De klimaatverandering heeft de bijzonder zware regenval in onder meer Limburg in juli waarschijnlijker gemaakt. De kans op zo’n extreme neerslaggebeurtenis is 1,2 tot 9 keer groter geworden en ook de hoeveelheid regen is toegenomen. Dit blijkt uit een studie van World Weather Attribution waaraan Nederlandse en Belgische klimaatwetenschappers meewerkten.
Midden juli waren er in België, Duitsland en Nederland zeer ernstige overstromingen, die alleen al in het zuiden van Limburg zorgden voor een schade van honderden miljoenen euro’s. In de buurlanden vielen er minstens 222 dodelijke slachtoffers. De overstromingen werden veroorzaakt door een combinatie van zeer zware regenval, eerdere natte omstandigheden en lokale hydrologische factoren.
Neerslagrecords ruimschoots gebroken
Het onderzoek van World Weather Attribution ging over de belangrijkste meteorologische oorzaak: de extreme regen gedurende een à twee dagen. De centrale vraag was: welke invloed heeft de door de mens veroorzaakte klimaatverandering op de kans en intensiteit van de zeer zware regenval? Er is vooral gekeken naar de situatie in het gebied van de Duitse rivieren Ahr en Erft en in het Belgische deel van het Maasstroomgebied, de twee zwaarst getroffen regio’s. Hier werden historische neerslagrecords ruimschoots overschreden.
Volgens de onderzoekers laten de resultaten zien dat een extreme neerslaggebeurtenis vaker voorkomt door de opwarming van de aarde. Door de relatief kleine omvang van de twee gebieden kon niet precies worden bepaald hoeveel vaker. De kans op extreme regen is met een factor tussen 1,2 en 9 toegenomen, vergeleken met het pre-industriële niveau (1850-1900) toen het in de wereld gemiddeld 1,2 graden Celsius koeler was. Dit geldt voor zowel één als twee dagen heftige neerslag. Wordt het in de wereld 2 graden warmer, dan neemt de kans verder toe met een factor tussen 1,2 en 1,4.
Gemiddeld eens in 400 jaar extreme regenval
De onderzoekers hebben ook geanalyseerd hoe vaak erg zware regen zich in het zomerseizoen kan voordoen in het grotere gebied tussen het noorden van de Alpen en Nederland. Op een bepaalde locatie treedt er gemiddeld eens in de 400 jaar extreme regenval op. Het zal daarom vaker voorkomen dat het ergens in de West-Europese regio heel hard regent, aldus de onderzoekers.
De intensiteit van de regenval wordt eveneens beïnvloed door de verandering van het klimaat. In het zomerseizoen valt in een uitzonderlijke situatie nu ongeveer 3 tot 19 procent meer regen in één dag, vergeleken met de tijd vóór de periode van 1850 tot 1900. Hetzelfde geldt voor zeer zware regen gedurende twee dagen.
Onderzoek naar vermindering van kwetsbaarheid bepleit
Het onderzoek is uitgevoerd door een internationaal team van 39 wetenschappers van World Weather Attribution. Dit is een initiatief om bij extreme weersgebeurtenissen met behulp van klimaatmodellen de invloed van klimaatverandering in beeld te brengen. Aan het onderzoek werkten experts van diverse kennisinstellingen en universiteiten uit Nederland (KNMI, Universiteit Twente, Universiteit Utrecht, het in Den Haag gevestigde Rode Kruis Klimaatcentrum) en België (KMI, Universiteit Gent, KU Leuven) mee.
De onderzoekers noemen de zeer ernstige overstromingen in West-Europa in juli een zeldzame gebeurtenis. Maar zulke situaties zullen in de toekomst wel vaker gaan voorkomen. Daarom is het volgens hen van groot belang om te onderzoeken hoe kwetsbaarheid en blootstelling aan risico’s kunnen worden verminderd.
MEER INFORMATIE
KNMI over onderzoeksresultaten
Rapport World Weather Attribution
H2O Actueel: aankondiging van onderzoek
H2O Actueel: ‘kans was eens in 1.000 jaar’
H2O Actueel: Brits onderzoek extreme regenval