Gemeenten, waterschappen en andere partijen proberen op verschillende manieren de woekerende Aziatische duizendknopen aan te pakken, met wisselend succes. Nu wordt een natuurlijke vijand uit het eigen continent in de strijd geworpen: de Japanse bladvlo. Op een aantal proeflocaties wordt gekeken of het diertje ook in het Nederlandse klimaat schade aan de invasieve plant kan toebrengen.
Het is de eerste keer in de Nederlandse geschiedenis dat een exotisch organisme in de natuur mag worden uitgezet om een schadelijke plantensoort te bestrijden, meldt het kenniscentrum STOWA dat het onderzoek coördineert. Normaliter is dit verboden, maar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) verleende hiervoor in juli een ontheffing. Het onderzoeksproject heeft als naam #uitde1000knoop gekregen.
Bladvlo natuurlijke vijand
De Aziatische duizendknoop is een invasieve exoot die met sterke wortelstokken en stengels voor schade zorgt aan gebouwen, leidingen, waterkeringen en wegen. Vooral de Japanse duizendknoop (Fallopia Japonica) is een wijdverbreide plaag geworden. De woekerende plantensoort heeft hier geen natuurlijke vijanden, maar in Azië wel. Eentje daarvan is Aphalara itadori ofwel de Japanse bladvlo. Deze vlooiensoort voedt zich met sappen van de duizendknoop en verzwakt zo de plant. Hierdoor groeit de duizendknoop minder hard. Als er erg veel diertjes actief zijn, wordt de groei gestopt of gaat de plant zelfs dood.
In Engels laboratoriumonderzoek is aangetoond dat de Japanse bladvlo ook in het Noordwest-Europese klimaat een interessante bestrijder kan zijn. Dit wordt nu in de praktijk getest in het Nederlandse veldexperiment. Duizenden exemplaren van de Japanse bladvlo worden op een aantal proeflocaties losgelaten. De vraag is: hoe effectief zijn zij in onze weersomstandigheden? En ook: overleven ze de winter en kunnen ze zich hier voortplanten?
Veilig voor inheemse planten
Het idee is dat de Japanse bladvlo straks in een mix van meerdere bestrijdingsmethoden zal worden ingezet, om zo het beste resultaat te bereiken. Het is geen snelle oplossing; er gaat tijd overheen voordat er effecten merkbaar zijn. In het Engelse onderzoek is uitgebreid bekeken — in zowel lab als veld — of de bladvlo geen bedreiging vormt voor inheemse planten en insecten. Dat blijkt niet het geval. Ook mensen hebben er geen last van. Daarom heeft RVO voor het project een uitzondering gemaakt.
Een consortium van het Engelse Centre for Agriculture and Bioscience International (CABI), Universiteit Leiden, het kennisinstituut Probos voor bosbeheer en het bedrijf Koppert Biological Systems voert het onderzoek uit, in samenwerking met de financiers. STOWA verzorgt de coördinatie. Het project wordt gefinancierd door Rijkswaterstaat, Prorail, de meeste waterschappen en enkele gemeenten.
Ook schimmel onderzocht
Tijdens #uitde1000knoop wordt ook nog gekeken naar een tweede biologische bestrijdingsmethode die uit Azië afkomstig is: de schimmel Mycosphaerella polygoni-cuspidati. Het mycelium (netwerk van de draden van de schimmel) wordt in oplossing gebracht en is daarna als herbicide te gebruiken. Daardoor kan deze methode, in tegenstelling tot de Japanse bladvlo, langs waterwegen worden gebruikt. De inzet van de exotische schimmel is in 2019 als veilig beoordeeld door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden.
MEER INFORMATIE
STOWA over project #uitde1000knoop
Uitgebreide toelichting door Probos
Website over bestrijding duizendknoop
Factsheet NVWA over Japanse duizendknoop
H2O-bericht: Vechtstromen probeert ozon
H2O-bericht: Verhittingstechniek nieuw wapen
H2O-bericht: Aa en Maas gebruikt stroom
H2O-bericht: NVWA bepleit einde handel duizendknoop
H2O-artikel: Invasieve exoten blijven komen