Wetenschappelijk onderzoeksinstituut Wetsus en de TU Delft zijn in Kopenhagen in de prijzen gevallen met de ontwikkeling van ViVimag, de techniek waarmee fosfor uit rioolwater wordt gewonnen. Op het congres van de International Water Association (IWA) werd de innovatieve techniek tweede in de categorie ‘Doorbraken in onderzoek en ontwikkeling’.
De Project Innovation Awards van IWA worden tweejaarlijks uitgereikt en omvatten zes categorieën met elk drie finalisten. Deze keer waren er 203 aanmeldingen uit 52 landen. Elk project werd onafhankelijk beoordeeld door een panel van deskundige juryleden op basis van het innovatieve karakter en de belangrijkste resultaten. Van de 18 finalisten kwam er één inzending uit Nederland: ViviMag.
ViviMag is een scheidingstechnologie waarmee het ijzerfosfaatmineraal vivianiet wordt gewonnen uit vergist zuiveringsslib. De techniek waarbij gebruik wordt gemaakt van de paramagnetische eigenschap van het mineraal, is ontwikkeld door Wetsus en de TU Delft in samenwerking met Kemira, Brabantse Delta, Vandcenter Syd, Aquaminerals, Aquacare en Waterschapsbedrijf Limburg.
Het Finse bedrijf Kemira – onder meer actief in chemische toepassingen voor waterintensieve industrieën – is nu de patenthouder en neemt het voortouw in het opschalen van het proces. In Duitsland is na een eerste pilot op rwzi Breda van waterschap Brabantse Delta een tweede testopstelling geplaatst, in samenwerking met het Franse afvalverwerking- en waterzuiveringsconcern Veolia. Verdere tests staan ook al geboekt in Denemarken en Nederland, aldus een persverklaring van Wetsus. “Bovendien zijn er plannen voor de bouw van een demonstration plant in Nederland.”
Van het gewonnen vivianiet kan kunstmest worden gemaakt. Daarmee draagt de techniek bij aan duurzame productie van kunstmest uit secundaire bronnen. Gezien de eindigheid van fosfor als bron voor de kunstmestprouctie een belangrijke ontwikkeling. Zo is Europa bijna volledig afhankelijk van de invoer. Daarom is er een toenemende belangstelling om het fosfor in geconcentreerde vorm van het slib af te scheiden voor hergebruik in de meststoffenindustrie. Met terugwinning van fosfaat uit zuiveringsslib kan 20 procent van de fosfaatbehoefte worden gedekt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.