of e-mails, maar namen evenmin de tijd deze te lezen. Een genuanceerde conclusie is wellicht op zijn plaats. Hoewel de literatuur en de beleidspraktijk informatie en kennis zien als een belangrijke voorspeller of zelfs voorwaarde voor publiek vertrouwen en sociale aanvaarding, spreken de bevindingen uit dit onderzoek dit enigszins tegen. Toch zien we ook dat de meeste bewoners zich bewust zijn van de optie hebben om zich te informeren. Mogelijks is dit een belangrijke voorwaarde voor publiek vertrouwen.

Desalniettemin werd ook een paradox waargenomen waarbij de meeste mensen vertrouwen hebben in kraanwater, maar dat veel huishoudens toch voor flessenwater kiezen of hun kraanwater nabehandelen. Deze paradox is kenmerkend voor de relatie tussen Vlamingen en hun drinkwater. De respondenten gaven aan dat de keuze om al dan niet kraanwater te consumeren niet echt een bewuste beslissing is, maar eerder te maken heeft met gewoontevorming, onder andere via de opvoeding of na een negatieve ervaring op vakantie. Deze redenen hebben over het algemeen weinig te maken met het feit dat het gaat om hergebruikt afvalwater. Ondanks eventuele voorkeuren voor flessenwater, dronken nagenoeg alle huishoudens minstens af en toe kraanwater, en werden er dus weinig specifieke bezwaren tegen waterhergebruik gevonden. Zeker wat betreft andere toepassingen – zoals douchen en (af)wassen – waren bezwaren afwezig.

In tegenstelling tot de negatieve reacties ten aanzien van waterhergebruik in de internationale literatuur, werden eerder gematigde tot positieve reacties gevonden, waarbij respondenten ook heel wat voordelen van waterhergebruik aanhalen. Dit geldt ook voor de bewoners met beperkte kennis over de werking van Aquaduin, die bijgevolg pas tijdens het interview meer te weten kwamen. Bewoners zagen het als een duurzame oplossing voor watertekorten, iets waar Vlaanderen de laatste jaren steeds vaker mee te kampen krijgt. Het feit dat de duinen een infiltratiefunctie hebben, zorgt er bovendien voor dat hun geliefde natuur-en reactiegebied een zekere bescherming geniet van aanbouwingen, horeca, appartementsgebouwen en andere industrie. Tot slot ervaren sommige bewoners een gevoel van trots op de pionierspositie van hun woonplaats.

Conclusie
Zoals eerder vemeld behoren communicatie, participatie en voorlichting (o.a. via bezoekdagen en rondleidingen) tot de voornaamste strategieën van watermaatschappijen en beleidsmakers om sociale aanvaarding van waterhergebruik te bewerkstelligen. Ook bij Aquaduin wordt ingezet op informatie- en participatiecampagnes, zoals schoolbezoeken. Deze worden als succesvol ervaren. Verder gaven de respondenten aan dat ze meer informatie wensten te ontvangen omdat ze enigszins trots waren op wat er in hun gemeente gebeurde.

In deze casestudie blijkt echter ook dat dergelijke acties mogelijk niet het volledige doelpubliek bereiken. In een omgeving waar een zekere mate van publiek vertrouwen aanwezig is, hoeft dit echter niet per se problematisch te zijn. Het heeft mogelijk zelfs voordelen om conflicten te vermijden. Dat gezegd zijnde, wordt een actief en open beleid nog steeds van fundamenteel belang geacht. Sociaal conflict rond waterhergebruik begint immers meestal bij een actieve minderheid. De uitdaging voor communicatie- en participatiebeleid schuilt wellicht in het zoeken naar een evenwicht tussen sensibiliseren van een actieve minderheid en het creëren dan wel bestendigen van het vertrouwen bij de stille meerderheid.


Samenvatting
Drinkwaterhergebruik wordt vaak genoemd als een mogelijke oplossing in de strijd tegen waterschaarste en droogte. Publieke acceptatie en angst voor sociale weerstand vormen echter een belangrijke uitdaging bij de implementatie van waterhergebruik. In samenwerking met KWR deed de Universiteit Antwerpen onderzoek naar een succesverhaal van drinkwaterhergebruik door het waterbedrijf Aquaduin aan de Vlaamse kust. Verschillende diepte-interviews tonen aan dat er, hoewel de kennis over het hergebruik van afvalwater beperkt is, bij de inwoners toch een relatief positieve houding heerst ten opzichte van dit waterhergebruik. Wat maakt dit project zo succesvol?


REFERENTIES
1. Aquaduin (2023). Uitbreiding infiltratie.
https://www.aquaduin.be/drinkwater/waterwinning/uitbreiding-infiltratie
2. World Resources Institute (2019). 17 Countries, Home to One-Quarter of the World’s Population, Face Extremely High Water Stress. https://www.wri.org/insights/17-countries-home-one-quarter-worlds-population-face-extremely-high-water-stress
3. VRT Nieuws, 21 juni 2017. Vijf vragen over het waterverbod.
https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2017/06/21/vijf_vragen_overhetwaterverbod-1-3007064/ 
4. VMM (2023). Kaart waterbedrijven Vlaanderen. https://www.vmm.be/water/drinkwater/kaart-waterbedrijven-vlaanderen.png/view

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

h2ologoprimair    PODIUM

Podium is een platform voor opinies, blogs en door waterprofessionals geschreven artikelen (Uitgelicht). H2O draagt geen verantwoordelijkheid voor de inhoud van deze bijdragen, maar bepaalt wel of een bijdrage in aanmerking komt voor plaatsing. De artikelen mogen geen commerciële grondslag hebben.

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.

Willen jullie eens kijken of een EU commissaris voor water niet een goed plan zou zijn. Dan komt er een structurele aanpak in Europa en kan het economische plaatje ook beter ingepast worden. Vooruit kijken is slimmer en gunstiger.
Met alle respect, maar ik kan me weer niet aan de indruk onttrekken dat hier oneigenlijk "behoud" van...ja van wat...? een heel belangrijke rol speelt vanuit oa. Rijkswaterstaat. Nogmaals kijkend naar het totale project van Ir. Lely en de doordachte gevolgen van eea. moeten we dit derde grote inpolder traject gewoon oppakken om meer balans te verkrijgen in alles. En no1, meer woningbouw ruimte wordt er in een klap mee opgelost! Anders mag men aan inpoldering Dogeland gaan denken in de Noordzee..., want we moeten hoe dan ook meer land erbij krijgen om alle problemen op te lossen.  
Is het niet van-den-zotten-in-het-kwadraat dat de rechterlijke macht de overheid moet veroordelen tot het naleven van de door haar zelf gemaakte wetgeving?
"En zij vreesden met groote vreeze!"  staat er in de Bijbel. Wat een negatief stukje. De rechter heeft een dwangsom opgelegd voor 2030. Minister Wiersma heeft nog even de tijd om met een oplossing te komen.